R A D I O & T E L E V I S I E
|
NIEUWSSELECTIE
S e l e c t i e
Televisie
|
T V A C H T E R A F :
Knuffels
Hans Beerekamp
Een slechte televisiejournalist zou een programma over dr. Spock (1903-1998) volledig ophangen aan de 'ontdekking' dat de hoofdpersoon zijn eigen adviezen niet opvolgde. Een goede, genuanceerde televisiedocumentaire, zoals de BBC-productie Vadertje Spock van Ella Bahaire, waarmee de IKON gisteravond een serie over opvoeding onder het motto Opgefokt opende, neemt de paradox als uitgangspunt voor een intrigerend onderzoek. Daarin komen twee zonen van de beroemdste kinderarts uit de geschiedenis uitgebreid aan het woord om teleurstelling te uiten over hun eigen opvoeding, maar wordt ook de tegenstelling tussen openbaar en privéleven verklaard. De documentaire begint met de enscenering van een spartaans openluchtschooltje in Connecticut, 1909. Spock, de zoon van een vooraanstaand advocaat en een hardvochtige moeder, was een van de leerlingen. Uit boosheid over zijn jeugdervaringen heeft Spock praktisch zijn hele leven gestreden tegen de traditie om kinderen niet als individuen te beschouwen. Spocks in 1946 verschenen handboek Baby and Child Care, een helder geschreven naslagwerk, maar ook een oproep aan ouders om vooral op zichzelf en hun intuïtie te vertrouwen, is van doorslaggevende betekenis geweest voor de verandering in het denken over opvoeding, al heeft Spock zich altijd heftig verzet tegen beschuldigingen in de jaren tachtig dat hij de apostel was van doorgeslagen tolerantie ('permissiveness'). Zelf bleef Spock een gevangene van zijn eigen opvoeding. Een andere paradox is dat Spock, ondanks zijn appèl aan eigen verantwoordelijkheid, algemeen gezien werd als geestelijk leidsman en autoriteit. Toen hij zich, mede onder invloed van zijn labiele echtgenote Jane, in de jaren zestig en zeventig ontpopte tot activist tegen de atoombewapening en de Vietnamoorlog, en zelfs radicaal politicus, die in 1972 als presidentskandidaat voor The People's Party slechts 79.000 stemmen vergaarde, viel hij voor een groot deel van Amerika diep van zijn voetstuk. Bahaire's documentaire biedt niet alleen informatie en inzicht, maar ook een schitterende hoeveelheid ontroerend archiefmateriaal, zowel uit openbare bronnen als van particulieren, dat van Spock een tragische, maar sympathieke held maakt. Zoals veel wereldverbeteraars kon hij zijn eigen leven niet onder controle krijgen en was zich voortdurend bewust van de kwetsbare positie die hij daardoor bekleedde. De archivarissen van de Amerikaanse omroepen hebben de laatste maanden hard gewerkt om ons beelden te bezorgen ter compensatie van wat we nooit te zien zullen krijgen. Er bestaan, als ik het goed heb bijgehouden, nu drie openbare scènes van president Clinton en stagiaire Lewinsky, respectievelijk met rode baret, in een blauwe jurk en in een witte jurk. Steeds staat het meisje, triomfantelijk en uitdagend, vooraan tussen het publiek, en komt in aanmerking voor een hand en aanzienlijk meer: een arm om haar heen, en een knuffel waar de kinderen van Spock jaloers op zouden kunnen zijn. Haar gezicht spreekt tot de verbeelding: een quasi-nonchalante uitdrukking, die net iets meer trots verraadt dan waar ze als gewoon bewonderaarster recht op zou hebben na een joviaal lijfelijk contact met haar held. Net als de Zapruderfilm over de moord op president Kennedy, zullen ook de Lewinsky- tapes nog wel eens in de videotheek belanden. De vraag is waarom Marilyn Monroe of een minder beroemde minnares van Kennedy nooit met een jurk vol spermavlekken naar een aanklager is gestapt. En hoe de media en het Amerikaanse publiek daar dan op gereageerd zouden hebben. Het verschil zit niet in de tolerantie van de publieke opinie voor grote geesten met een van hun imago afwijkend privéleven, maar in de snelheid waarmee (visuele) informatie geopenbaard, en dus verhandelbaar wordt. Dat maakt het voor Monica Lewinsky interessant om haar stille triomf van de daken te schreeuwen.
|
NRC Webpagina's
7 AUGUSTUS 1998
|
Bovenkant pagina |