R A D I O & T E L E V I S I E
|
NIEUWSSELECTIE
S e l e c t i e
Televisie
|
B E E L D :
Grap en geweld
Maarten Huygen
De Leeuw zelf speelde Maria. Ajax-voorzitter Michael van Praag had de rol van kapitein Von Trapp in bisschopskostuum. In zijn nonnenhabijt had De Leeuw veel plezier met zichzelf. Het leek me echt een oude droom van hem om dit eens met Kerstmis te doen, zo'n plan dat je beter maar niet kunt uitvoeren. Als elke andere geboortegolver kan ik The Sound of Music dromen, want er werden toen heel wat kinderverjaardagen in de bioscoop gevierd. De persiflage was dus wat laat. Zuster Maria had een Limburgs accent (ha, twee drie, haha). Frater Venantius uit Schin op Geul sprak eeuwen geleden al met een zachte g toen bijna elke Limburger naar de kerk ging. Dat was pikant toen. Ik verlang naar meer hedendaagse persiflage. Maar ach, ik neem het allemaal te serieus. Zware ernst en strenge inhoudelijke toetsing is juist niet de bedoeling van zo'n nachtprogramma. Laat de Leeuw is een achtergrondshow. Je hebt hem aan terwijl je tanden poetst, de boekhouding doet of de agenda voor de volgende ochtend voorbereidt. Als er een interessante gast is, kijk ik. Afgelopen zomer woedde er in deze krant een discussie over de vraag of De Leeuw met zijn onbeschoftheid ,,zinloos geweld'' veroorzaakt. Renate Dorrestein schreef het, Freek de Jonge kwam er een anderhalve maand geleden op terug. Sindsdien ben ik beter gaan kijken maar ik zie geen verband tussen zijn grappen en de moord op Meindert Tjoelker. Net zomin als zinloos geweld wordt veroorzaakt door mensen die na slechts één glas wijn in de auto stappen en die van de Tweede Kamer binnenkort moeten worden gestraft. Dat zijn zo van die morele paniekjes. Het probleem zit hem eerder bij mensen die er meteen op slaan omdat ze grappen of aanmerkingen niet kunnen verdragen. Ze hebben meterslange tenen waar je niets vermoedend op staat. Met de vuist of het mes eisen ze ,,respect''. Dat respect biedt De Leeuw niet. Hij is de clown van de klas, degene die altijd naar buiten wordt gestuurd omdat hij tot hilariteit van iedereen net ietsje te ver is gegaan. Soms ad rem, soms flauw. Dat hoort erbij. Wie zijn programma binnentreedt, doet dat op eigen risico. Er zijn nog genoeg sterren en sterretjes die bij hem met hun veertjes willen komen pronken. En, jonge kijkers, attentie, ze slaan er niet meteen op als De Leeuw wat minder respectvol is. In het gewelddadige Amerika heb ik vele jaren dergelijke nachtshows gevolgd, David Letterman, Jay Leno en eerder Johnnie Carson. Ik mis bij De Leeuw de openingsconference van vijf minuten waarin het nieuws wordt doorgenomen. Die teksten moet hij toch kunnen schrijven. Anders zijn er genoeg beginnende cabaretiers die kunnen helpen. Maar na zo'n openingsconference werd het bij de Amerikaanse nachtshow meestal saai en gepolijst. Een orkestje, wat shoptalk met een collega bekende Amerikaan. Een nieuwe film wordt aangekondigd, een facelift wordt besproken, een boek geplugd. Meestal zette ik de televisie dan uit. Dergelijke routine ontbreekt bij De Leeuw, dus vind ik zijn interviews leuker dan die van de Amerikaanse humoristen. Hij bezit spontaniteit die nog steeds verrast. Dat komt ook omdat hij bij elk programma een nieuwe sidekick uitnodigt die mee-interviewt of de ondervraging leidt, terwijl De Leeuw er zo nu en dan een grap doorheen schiet. Een zanger, een presentator, de vertrekkende burgemeester van Leiden, een Sinterklaas. Ze laten zich niet door De Leeuw uit het veld slaan. Leuk vond ik de strenge wetenschapster uit Delft die begon met een van lichtbeelden voorzien college over mijten, een aantal weken geleden. Ze bleef onverstoorbaar en corrigeerde De Leeuw als die te ver ging, heel leerzaam voor de kijkertjes, zou ik zeggen.
|
NRC Webpagina's
23 DECEMBER 1998
|
Bovenkant pagina |