|
|
|
NIEUWSSELECTIE
|
H O O F D A R T I K E L :
De vertrekkers
Nadat twee weken geleden minister Wijers (Economische Zaken) zich had afgemeld voor een eventuele prolongatie van zijn ministerschap, volgde deze week zijn partijgenoot Van Mierlo. De verpersoonlijking van D66 verlaat behalve het ministerie van Buitenlandse Zaken ook de politiek; zijn plaats in de Tweede Kamer zal hij niet innemen. Aan de lijst vroege vertrekkers kan nu dus ook de naam van PvdA-fractievoorzitter Wallage worden toegevoegd. Daarmee begint de namencarrousel volop te draaien, want als zijn meest waarschijnlijke opvolger wordt de huidige minister van Sociale Zaken, Melkert, genoemd.
Het geschuif met namen en posities maakt op de buitenwereld een weinig verheffende indruk. Al gauw klinken kwalificaties als 'kiezersbedrog' en 'de hoge heren die elkaar de bal toespelen'. Toch blijft het zaak elk geval op zijn merites te bekijken. Voorop staat dat het diffuse namenspel een spel zonder vaste regels is. Wat wel kan en wat niet kan is meestal een kwestie van individuele afweging.
HET VERTREK VAN Wallage uit de Tweede Kamer, om met de jongste mutatie te beginnen, is zo kort na de verkiezingen rijkelijk vroeg. Temeer daar hij op de kandidatenlijst van de PvdA een prominente tweede plaats innam. Ook dat verplicht. Daar komt nog bij dat Wallage als PvdA-onderhandelaar in belangrijke mate betrokken is bij de totstandkoming van het regeerakkoord van het aanstaande tweede paarse kabinet. Vooral op de overblijvende fractieleden moet het toch een wat vreemde indruk maken dat hun eerste man de afgelopen weken steeds heeft onderhandeld met in zijn achterhoofd de wetenschap dat hij het in praktijk brengen van de afspraken uit het akkoord waarschijnlijk niet zelf meer zou meemaken. Door, nu de klus geklaard is, spoorslags naar Groningen te vertrekken, suggereert Wallage dat het onderhandelen niet veel meer is dan een kunstje en weinig te maken heeft met een persoonlijke investering.
Ook bij het besluit van D66-politicus Van Mierlo zijn zetel in de Tweede Kamer niet in te nemen zijn vraagtekens te zetten. Op zichzelf is zijn argumentatie valide. Hij wil als man met zijn verleden de nieuwe fractie niet in de weg zitten. Alleen had Van Mierlo die afweging ook reeds voor de Tweede-Kamerverkiezingen kunnen maken. Hij had immers toen ook al de stap gezet om als partijleider terug te treden. Dat Van Mierlo reeds een lange staat van dienst heeft, doet hier niet ter zake. Bijna 40.000 kiezers hebben op 6 mei hun voorkeurstem gegeven aan Van Mierlo. Anderen hebben wellicht op de partij gestemd omdat Van Mierlo er in ieder geval bij zou zijn. Zij zitten deze week met een gedeeltelijk verloren stem.
OP DIT PUNT van de politieke ethiek heeft D66 het trouwens toch al moeilijk. Want en passant maakte lijsttrekker Borst deze week ook nog bekend dat niet zij - een jaar geleden door Van Mierlo aangewezen als zijn opvolger - het politieke leiderschap op zich zal nemen, maar fractievoorzitter De Graaf. Els Borst was dus toch 'een meisje' alleen maar voor de verkiezingen.
En dan was er deze week ook nog VVD-leider Bolkestein die zinspeelde op een vervroegd vertrek als eerste man. Hier geldt echter dat het nog niet zover is en dat de aankondiging meer moet worden beschouwd in het kader van een ordentelijke opvolging. Bovendien heeft Bolkestein niet gezegd dat hij na zijn vertrek als fractievoorzitter ook uit de Tweede Kamer zal verdwijnen. HET VERTREK komt altijd ongelegen, zei Den Uyl ooit. En zeker, inherent aan de politiek is een wispelturige carrierepatroon. Maar enig respect voor de kiezer dient bij alle afwegingen toch de boventoon te voeren.
|
NRC Webpagina's
10 JULI 1998
|
Bovenkant pagina |