|
|
|
NIEUWSSELECTIE GroenLinks
|
GroenLinks
Door Gijsbert van Es Soms is de confrontatie tussen verleden en heden samen te vatten in een enkel beeld, een korte scène, een losse zin. Zoals afgelopen zaterdagmiddag, om kwart over drie, in een Utrechtse discotheek waarvan de dansvloer is volgebouwd met klapstoelen, tafels en interruptiemicrofoons. Een partijraad van GroenLinks staat op het punt te verdampen. ,,Ho, ho'', roept een zestiger. ,,Ik overweeg alsnog een motie in te dienen over het bijeenroepen van een extra partijcongres.'' Een jongere partijgenoot beent op de spreker af en fluistert hem enkele zinnen in het oor. De oudere partijganger herneemt zijn interruptie. ,,Ik word nu onder druk gezet door onze Eurofractie: dat ik de winst bij de Europese verkiezingen op het spel zet. Ik aarzel, eh..., laat ik de motie toch maar niet in stemming brengen.'' De senior in deze tweespraak is Hans Feddema. Ooit was hij leidend in de Evangelische Volkspartij (EVP), een der voorlopers van GroenLinks, in de dagen van 'Kruisraketten Nee' en ander pacifisme. De junior is Joost Lagendijk, lid van het Europese Parlement en tevens de campagnestrateeg van GroenLinks. Een extra partijcongres is wel het laatste waarop het kader van GroenLinks op dit moment zit te wachten. De Tweede-Kamerfractie heeft het al moeilijk genoeg met haar stellingname inzake Kosovo. Een extra partijcongres zou de tegenstellingen binnen de partij alleen maar kunnen verscherpen. Het zou bovendien nog meer publiciteit genereren over een 'verdeeld' en 'worstelend' GroenLinks. Kiezers houden daar niet van, die stemmen het liefst op een partij die rust en eenheid uitstraalt. Zoals GroenLinks. Tot Kosovo. Woensdag 24 maart 1999, de dag dat de Tweede-Kamerfractie zich schaarde achter de NAVO-luchtacties tegen Servië, kan uitgroeien tot een historische datum in het bestaan van GroenLinks. Maar niet te voorspellen valt of het een dag wordt voor goede of voor slechte herinneringen. Leden van de fractie praten daarover niet graag. Ze zijn met Kosovo bezig, zeggen ze, niet met zichzelf. Paul Rosenmöller, de politiek leider van GroenLinks, spreekt van ,,de zwaarste vier weken in de tien jaar dat ik nu Kamerlid ben''. Vice-fractievoorzitter Marijke Vos, woordvoerder in de Kosovo-crisis, erkent dat zij zich heeft verkeken op de Servische tegenstander die taaier en bruter is dan zij voor mogelijk had gehouden. ,,Het valt me bar tegen wat je met geweld kunt bereiken'', verzucht ze. ,,Daar moeten we nog eens diepgravend naar kijken straks, als deze ellendige episode voorbij is.''
Straks napraten en nu elkaar vooral niet verketteren. Dat is de koers waarmee GroenLinks door de kwestie-Kosovo moet worden geloodst. ,, De fractie had natuurlijk nooit die NAVO-operatie moeten steunen'', zegt Bram van der Lek, gewezen voorman van een andere erflater van GroenLinks, de Pacifistisch Socialistische Partij (PSP). ,,Maar goed, we moeten daar nu geen drama van maken. Dat zou afbreuk doen aan alles wat de laatste jaren zo zorgvuldig is opgebouwd. Jammer hoor, het ging net zo goed.'' Ria Beckers, voorheen het gezicht van de Politieke Partij Radikalen, ziet het een slag anders dan Van der Lek. ,,Ik vind het heel gezond dat er binnen de fractie en binnen de partij op het scherpst van de snede over Kosovo wordt gedebatteerd. Het valt me op dat dat in een open atmosfeer gebeurt, zonder elkaar de maat te nemen in morele superioriteit. Ik heb dat in het verleden wel anders meegemaakt. In de Kosovo-crisis laat GroenLinks eerder haar kracht dan haar zwakte zien.'' Fractielid Ad Harrewijn ziet de huidige Balkanoorlog als ,,een lakmoesproef voor GroenLinks''. Sinds Paul Rosenmöller in 1994 het partijleiderschap op zich nam, is er welbewust gewerkt aan een nieuwe koers en een nieuw imago. De Tweede-Kamerfractie wil, naar een woord van Rosenmöller, 'kwaliteitsoppositie' voeren. Het betekent: niet louter 'tegen' zijn, maar juist alternatieven lanceren - constructief, initiërend. Met als algemeen streven: meeregeren. Eerst nog voorzichtig, maar de laatste tijd steeds openlijker dragen fractieleden uit dat GroenLinks wil deelnemen aan een volgende regeringscoalitie. De opstelling van de fractie in de Kosovo-crisis bergt daarbij zowel een gevaar als een belofte in zich. Het gevaar loert vooral intern. Oude idealen - pacifistisch, anti-NAVO - steken de kop weer op. Ze dreigen zelfs de lijn van de fractie te doorkruisen. De belofte is voor extern gebruik. Nooit eerder oogstte de fractie van GroenLinks zoveel sympathie en aandacht van regeringszijde als in de afgelopen vier oorlogsweken. Potentiële coalitiepartners zien: GroenLinks loopt niet weg voor moeilijke besluiten. Maar afgewacht moet worden of de huidige stellingname van de fractie ook binnen de partij overeind zal blijven en electoraal rendabel zal blijken. Een eerste teken is niet gunstig. De curve in de opiniepeilingen begint een dalende tendens te vertonen, na gestaag klimmen in de afgelopen jaren. Peilingen zeggen niets over verkiezingsuitslagen. Maar te negeren zijn ze evenmin, zeker niet met Europese verkiezingen in het verschiet waarbij GroenLinks minimaal een tweede zetel in het Europese Parlement hoopt te veroveren.
