M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
De keiharde werkelijkheid
HERMAN STAAL
Slapeloze nachten hebben de makers van het VPRO-programma
Pizzeria Inferno, waarvan 5 juli en 19 juli de eerste
afleveringen zijn uitgezonden, moest gaan ,,over de rafelranden van de
multiculturele samenleving'', zoals Flupsen het zegt. Als vervolg op een
aflevering van het programma
Ze zit samen met Hans Flupsen en producer Marc Schaaps aan een tafeltje
in de pizzeria in Overtoomse Veld waar het programma naar is vernoemd.
Ze zijn net klaar met de opnamen voor zondag.
De pizzeria is een ontmoetingsplaats voor veel jongeren uit de buurt.
,,Het is de eerste plek waar we na rellen kwamen. De naam heeft iets
lekker brandbaars'', zegt Flupsen. Hij werd bekend met het programma
Veldpost - bekroond met de Nipkow-schijf - over armoede in Nederland.
Bisschop Muskens deed er zijn inmiddels beroemde uitspraak dat iemand
die in grote armoede leeft volgens de katholieke leer een brood mag
stelen. ,,Once in a lifetime'', zegt Flupsen over de impact die Veldpost
daarmee kreeg.
Pizzeria Inferno ging tot dusver alleen over de rellen en de
nasleep daarvan, maar Flupsen wil het programma graag ,,breder en
dieper'' over de Marokkaanse jeugd voortzetten. Hij wil Marokkanen goed
in beeld brengen. ,,Iedereen kan Mohammed (een van de gearresteerden,
HS) nu in de ogen kijken en zien hoe zo'n aardige jongen het is.'' Hij
wijst op de rol die de televisie heeft gespeeld bij de toenadering tussen katholieken en protestanten. Want protestanten zagen
volgens Flupsen ,,dat die Toon Hermans best een leuke peer was''.
Dat zou ook bij autochtonen en allochtonen kunnen gebeuren. ,,Wat is er
nou mooier dan een cliché verpulveren'', vraagt Flupsen zich
glimlachend af.
In Pizzeria Inferno zijn inmiddels veel van de betrokkenen aan
het woord geweest. ,,Keiharde werkelijkheidstelevisie'', benoemt Flupsen
het programma. De Marokkaanse jongeren die al dan niet terecht zijn
gearresteerd, hun advocaat, andere jongeren en buurtbewoners. De makers
proberen dicht op hun huid te zitten met kleine camera's en soms zonder
geluidsman. ,,Soms is het niet om aan te zien'', erkent Flupsen. Maar
het werkt beter zo.
Tot nu toe ging het nauwelijks over de problemen rond de jongeren, maar
vooral over de verkeerde berichtgeving. Tessa Boerman: ,,We wilden
analyseren wat er precies is gebeurd. Een van de belangrijke deelnemers
was de pers.'' Ze vindt dat media en politie na de rellen een onjuist beeld hebben geschetst. Boerman: ,,Een no go-area? Dat
staat in contrast met wat je in de buurt hoort en ziet.''
Het programma maakt een weinig objectieve indruk. ,,Het is allemaal de
schuld van de politie'', zegt een jongen die De Telegraaf rondbrengt.
Hoezo dan? ,,Zero-tolerance hè'', antwoordt de jongen.
Door de jongeren maar voor de camera te laten leeglopen, kregen de
makers al verwijten dat ze te politiek correct zijn. Ze zitten er niet
mee, maar ze erkennen wel dat één partij ontbrak in de
uitzendingen: de politie. Maar die weigerde mee te werken. Zondag zal
politiewoordvoerder Klaas Wilting wel te zien zijn.
Wilting was wel kort telefonisch te horen. Een gesprek met hem was
opgenomen zonder dat hij het wist. ,,Niet netjes'', volgens Wilting.
Tessa Boerman maakte ook van deze werkwijze gebruik in gesprekken met
Parool-fotograaf Willem Middelkoop en een stagiair. De tweede uitzending
ging grotendeels over een incident waarbij de twee fotografen en
jongeren uit de buurt betrokken waren. Middelkoop
fotografeerde een jongen, toevallig een van de vier gearresteerden,
tegen zijn zin. Vlak voordat de jongen Middelkoop ging slaan, zo zegt de
fotograaf, maakte hij een foto. Net die foto was het fraaist - door de
dreigende blik van de jongen - en kwam op de voorpagina van de bijlage.
Boerman voerde telefonisch met Middelkoop en de stagiair gesprekken
omdat ze vond dat de fotografen te ver waren gegaan. ,,Die jongen kreeg
door die foto problemen op zijn werk'', zegt Boerman. Tijdens de
uitzending kwam de jongen uitgebreid aan het woord. Hij ontkende te
hebben geslagen. Daar tegenover werden de telefoongesprekken geplaatst,
omdat Middelkoop en de stagiair niet voor de camera wilden reageren.
,,We vonden het te laag om ze alleen te citeren'', zegt Flupsen. De
hoofdredactie van de VPRO stond achter die beslissing. Uit de aflevering
kwam het beeld naar voren dat de fotografen fout hadden gehandeld.
Middelkoop zelf vindt het terecht dat de foto is gebruikt. ,,Als iemand
mij rustig zegt niet in de krant te willen, dan doe ik dat niet. Deze
jongen overtrad alle fatsoensnormen. Dan gaan mijn normen ook omlaag.
Volgens de letter van de wet mag ik op straat fotograferen. Die foto was
journalistiek veelzeggend door de ongecontroleerde haat die er uit
sprak.'' Hij zegt zeker te weten dat als een rechter zich over de
kwestie zou uitspreken, het maatschappelijke en journalistieke belang
van de foto zwaarder weegt dan het persoonlijke belang van de jongen.
Middelkoop vond de uitzending erg eenzijdig. ,,Over de rellen hebben ze
allerlei getuigen gezocht. Van het incident met ons, waarbij we door een
grote groep zijn bedreigd en de politie ons de wijk uit heeft moeten
begeleiden, waren ook veel getuigen. Die hebben ze niet gezocht.'' Hij
zegt bereid te zijn geweest alle informatie te geven die nodig was, maar
dat de programmamakers daarin niet geïnteresseerd waren.
Middelkoop heeft bij de Raad voor de Journalistiek een klacht ingediend
over de VPRO. Hij wil de makers ,,pakken waar hij ze pakken kan'' en
heeft daarom een rekening ingediend voor het schenden van zijn
auteursrechten omdat de VPRO de bewuste foto meerdere keren in beeld
heeft gebracht. ,,Ze zijn totaal geen onafhankelijke journalisten. Ze
nemen het op voor de Marokkaanse jongeren.''
|
NRC Webpagina's
25 JULI 1998
|
Bovenkant pagina |