U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
teller
    M E D I A  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

VPRO eist inzage archieven Gerbrandy

Door FRISO ENDT
HILVERSUM, 19 DEC. De VPRO heeft in een brief aan de Algemeen Rijksarchivaris in Den Haag inzage geëist in enkele archieven ten behoeve van de documentaire Greet Hofmans en de Nederlandse pers. Het Algemeen Rijksarchief heeft de eis afgewezen, omdat de gevraagde archieven particulier zijn. Particuliere archieven zijn gesloten en verzegeld en kunnen pas worden geopend als de betrokken familie daarvoor toestemming geeft.

De film behandelt een tot nu toe gedeeltelijk verzwegen periode uit de jaren vijftig, toen koningin Juliana onder invloed van de gebedsgenezeres Greet Hofmans vredestichtende opinies naar buiten zou hebben gebracht. In bepaalde Nederlandse en vooral Amerikaanse kringen werd daar met zorg naar geluisterd.

In zijn brief van 11 december stelt directeur H.M. van den Brink van de VPRO-televisie dat het verbod bepaalde stukken te zien en te filmen afbreuk doet aan de journaliste kwaliteit van de tweedelige documentaire, die gemaakt is door Hans Keller en morgenavond en 27 december wordt uitgezonden. Het gaat in het bijzonder om stukken uit de nalatenschap van wijlen oorlogs-premier Gerbrandy. Maar met de nazaten van Gerbrandy is afgesproken dat de zegels van de archieven pas mogen worden verbroken na het overlijden van prinses Juliana en prins Bernhard, meldt de Algemeen Rijksarchivaris. Van den Brink schrijft de Algemeen Rijksarchivaris dat zijn omroep een rechtszaak wil aanspannen op grond van de wet openbaarmaking bestuur (WOB). Hij kan de reden van privacy niet billijken. In 1994 wees de Raad van State al een verzoek tot opening van het archief van Gerbrandy af. Dat verzoek werd toen gedaan door historicus en biograaf dr. L. Giebels, die eveneens een beroep deed op de WOB.

De lakeien van Oranje

Friso Endt
Als morgen deel 1 van de film 'De zaak Greet Hofmans en de Nederlandse pers' op de televisie te zien is, zal ik terugdenken aan die mistige 11de oktober 1956, toen ik achter een blauw-zwarte Chevrolet van Soestdijk naar Den Haag reed.

In die auto zat Victor Sims van het Britse zondagsblad Sunday Pictorial, en aan het stuur een mij onbekende meneer, die later mr.dr. I.G. van Maasdijk bleek te zijn, kamerheer in buitengewone dienst van koningin Juliana, president-commissaris van De Telegraaf. Hij vertelde Sims dat op kasteel Warmelo - waar de moeder van prins Bernhard woonde - een plan werd uitgebroed om Juliana van de troon te stoten ten behoeve van de 18-jarige Beatrix. Behalve dit verhaal, behandelt de film met name het zwarte hoofdstuk uit de vaderlandse journalistiek waarin een zelfopgelegde 'zelf-censuur' de gezamenlijke hoofdredacteuren (behalve die van De Waarheid) ertoe bracht het allemaal te verzwijgen. Zij zwegen het op 13 juni van dat jaar door prins Bernhard zelf ingestoken verhaal in het Duitse weekblad Der Spiegel dood over Greet Hofmans, 'de Raspoetin van Soestdijk'. Nederland wist niets van de gebedsgenezeres Greet Hofmans, die middenin de Koude Oorlog een vredestichtende invloed op Juliana had die zo ver ging dat de koningin weigerde het doodvonnis van SD -beul Lages te tekenen, bepaalde NAVO-wetten uit de weg ging en in het Amerikaanse Congres zei dat we geen kanonnen maar ploegscharen moesten produceren. CIA -chef Allan Dulles had Bernhard bevolen om aan Hofmans' invloed een eind te maken.

Mijn rit achter Van Maasdijks auto betekende het einde van de vaderlandse persbreidel, want toen de Sunday Pictorial het verhaal van de 'Conspiracy against a Royal Queen' afdrukte, ontkende Van Maasdijk aanvankelijk dat de autorit had plaatsgevonden. Een week later mocht ik het verhaal in mijn eigen krant Het Parool publiceren. Met Van Maasdijk vond de vaderlandse pers een reden om het stilzwijgen - waarvoor men zich schaamde - te verbreken.

