|
T I T E L : |
Studio 54 (54) |
R E G I E : |
Mark Christopher |
M E T : |
Ryan Philippe, Mike Myers, Salma Hayek, Breckin Meyer, Neve Campbell |
In: 11 theaters
Iedereen mag disco binnen
Door BIANCA STIGTER
Wie weet dat er op de woorden 'don't leave me this way' de kreet 'oooh
baby' volgt en haar vingers al de lucht in priemt omdat ze weet dat 'up
into the sky' de tweede regel is van 'Fly Robin Fly', is in de jaren
zeventig naar de disco geweest, al was het vast niet naar Studio 54 in
New York, in die jaren de disco der disco's, waar je alleen naar binnen
mocht als je beroemd was of mooi genoeg om alleen op grond daarvan
beroemd te worden.
De disco is nu een film geworden, en dus krijgen lelijke eendjes en andere pechvogels eindelijk de kans om binnen te
treden in - een teleurstelling. Want regisseur Marc Christopher is erin
geslaagd zijn debuut over de club zo tam te maken als op een feest uit
vrije wil in de rij staan voor de wc als je weet dat
daar niets anders te doen is dan lippen stiften. Zelfs toch nog steeds
dampende muziek als 'Knock on wood' of 'Spank' doet je niet in je stoel
swingen, de lurex jurkjes laten even koud als de blote basten van de
barkeepers.
We mogen de Studio in met Shane O'Shea, een jongeman die volgens een
oudere dame die zich verderop in het verhaal aan hem vergrijpt het
lichaam heeft van Michelangelo's David en het gezicht van een Botticelli
- mij leek het wel een geschikt model voor een mannelijke opblaaspop.
Shane (Ryan Philippe), een arbeiderszoon uit New Jersey, brengt het in
verhaaltje dat in onbenulligheid Paul Verhoevens Showgirls naar
de kroon steekt, tot barkeeper die Grace Kelly champagne mag serveren.
Maar seks, drugs en disco maken hem uiteindelijk niet gelukkig, net zo
min als roem en geld.
Misschien was Studio 54 (originele titel: 54)
onderhoudender geweest als regisseur Christopher niet zo neerbuigend had
gedacht dat zijn publiek alleen de disco in durft aan het handje van een
barkeeper die niet weet wie Andy Warhol is, een
garderobejuffrouw die zangeres wil worden en een glazenophaler die de
baas niet wil pijpen omdat hij getrouwd is. Laat ons eendjes ons nu we
toch binnen zijn nou eens met Bianca Jagger, Brooke Shields of een
andere habitué vereenzelvigen - de celebrities die het zout in de
pap van de disco waren, komen nu niet eens in beeld, alsof Christopher
te bedeesd was om hen door acteurs te laten spelen. Alleen Warhol is
even op de rug te zien, en in de eerste scène in de disco zakt
een als engel verkleed jongetje van het plafond naar beneden als
cadeautje voor Truman Capote. Bij de aftiteling verschijnen een paar
echte foto's.
Studio 54 fleurt op als Steve Rubell in beeld is, de eigenaar van
de club, die vals en flemerig genoeg gespeeld wordt door de komiek Mike
Myers om het wel en wee van de gastenlijst spannend te houden en een
scène waarin hij thuis op bed door zijn die avond verdiende
dollars rolt niet al te melodramatisch te maken. Lang mag Rubell de show
niet stelen in zijn glitterparadijs, want de film is opgezet als één lange flashback, en
daardoor is al snel duidelijk dat 'this party isn't meant to last'. Doe
dus maar snel de lichten aan.
|
NRC Webpagina's
7 APRIL 1999
|