En het ging zo goed. Paul Rosenmöller ontwikkelde zich in de vorige kabinetsperiode tot dé oppositieleider in de Tweede Kamer, met een politieke en verbale behendigheid waaraan CDA-voorlieden als E. Heerma en J. de Hoop Scheffer niet konden tippen. De beloning kwam vorig jaar mei: van vijf naar elf Kamerzetels. Afgelopen maart, bij de Statenverkiezingen, vierde GroenLinks opnieuw feest: voor het eerst scoorde de partij boven de tien procent, wat bij Kamerverkiezingen zeker vijftien zetels zou hebben opgeleverd. De vorige GroenLinks-fractie was welbewust gegroepeerd rondom de 'spits' Paul Rosenmöller. ,,In de nieuwe fractie proberen we GroenLinks meer gezichten en meer monden te geven'', zegt Femke Halsema. Zij is een van de nieuwe fractieleden die bepaald geen last hebben van Rosenmöllers schaduw. Met afstand staat zij nummer één in een ranglijst van 'media-optredens' door nieuwe Kamerleden, die onlangs werd samengesteld door het weekblad Intermediair. Geen krant, blad of omroep heeft het afgelopen jaar Femke Halsema overgeslagen, daarbij geholpen door haar stevige standpunten over de opvang van asielzoekers en vluchtelingen. ,,Femke begint echt een ster te worden'', juicht fractiegenoot Kees Vendrik. ,,Geweldig!'' In de nieuwe fractie van GroenLinks zijn de rollen scherp verdeeld. Kees Vendrik is aangenomen als 'de financiële man'. Hij moet afrekenen met het oude vooroordeel dat linkse mensen alleen maar leuke doch onbetaalbare plannen kunnen maken. Ieder alternatief plan dat fractieleden van GroenLinks nu lanceren (voor armoedebestrijding, jeugdbeleid, WAO, studiefinanciering, etc.), moet eerst op financiële onderbouwing zijn 'doorgerekend' door Kees Vendrik. Zelf is hij druk bezig met het ontwikkelen van een alternatief belastingplan. Werktitel: 'Leuker kunnen we het niet maken, wel eerlijker.' Zo wordt ieder fractielid geacht bij te dragen aan de ,,verbreding van het GroenLinks-profiel'', zoals fractievoorlichter en 'politiek coördinator' Tom der Lee het verwoordt. Corrie Hermann, zelf arts, moet het gezicht zijn voor de gezondheidszorg, Hugo van der Steenhoven voor milieu en mobiliteit, Ab Harrewijn en Ineke van Gent voor arbeid en uitkering, Mohammed Rabbae voor onderwijs, Marijke Vos voor buitenlands beleid, Farah Karimi voor de Europese integratie en ontwikkelingssamenwerking en Tara Oedayraj Singh Varma voor binnenlands bestuur, vreemdelingenbeleid en de contacten met de achterban. Paul Rosenmöller spreekt met trots over zijn elftal. ,,Ze hebben zich sneller ingewerkt dan mij tien jaar geleden lukte. Het is een hechte club en de sfeer is uitstekend.'' Tom Pitstra daarentegen, de fractieleider van GroenLinks in de Eerste Kamer, is nog niet onverdeeld onder de indruk. Pitstra, die zich de afgelopen weken stevig heeft gekeerd tegen het Kosovo-standpunt van Rosenmöller c.s., vindt dat de Tweede-Kamerfractie zichzelf op diverse terreinen nog onvoldoende scherp profileert, zoals in het onderwijs, in de gezondheidszorg en bij de sociale minima. Pitstra: ,,Ik merk dat bijvoorbeeld in contacten met mensen in onderwijsvakbonden. Veel mensen zijn daar overgestapt van de PvdA naar de SP. Waarom niet naar GroenLinks, vraag ik dan. Het is me niet duidelijk waarvoor jullie staan in het onderwijs, krijg ik dan te horen. In divere sectoren van de samenleving laten ze nog heel veel kansen liggen'', meent Pitstra. Zolang de