Inmiddels had minister-president Drees, die als de dood was voor een koningskwestie, mede op Bernhards aandringen een commissie van drie ingesteld bestaande uit ex-premier Beel; ex-gouverneur-generaal Van Starkenborgh Stachhouwer; en professor Gerbrandy, de premier-uit-de-oorlog. De drie begonnen ,,op verzoek van Juliana en Bernhard'' een onderzoek ,,naar aanleiding van publicaties in het buitenland over ons gezinsleven en de verhoudingen met onze naaste omgeving''. Dat laatste sloeg op Hofmans, maar die naam kende Nederland niet, en Nederland begreep het daarom niet. Ook niet toen het rapport van de Commissie van Drie geheim bleef, en een jaar later in een cryptisch communiqué naar buiten werd gebracht dat Hofmans niet meer op Soestdijk kwam, dat aan de religieuze bijeenkomsten op het Oude Loo een einde was gemaakt en dat Beatrix in Leiden ging studeren. Wat het betekende was dat aan Hofmans' invloed inderdaad een einde was gekomen en dat Beatrix niet op de troon zou komen.

Wel was de Nederlandse pers eindelijk begonnen met uit te leggen dat er toch iets aan de hand was geweest. Maar wat precies weten we vandaag nog niet, ook niet als we straks de film hebben gezien.

De doofpotters in Den Haag weten blijkbaar al te goed waarom we dat niet mogen weten. Want al die 46 jaar is alles wat ook maar kan duiden op 'iets' onder het tapijt geveegd. Het rapport van de Commissie van Drie dat door Beel met één vinger hoogstpersoonlijk - zijn secretaresse mocht het niet doen - in zesvoud op zijn oude schrijfmachine is getypt, is weg of ligt in een kluis waarvan niemand weet waar hij staat.

Toen een paar jaar geleden collega Harry van Wijnen enig research verrichtte voor zijn boekwerkje De Prins-Gemaal kreeg hij alle hulp van prins Bernhard. Toen hij vroeg naar dat Drie-advies, zei Bernhard dat zijn exemplaar in het Koninklijk Huis-archief was te vinden. Van Wijnen werd daar vervolgens niet toegelaten.

De lakeien van Oranje, waar ook ter wereld, doen hun werk goed: het zit in de doofpot, en daar zal het blijven. In december 1993 maakt de historicus Bob de Graaf in een studie over meesterspion King Kong in een voetnoot melding van geluidsbanden uit 1961 waarop prins Bernhard met de Ameriaanse biograaf Alden Hatch uitvoerig praat over de Greet Hofmans-affaire. De banden zouden zijn opgeslagen in de bibliotheek van de universiteit van Gainsville in Florida die de nalatenschap van Hatch beheert. Het hoofdstuk dat Hatch over de kwestie-Hofmans schreef is nimmer gepubliceerd, mede onder druk van de Haagse autoriteiten. Verslaggever Arthur Maandag van het Haarlems Dagblad is in het najaar van 1993 naar die banden gaan luisteren en heeft de inhoud gepubliceerd. Een paar maanden later hoorde ik op het ministerie van Algemene Zaken tijdens een receptie een ambtenaar die de voorlichting van het koninklijk huis in portefeuille had letterlijk zeggen: ,,Aan het lek in Florida heb ik een einde gemaakt.'' Dat was interessant: ,,Hoe dan?'' vroeg ik. ,,Nou, gewoon mevrouw Alden Hatch om die bandjes gevraagd. We zouden er misschien wel voor willen betalen.'' Ik zweeg: belastinggeld om de geschiedenis in de doofpot te stoppen? Maar ik zei: ,,Waar bemoeit u zich eigenlijk mee.'' Antwoord: ,,Nou, prins Bernhard is ernstig ziek, en dat kan toch zo maar niet dat wildvreemden daar gaan zitten luisteren.'' Toen besloot ik zelf te gaan luisteren. Maar de lakeienhand uit Den Haag had zijn werk gedaan. Men kon dat niet toestaan zonder het groene licht van mevrouw Alden Hatch, die in New York woonde. En zo zat ik op een mooie voorjaarsdag bij de montere weduwe in de 66ste straat Manhattan. ,,Toen u belde'', zei ze, ,,heb ik contact gezocht met de secretaris van uw koningin, de heer Floor Kist en met de secretaresse van prins Bernhard, juffrouw Gillis. Ze vonden het 'not such a good idea' met u te praten.'' Maar ze zei nieuwsgierig te zijn en deed het toch. Ik wilde weten of 'Den Haag' die bandjes wilde hebben en of ze er geld voor hadden geboden. Dat laatste was niet gebeurd, zei ze. Maar wel had hoofddirecteur Van der Voet van de RVD wel zo'n 25 keer gebeld. ,,Dat kostte me nog geld ook'' zei ze, ,,want ik moest aldoor terugbellen.''

