|
T I T E L : |
Le dernier métro |
R E G I E : |
François Truffaut |
M E T : |
Cathérine Deneuve en Gérard Depardieu. Frankrijk 1980 |
In: Filmmuseum, Amsterdam dag. t/m 28 juli
Een Parijs' theater in oorlogstijd
Door RAYMOND VAN DEN BOOGAARD
Er is iets in het spel van
Cathérine Deneuve dat haar bij uitstek geschikt maakt voor het
uitbeelden van ambivalentie.
Menige mindere regisseur exploiteert dit
gegeven door de actrice veel effectvol te laten zwijgen. Maar de Franse
regisseur François Truffaut geeft in Le dernier métro
(De laatste metro), een van zijn beste films, Deneuve alle kans
haar rol volledig uit te spelen. Ze is voortdurend druk bezig met het
redden van een Parijs theater in oorlogstijd, zowel door het te vriend
houden en manipuleren van de Franse nazi's die in het Parijse culturele
leven tussen 1940 en 1944 de dienst uitmaken, als op meer persoonlijk
vlak.
In een kelderruimte onder het toneel bevindt zich namelijk Deneuve's
echtgenoot, een toneelregisseur van Duits-joodse origine die in verband
met het Berufsverbot voor joden in het Franse theater naar het
buitenland is gevlucht, maar in werkelijkheid dus nog onder de planken
woont en zelfs, via een oude verwarmingsbuis, de repetities volgt en
indirect leidt. Deneuve is de enige die dat weet en hem elke dag in
zijn onderduikruimte bezoekt. De ambivalentie is erin gelegen dat aan
de liefde tussen Deneuve en haar onderduiker eigenlijk een einde is
gekomen - terwijl de praktische situatie het niet mogelijk maakt om aan
de verhouding een einde te maken. Tegelijkertijd is Deneuve bovengronds,
op de planken, verkikkerd geraakt op de nieuwe, een beetje domme
jeune premier van het toneelgezelschap - een prachtige rol van
Gérard Depardieu in zijn magere jaren. Omdat de echtgenoot
meeluistert, kan Deneuve ook aan die gevoelens geen lucht
geven.Truffaut, die voor Le dernier métro ook het
scenario schreef, slaagt erin dit gevoelsdrama te tonen zonder dat ook
maar één keer in de film de situatie volledig wordt
uitgespeeld of uitgesproken. Dat kan alleen maar omdat alle draden
bijeen komen in het personage van Deneuve. Daar zijn ze, zo blijkt, in
zeer goede handen.
|
NRC Webpagina's
21 JULI 1999
|