Kosovo-crisis voortduurt, zal van nader profileren weinig terechtkomen. Fractieberaad was de afgelopen weken vrijwel uitsluitend gewijd aan de problemen op de Balkan. Het opzeggen van de steun aan de NAVO-acties hangt in de lucht, nu in toenemende mate civiele doelen door bommen worden geraakt, waartegen de extra partijraad afgelopen zaterdag een motie heeft aangenomen. ,,Ik denk dat we daarover binnen de fractie al heel snel een stevig debat zullen voeren'', zei fractielid Ineke van Gent zaterdag op de gang. Samen met Farah Karimi heeft zij haar steun aan de NAVO-strijd op 30 maart weer ingetrokken. ,,Wat mij betreft is het opzeggen van de steun aan de NAVO heel dichtbij - dat durf ik wel te zeggen.'' Maar wat is het alternatief? Het is een vraag die binnen de fractie van GroenLinks steeds vaker wordt gesteld. GroenLinks draagt zelf alternatieven aan. En als ze die niet heeft, steunt ze de regering. Die lijn dwingt dezer dagen vooral achter de regeringstafel respect af, de tafel waarachter GroenLinks zelf spoedig hoopt aan te schuiven. Tenminste, als oude pacifisten en nieuwe kiezers dat goed vinden.
Bijdragen: Peter Leijten. Partijraad nipt achter NAVO-steun
Met een krappe meerderheid heeft de partijraad van GroenLinks zich afgelopen zaterdag geschaard achter de steun die de Tweede-Kamerfractie geeft aan de NAVO-luchtacties tegen Servië. Een motie die opriep tot het inlassen van bombardementspauzes om ruimte te maken voor onderhandelingen werd verworpen wegens het staken van de stemmen. De door de partijraad aangenomen motie, die was ingediend door het partijbestuur, zegt dat de Tweede-Kamerfractie van GroenLinks deelname aan de NAVO-bombardementen moet ,,heroverwegen'' als er niet-militaire doelen worden gebombardeerd. Een aanscherping van deze motie, waarin de fractie werd opgeroepen de steun aan de bombardementen ,,op te schorten'' zodra niet-militaire doelen worden beschoten, werd met een kleine meerderheid verworpen. De meest radicale motie, die pleitte voor een onmiddellijk staakt-het-vuren, werd eveneens door een kleine meerderheid verworpen. Ondanks de verdeeldheid in de partij ziet politiek leider Rosenmöller de uitkomst van de partijraad als ,,duidelijke steun'' voor de koers die de Kamerfractie heeft uitgezet. ,,Het verloop van de discussies en de stemmingen liet in alle openheid zien hoezeer iedereen in de partij worstelt met het Kosovo-probleem. Ik ben blij dat die discussie op deze partijraad zo rustig en respectvol kon worden gevoerd. Ik zie dat absoluut als winst.'' Ook binnen de Tweede- Kamerfractie zijn de meningen verdeeld. Twee van de elf fractieleden, Van Gent en Karimi, zijn tegen de NAVO-acties. Rosenmöller raadde de partij sterk af de steun voor de NAVO- bombardementen onmiddellijk in te trekken. Hij stelde dat een eenzijdig staakt-het-vuren averechts zou kunnen werken. De doelen die worden nagestreefd - terugkeer van de vluchtelingen, het terugtrekken van Servische troepen uit Kosovo en herstel van de Kosovaarse autonomie - zouden dan veel moeilijker te bereiken kunnen zijn, omdat niet te voorspellen is hoe Milosevic daarop zal reageren. Militair geweld is volgens Rosenmöller ,,helaas noodzakelijk''. Wel wil de fractie de ,,meest minimale opening'' gebruiken om het ,,diplomatiek-politieke offensief op succesvolle wijze voort te zetten''.
|
NRC Webpagina's
Domicilie,
|
Bovenkant pagina |