,,Waarom hebt u ze niet gegeven'', vroeg ik. ,,Dat doe ik niet'', zei ze, ,,want dan hadden ze ze vernietigd. En daar leen ik me niet voor. Geschiedenis mag je niet vernietigen.''

Maanden later herinnerde ik enkele ambtenaren van de RVD aan die gebeurtenissen. ,,Ik vind jullie lakeien'', zei ik, ,,jullie vervalsen geschiedenis. Dat kan niet. En waarom niet? Om het koninklijk huis te plezieren?'' Degene die had beweerd het 'lek in Florida' te hebben gedicht, was geraakt: ,,Ik ben geen lakei.''

Ik ben het daar niet mee eens.

Friso Endt is oud-redacteur van NRC Handelsblad, oud-redacteur van Het Parool en correspondent van Newsweek.

Zoeken naar een affaire

STEVEN DERIX
,,Het regime van de doofpot is nog altijd niet verdwenen'', zegt filmer Hans Keller. Morgenavond wordt het eerste deel van zijn gedramatiseerde documentaire over de affaire rond koningin Juliana en gebedsgenezeres Greet Hofmans uitgezonden door de VPRO in de serie Verhalen uit het land van voldongen feiten.

Het was prins Bernhard die de gebedsgenezeres en handoplegger Greet Hofmans in 1948 naar het koninklijke hof haalde. Prinses Marijke (de latere prinses Christina) leed aan een oogafwijking waarmee reguliere artsen geen raad wisten. Genezen deed Hofmans niet, wel begon ze in de bijna negen jaar dat ze op paleis Soestdijk vertoefde een steeds grotere invloed uit te oefenen op Juliana. Dit leidde tot een koninklijke huwelijkscrisis. Voor prins Bernhard was Hofmans definitief door de mand gevallen, nadat ze er niet in was geslaagd zijn favoriete paard No No Nanette te genezen. Bovendien begon Juliana nogal zweverige pacifistische speeches af te steken in het buitenland. 'De Raspoetin van paleis Soestdijk'. Zo luidde de kop van het Duitse Weekblad Der Spiegel, dat in 1956 de crisis aan het Nederlandse koninklijke hof voor het eerst onthulde. De regering Drees besloot in te grijpen. Hofmans werd van het hof verwijderd. Maar daarover mocht niets in de krant, vond Drees en de Nederlandse hoofdredacteuren met hem. De film van Hans Keller is dan ook vooral het relaas van de zelfcensuur van de Nederlandse pers in de jaren vijftig. Die gezagsgetrouwheid behoort inmiddels tot het verleden. De censuur van de Nederlandse overheid niet, zegt Keller. Voor historische beelden van het Koninklijk Huis week hij uit naar de VS: ,,Ik heb de Rijksvoorlichtings Dienst er niet eens om gevraagd.''

Een 'docu-drama' mogen we De affaire-Greet Hofmans en de Nederlandse pers niet noemen, zegt Keller ,,Dat vind ik zo'n vreselijk woord.'' Maar een gewone huis- tuin- en keukendocumentaire is de film evenmin. Hans Keller en Henk Hofland (die meeschreef aan het scenario) laten de kijker een eigen 'onderzoek' doen in een gefingeerd archief. Op projectieschermen zijn historische beelden te zien. Getuigen die als geesten in het archief verschijnen, leggen een verklaring af. Sommigen zijn echt: parlementair historicus L. Giebels vertelt over wat hij over de affaire aan de weet is gekomen. Anderen, zoals minister Beel (toenmalig minister van Binnenlandse Zaken), of minister-president Drees, worden gespeeld door acteurs. Keller: ,,Henk en ik hadden voor de documentaire-serie de term 'historische enquête' bedacht. Maar dat woord zal wel nooit ingeburgerd raken.''

Verhalen uit het land van de voldongen feiten. De zaak Greet Hofmans en de Nederlandse pers (1), Ned3. 20.45-22.20u.

NRC Webpagina's
19 DECEMBER 1998


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)