|
T I T E L : |
Do Not Disturb |
R E G I E : |
Dick Maas |
M E T : |
William Hurt, Jennifer Tilly, Denis Leary, Francesca Brown, Michael Chiklis, Corey Johnson, Jason Merrells, Jack Wouterse, Edwin de Vries |
In: 79 theaters.
Dick Maas' Amsterdamse toeristenfuik
Door HANS BEEREKAMP
Als Do Not Disturb, een
verrassend geslaagde, Hitchcockiaanse actiefilm van Dick Maas, twee
maanden eerder klaar geweest was, had er bij de uitreiking van de Gouden
Kalveren veel minder gesomberd hoeven worden over de toekomst van de
Nederlandse speelfilm. Maas en producent Laurens Geels bewijzen dat het
mogelijk is een Engelstalige speelfilm te maken, met voornamelijk
Amerikanen en Engelsen voor de camera en Nederlanders erachter, die
desondanks volledig tot de Nederlandse cultuur behoort.
Do Not Disturb speelt zich af in Amsterdam, zoals die stad
waargenomen zou kunnen worden door een Amerikaanse toerist: een pervers
labyrint van junks, hoeren, cynische politieagenten en beleefd
dienstbaarheid veinzend horecapersoneel. De schurk is een zweterige
Hollandse zakenman, die achter zijn schutterigheid een gewetenloze
instelling verbergt. Pas in de laatste scène is de stad bij
daglicht te zien; tot dan is Amsterdam een nachtmerrie uit een
stripverhaal, vijandelijk territorium voor een Hitchcockiaanse held, die
door een aaneenschakeling van misverstanden steeds verder in de nesten
raakt. Amsterdam is een toeristenfuik, zoals Mount Rushmore, de Niagara
Falls of de Franse Rivièra.
De held is een heldin: niet de zakenman William Hurt (die zich voor de
gelegenheid een provinciale tongval la James Stewart aanmeet), maar
zijn dochter Melissa, gespeeld door de 11-jarige Engelse Francesca
Brown. Het tot in de kleinste details zorgvuldige scenario van Maas
voorziet het meisje dat haar ouders op een zakentripje volgt, van drie
eigenschappen om haar eenzame dooltocht geloofwaardig te maken. Door een
aannemelijk incident belandt ze buiten de deur van het deftige hotel de
l'Europe en komt niet gemakkelijk meer binnen. Ze is een kind, net als
de tieners die het hotel belegeren wegens de aanwezigheid van een
popidool; ze beschikt over een levendige fantasie, zodat haar verslag
van gevarieerde gruwelen door niemand geloofd wordt; en ze kan door een
ongeluk niet praten, maar wel gebarentaal spreken.
Direct om de hoek van het hotel sluipen huurmoordenaars, zakkenrollers
en ander gespuis rond. Tot drie keer toe denkt Melissa veilig te zijn,
om vervolgens opnieuw in de concentrische hellecirkels van de
grachtengordel te belanden. De finale van de film is een adembenemende
achtervolging met een gestolen ambulance en een ontsporende tram.
Die al tijdens de opnamen legendarische sequentie is goed uitgevoerd,
maar niet de voornaamste verdienste van de zesde speelfilm van Dick
Maas. Op zijn 48ste dreigde Maas, na De lift, Amsterdamned
en drie in afnemende mate interessante Flodder-films, bijgezet te
worden als het eeuwige talent van de Nederlandse actiefilm. Hij
revancheert zich volkomen met zijn eerste volwassen productie: een
elegant gefotografeerde, voortreffelijk geschreven, onberispelijk
gespeelde, met vooroordelen jonglerende zwarte komedie, die voor een
Nederlands publiek ook nog eens een aantal dubbele bodems bevat. Maas
mag met trots zijn eerdere werk citeren (het pling-plong-geluid van
De lift, de rondvaartboot uit Amsterdamned), en ontspoort
nog maar in één enkele scène, waarin hij puberaal
het homomonument ontheiligt.
Amerikanen willen niet geloven dat Do Not Disturb slechts 6,5
miljoen dollar heeft gekost. De film maakt zijn internationale ambities
waar en levert allure voor een schijntje. Het is het ideale
visitekaartje voor een filmindustrie, die de internationale markt op
wil. Dat zal dit keer wel lukken, juist omdat Do Not Disturb zo
verschrikkelijk Nederlands is.
|
NRC Webpagina's
3 NOVEMBER 1999
|