|
|
|
NIEUWSSELECTIE Dossier Millennium
|
De millenniumbom
DE VOORNAAMSTE grondslag voor een juridische claim tegen leveranciers van computersystemen is dat de klant niet bedacht had hoeven te zijn op dit technische risico. Maar er bestaat ook een algemene rechtsplicht voor potentiële slachtoffers zelf een redelijke poging te doen om mogelijke schade te beperken zodra zij zich bewust zijn van het risico. Weinig klanten kunnen na de enorme publiciteitsgolf in het kielzog van initiatieven als het Millennium Platform volhouden dat ze niet gewaarschuwd zijn. Dat beperkt de mogelijkheden om leveranciers aansprakelijk te stellen navenant. Het is in alle opzichten praktischer eerst te proberen het millenniumprobleem alsnog te klaren in plaats van het juridisch op de spits te drijven. Om de juridische terughoudendheid vorm te geven pousseert het Millennium Platform een speciale Erecode 2000 - overigens naar voorbeeld van een Amerikaanse Pledge die voorafging aan de door Clinton ondertekende "veilige haven"-wet. De code is vooral gericht op een behoorlijke informatie-uitwisseling tussen leveranciers en klanten. Daar schort het, met name uit auteursrechtelijke overwegingen, nogal eens aan. Om de juridische kou uit de lucht te houden bevat de erecode een uitdrukkelijke clausule dat hij niet is gericht op het doen ontstaan van rechtsgevolgen tussen de deelnemers. Sommige advocaten zetten vraagtekens bij de kracht van dit afstand nemen: deelname aan de code wekt al gauw een zekere - juridisch te honoreren - verwachting. Clinton en het Congres waren er in elk geval niet gerust op want anders was die speciale wet niet nodig geweest. Zo is ongemerkt een fikse juridische tijdbom aan het ontstaan. Veel klanten zouden ook slechts onder voorbehoud betalen voor de millenniumwerkzaamheden en wachten tot volgend jaar met eventuele claims.
MET NAME HET "omslagpunt", het moment waarop leveranciers van computersystemen moesten weten dat die twee cijfers niet meer voldeden, is nog een onzekere factor. Franken en Hondius opteren voor 1995. Dat komt wat betreft het risicojaar 2000 mooi overeen met de gebruikelijke afschrijvingstermijn van vijf jaar voor computersystemen. Maar er zit in die afschrijvingstermijn een aanzienlijk deel van overdrijving door verkoopbeluste aanbieders. Daar hoeven hun klanten niet voor op te draaien. Andere deskundigen geven het State of the Industry-verweer (niemand deed het, dus ik ook niet) dan ook weinig kans van slagen. Het gaat om wat op een gegeven moment - gezien de stand van wetenschap en techniek - mogelijk was. Strikt genomen valt dat punt al in de jaren zeventig te leggen. Zo verschuift het accent in het millenniumdiscours onweerstaanbaar in de richting van de verzekeringen. Deze zullen een belangrijk deel van de rekening krijgen voorgeschoteld. Het millenniumprobleem is vanuit verzekeringsoogpunt alleen al uniek door de potentiële omvang van de schade. Het ministerie van Economische Zaken heeft becijferd dat één dag productie-uitval over een brede linie als gevolg van het millenniumprobleem Nederland zo'n half procent van het bruto nationaal product zou kunnen kosten. Daarenboven is het probleem het eerste voorbeeld in de geschiedenis van een potentieel risico met een datum.
VOLDOET DIT NOG wel aan de wettelijke eis van een "onvoorzien voorval"? Een ontkennend antwoord maakt het leven voor de verzekeraar een stuk eenvoudiger. Het gaat echter om het moment waarop de verzekeringsnemer zijn polis afsloot en nog van niets wist. De branche is er zelf niet gerust op want zij heeft collectief een verandering van de bestaande polissen doorgevoerd om haar risico te beperken. Hoofdpunten zijn een zorgplicht voor verzekerde bedrijven en een algemene limiet op de uit te keren millenniumschade van een miljard gulden. Dat is een substantieel vangnet maar het is ook arbitrair, afgezet tegen de orde van bedragen die in millenniumland circuleren. Niemand is "gebaat bij deconfitures", was het antwoord van minister Jorritsma (Economische Zaken) op Kamervragen of het niet wat meer kan. De verklaring uit de hoek van de verzekeraars is niet minder summier: "De wereld houdt niet op te bestaan na 1 januari 2000. Andere schades, bijvoorbeeld na inbraken, brand en auto-ongelukken, gaan gewoon door." Dat zal waar zijn, maar dreigende deconfitures zijn toch wel een ander chapiter.
|
NRC Webpagina's
27 JULI 1999
|
Bovenkant pagina |