M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
Europese privacyrichtlijn
|
'Einde vrije uitwisseling persoonsgegevens is strop voor onze beide economieën'
Amerikaanse onderminister: EU hindert elektronische handel
Door onze redacteur MARIE-JOSÉ KLAVER AMSTERDAM, 27 JAN. De Verenigde Staten vrezen dat de nieuwe Europese privacywetgeving de handel met de Europese Unie en de groei van electronic commerce, de handel via Internet, in de weg zal staan. Als straks alle lidstaten van de Europese Unie de Richtlijn voor de bescherming van gegevens (privacyrichtlijn) in hun nationale wetgeving hebben verwerkt, zou er wel eens een einde kunnen komen aan het vrije verkeer van informatie tussen de VS en Europa, voorspelt de Amerikaanse onderminister van Handel David Aaron. De Europese privacyrichtlijn, die eind oktober van kracht werd, is bedoeld om de privacy van burgers en consumenten te beschermen en verbiedt onder meer het doorsturen van persoonsgegevens naar bedrijven in landen die geen ,,adequate'' privacybescherming hebben. In Nederland wordt de richtlijn vertaald in de Wet bescherming persoonsgegevens, die nog bij de Tweede Kamer ligt. Al voor de introductie was de Europese privacyrichtlijn omstreden in de VS, een van de landen die volgens Brussel geen adequate privacybescherming bieden. Amerikaanse politici en juristen zijn bang dat de richtlijn tot een elektronische handelsoorlog en een Europees data-embargo zal leiden. Gegevens van inwoners van de Europese Unie in de databanken van bv. luchtvaartmaatschappijen, online winkels en Amerikaanse vestigingen van Europese bedrijven moeten gewist worden als niet nadrukkelijk toestemming wordt verleend voor het bewaren en verwerken. ,,Basisactiviteiten als boekhouding, financiële transacties en zelfs personeelszaken kunnen erg omslachtig worden, als ze al niet worden verboden'', aldus Aaron. Een goed voorbeeld van wat Amerikaanse bedrijven te wachten staat is het geval van American Airlines. De luchtvaartmaatschappij moet al sinds 1997 op grond van de Zweedse privacywet alle gegevens over Zweedse passagiers in haar Amerikaanse databank na elke vlucht wissen of alle reizigers om expliciete toestemming vragen de data te mogen bewaren. Een rechtszaak tegen de Zweedse eis heeft American Airlines verloren. Sinds ongeveer een jaar onderhandelt Aaron voor de Amerikaanse overheid met de Europese Commissie over een gelijkstelling van het Amerikaanse privacybeleid, dat bestaat uit een ingewikkeld stelsel van honderden wetten en regelingen, met de voorwaarden in de richtlijn. Om tegemoet te komen aan de EU heeft Aaron voorgesteld een zorgvuldigere privacyregeling te bewerkstelligen in het Amerikaanse bedrijfsleven. Op basis van vrijwilligheid kunnen bedrijven zich aansluiten bij een zogeheten safe harbor, een veilige haven voor persoonsgegevens. De federale handelscommissie zal toezichthouden op de naleving en bemiddelen bij conflicten tussen consumenten en bedrijven. Om het Europese bedrijfsleven ervan te overtuigen dat de privacyrichtlijn op korte termijn nadelige gevolgen heeft voor de handel tussen de VS en de EU bezoekt Aaron deze week zes landen, waaronder Nederland. Gisteren was hij op uitnodiging van de werkgeversorganisatie VNO-NCW en computergigant IBM in Amsterdam. In voorzichtige bewoordingen - het woord handelsoorlog of data-embargo zal hij niet uitspreken - legt Aaron uit wat op het spel staat. Europa investeert jaarlijks 145 miljard dollar in de VS. Daarnaast kopen Amerikanen jaarlijks voor 900 miljard dollar aan Europese producten. De Wereldhandelsorganisatie (WTO) voorspelt dat de elektronische handel over een paar jaar 300 miljard dollar zal bedragen. Aaron: ,,Informatie is de sleutel tot de realisatie van de grote mogelijkheden van electronic commerce.'' Als een eind komt aan de vrije uitwisseling van persoonsgegevens is dat volgens hem een grote strop voor beide economieën. De onderhandelingen met de Europese Commissie verlopen moeizaam, vertelt Aaron. Eigenlijk had hij afgelopen zomer, voor de introductie van de privacyrichtlijn, al tot overeenstemming willen komen. Nu is hij blij wanneer de problemen aan eind van de zomer zijn opgelost. Aaron: ,,Een deel van het probleem is dat nog maar een paar EU-landen de privacyrichtlijn in wet- en regelgeving hebben vertaald. Beide partijen worstelen met nieuwe thema's. Hoe gaan we bijvoorbeeld om met nieuwe persoonsgegevens als 'click stream data' het informatiespoor dat al klikkende met de muis ontstaat? Of met 'cookies', gegevens die gegenereerd worden door het contact van een computergebruiker met een website?'' Een ander punt van verschil is de toegang van consumenten tot hun persoonsgegevens in databanken van bedrijven. Volgens de privacyrichtlijn moeten inwoners van de EU altijd toegang tot al hun gegevens hebben om deze in te zien, te wijzigen of te verwijderen. Dat gaat de VS te ver. Om de kosten voor het bedrijfsleven te beperken, pleit Aaron voor 'redelijke' toegang in plaats van een absoluut recht. ,,Toegang moet verleend worden in het geval dat de informatie van persoonlijk of financieel belang is.'' Als een informatieverzoek 'triviaal' is en het een bedrijf te veel kost mag het worden afgewezen. ,,Als iemand wil weten wat als haar lievelingskleur is geregistreerd, kun je niet van een bedrijf verlangen dat ze hun database voor 10 miljoen laten veranderen als je toevallig niet op naam kunt zoeken.'' Intel: privacy WASHINGTON, 27 JAN. De volgende generatie chips van Intel zal worden voorzien van een privacybeschermende optie. ‘s Werelds grootste chipfabrikant wilde aanvankelijk een chip (Pentium III) op de markt brengen met een vast identiteitsnummer, zodat online-winkels en websitehouders altijd zouden weten met wie ze te maken hebben. Drie Amerikaanse privacy- en Internetorganisaties riepen eergisteren op tot een boycot. Wereldwijd regende het, onder het motto ‘Big Brother Inside', protesten van Internetgebruikers en homo-organisaties. De staat Arizona wil zulke chips nu wettelijk verbieden. (www.privacy.org/bigbrotherinside)
|
NRC Webpagina's
27 JANUARI 1999
|
Bovenkant pagina |