U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    F I L M  &  V I D E O  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 


T I T E L : Orphans
R E G I E : Peter Mullan
M E T : Douglas Henshall, Gary Lewis, Stephen McCole, Rosemarie Stevenson, Frank Gallagher

Uitgebracht op huurvideo door Prime Time Entertainment

Regiedebuut van acteur Peter Mullan

Vier volwassen weeskinderen in Glasgow

Door DANA LINSSEN
Het is de laatste tijd niet zo eenvoudig meer om een onderscheid te maken tussen films die in de bioscoop worden uitgebracht, en die dus aan een zekere kwaliteitsnorm zouden voldoen, en films die direct op video uitkomen, en dus van tweede signatuur zouden zijn. The Apostle van Robert Duvall en Regeneration van Gillies MacKinnon, om maar twee recentelijk in deze krant ter gelegenheid van hun bioscooprelease gunstig besproken films te noemen, waren door de videotheekbezoeker al lang opgemerkt en bekeken voordat ze in de bioscoop verschenen. Orphans van Peter Mullan zou zonder moeite in datzelfde rijtje kunnen worden opgenomen. Het regiedebuut van Ken Loach-acteur Mullan (My Name is Joe) was tijdens het laatste Filmfestival Rotterdam te zien als critic's choice van Volkskrant-recensent Peter van Bueren. Net zoals The Apostle en Regeneration is het een bescheiden film, zonder al te veel grootsprakerigheid en bravoure gedraaid. Hij neemt de toeschouwer mee naar de naturalistisch gefilmde arbeidersmilieus uit de films van Loach, en is gesitueerd in het Glasgow van MacKinnons Small Faces.

Maar Peter Mullan is geen regisseur die daar vervolgens zijn verhaal gaat vertellen - ook al benadrukte hij vorig jaar in Cannes, waar hij voor zijn rol in My Name is Joe gelauwerd werd, dat zijn acteercarrière eigenlijk maar tweede keus is. Peter Mullan is een regisserende acteur. Dat wil zeggen dat, evenals in The Apostle, in zijn film het accent ligt op situatieschetsen waarin de hoofdpersonen een rijkdom aan emoties kunnen laten zien. Orphans is gemaakt om te spélen. De vier wezen uit de titel zijn de drie volwassen zonen en hun ongelukkige zusje van moe Flynn, wiens geruststellende fluisterstem nog steeds door het lege huis sssh-t. Ze bood troost voor onweer en ellende in haar grote bed, waarin altijd plaats voor haar kinderen was, want hun vader was al veel langer dood. Als zo'n moeder sterft, wordt iedereen weer een eenzaam weeskind in de sneeuw, hoe goed hij zich voorheen ook redden kon. Daar helpen de bidplaatjes, parelsnoeren en rozenkransen die Thomas, Michael, John en Sheila uit haar kleine schatkistje hebben mogen uitzoeken niet tegen. De gebeurtenissen in Orphans voltrekken zich als een domino-storm van woede en escalatie. Eerst drinken de broers nog rustig een biertje in de plaatselijke pub om hun verdriet te verdoven, en voor je het weet wordt er gevochten en een Mariabeeld gemolesteerd, terwijl het gehandicapte zusje op drift raakt in de nacht. Alle vier de weeskinderen volgen hun eigen verhaallijn, wat Mullan een schat aan overgangen van verdriet naar gegiechel, van wanhoop naar waanzin oplevert. Hij balanceert daarbij op een heikele grens tussen slapstick en grimmige zedenschets.Wat Mullans film in gunstige zin van zijn leermeester Loach onderscheidt is de geruisloze manier waarop sociale bewogenheid, humor, poëzie en symboliek in elkaar overgaan. De scène waarin de middelste broer, Michael, na tijdens een caféruzie te zijn neergestoken, op een vlot wegdrijft uit de houtzagerij waar hij werkt, roepen zowel Marlon Brando in On the Waterfront, Laurel en Hardy's hilarische tegenslagen als de geschiedenis van Mozes in zijn biezen mandje in herinnering.

NRC Webpagina's
21 JULI 1999


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)