U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
teller
    M E D I A  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS 
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Terreur vanuit de media

Door onze correspondent FROUKJE SANTING
ANKARA 19 DEC. ,,In de 167-jarige geschiedenis van de pers in Turkije hebben de media nog nooit zo'n kwalijke rol gespeeld,'' meent Varlik Özmenek, columnist van het pro-Koerdische dagblad Ülkede Gündem (De Agenda in het Land), dat onlangs een verschijningsverbod kreeg opgelegd. ,,De taak van de media, het informeren van het publiek, is volledig op de achtergrond geraakt. In plaats daarvan houden kranten, tijdschriften en televisiejournaals zich met terreur bezig. Ze zetten het publiek tot geweld aan.''

Om de ethiek in de journalistiek terug te brengen is Özmenek, met steun van de journalistenvereniging in Ankara, een eenmansactie begonnen: de oprichting van een rood bulletin voor de media. Daarin moet volgens hem - analoog aan de rode lijst van Interpol, waarop internationale opsporingsbevelen staan vermeld - het gedrag van journalisten aan de kaak worden gesteld die in hun artikelen of televisienieuws tot geweld aanzetten of mensen journalistiek 'terechtstellen'.

Volgens Özmenek bestaat er een duidelijk verband tussen de moordaanslag eerder dit jaar op de voorzitter van de Turkse vereniging voor de rechten van de mens, Akin Birdal, en de oorlogszucht in de Turkse media. In een foto en met een vette kop werd Birdal op de voorpagina van de populaire Hürriyet (Vrijheid) als handlanger aangemerkt van de separatistische Koerdische Arbeiderspartij (PKK). Korte tijd daarna overleefde Birdal ternauwernood een aanslag door vier gewapende mannen die zijn kantoor in Ankara waren binnengedrongen. ,,Birdal was door de media als doelwit aangemerkt'', aldus Özmenek. ,,De boodschap was dat hij niet deugde.''

Een ander voorbeeld is uit dezelfde Hürriyet: enkele dagen na de kaping van een vliegtuig op 29 oktober, kwam het dagblad opnieuw met een zwaar aangezette kop: ,,Kijk deze idioot eens''. Die idioot was erbij afgebeeld: de vice-voorzitter van de organisatie voor de rechten van de mens, Osman Baydemir. Deze had zich afgevraagd waarom niet was gepoogd om de vliegtuigkaper, die met zijn actie de aandacht richtte op de Koerdische zaak, levend te overmeesteren, in plaats van hem in de cockpit dood te schieten. De Hürriyet kreeg een spervuur van kritiek over zich heen, maar de hoofdredacteur hield vol dat zijn krant in het belang van het land had gehandeld.

,,De media worden wel de eerste macht in Turkije genoemd'', verklaart Özmenek, ,,terwijl we in een democratie juist een controlerende macht zouden moeten zijn.'' Hij maakt zich grote zorgen over deze ontwikkeling. ,,De kwestie van de Koerden en de opkomst van de politieke islam in Turkije worden door het gevestigde gezag als de belangrijkste bedreigingen van dit land afgeschilderd. Die houding wordt door de media overgenomen. Ze informeren het publiek niet maar dringen de lezers en de kijkers een bepaalde opinie op, die gelijk is aan die van de staat.'' Özmenek wil met zijn eenmansactie vooral de professionele gerichtheid van journalisten prikkelen. ,,De journalistiek in Turkije handelt niet meer vanuit internationaal erkende waarden en normen, maar maakt zich schuldig aan misdaden tegen de menselijkheid'', meent hij. De verloedering van de Turkse pers wordt mede in verband gebracht met de uitverkoop in de afgelopen jaren van tal van landelijke en invloedrijke kranten aan rijke maar duistere ondernemers, soms zelfs met banden met ultranationalistische mafiaclans, zoals Korkmaz Yigit. Televisiekanalen worden opgericht of komen in handen van eigenaren van bedrijven die er belang bij hebben om als spreekbuis te fungeren van een politieke partij. Zo valt te verklaren waarom sommige columnisten van de landelijke dagbladen en hoofdredacteuren van televisiejournaals astronomische maandlonen ontvangen. Volgens Özmenek verdient bijvoorbeeld Güneri Civaoglu van de liberale, met het leger verbonden krant Milliyet (Nationaliteit) en programmamaker bij het televisiekanaal D, 50.000 dollar per maand. De presentator van het televisienieuws van de zender ATV, Ali Kirca, krijgt volgens hem 40.000 dollar. Tegelijkertijd heeft de kartelvorming in de media de macht van de vakbonden gebroken. Lang waren er slechts twee vooraanstaande uitgeversgroepen in Turkije: die van Dinc Bilgin en die van Aydin Dogan. Deze waren onderling overeengekomen dat redacteuren en columnisten die bij het ene bedrijf werden ontslagen, daarna niet aan de slag konden bij de andere uitgeversgroep. Wat overbleef waren de marginale, pro-islamitische of pro-Koerdische dagbladen. ,,Journalisten in Turkije worden enerzijds gemuilkorfd'', meent Özmenek, ,,terwijl ze zich anderzijds laten leiden door de oorlogszuchtige en nationalistische tendensen in het land.''

NRC Webpagina's
19 DECEMBER 1998


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)