|
T I T E L : |
Eindexamenwerk Lichting 98 Nederlandse Film en Televisie Academie |
In: Kriterion, Amsterdam. Wo 24 12.00-23.30u, do 25 11.00-24.15u
T I T E L : |
Eindexamenfilms afdeling Voorheen Audiovisueel van de Gerrit Rietveld Academie |
|
Eindexamententoonstelling in de Academie, Fred Roeskestraat 96, Amsterdam. |
|
Vr 26 16-21u; za 27 zo 28, 12-18u; ma 29 di 30, 10-21u; wo 1.7, 10-16u. |
Studenten Nederlandse Filmacademie en Rietveldacademie geven visitekaartjes af
De angst voor de grote stad en het volle leven
Door HANS BEEREKAMP
'Visitekaartjes' worden de eindexamenproducties van filmstudenten vaak
genoemd. Er zit iets onrechtvaardigs in de beoordeling van een
afzonderlijke film, zeker wanneer de kwaliteiten van zo'n
gemeenschappelijke inspanning alleen aan de regisseur worden
toegeschreven. Maar waar je elk jaar weer naar zoekt in eindexamenfilms
zijn blijken van een opvallende filmische persoonlijkheid, een
regisseur, of soms een scenarist of cameraman om in de gaten te houden
in de toekomst.
Het dozijn eindexamenfilms en -video's van de lichting '98 van de
Nederlandse Film en Televisieacademie, een brede vakopleiding met de
nadruk op het leren van ambachtelijke vaardigheden, bevindt zich zonder
uitzondering op goed ambachtelijk niveau. Er wordt naar behoren
gekadreerd en gedecoupeerd, het geluid is verstaanbaar, de scenario's
bevatten weinig onzin en de acteursregie varieert van redelijk tot
uitstekend. De onderlinge kwaliteitsverschillen zijn niet erg groot,
zelfs niet in de mate waarin een regisseur zijn of haar eigen stempel op
de film heeft weten te drukken. Wie nieuwsgierig is naar wat deze
generatie van late twintigers beweegt kan zelfs een thematische rode
draad aantreffen in de speelfilms en sommige documentaires. In veel
films worden de jonge protagonisten verlamd door een milde vorm van
levensangst en een onvermogen zich te ontplooien, zeker in vergelijking
met meer gehaaide ouderen.
Gabbi Werner studeert af met de documentaire Eindhoven, de verveling
voorbij, een tamelijk deprimerend portret van de leeftijdgenoten die ze
achterliet in haar geboortestad, de vijfde en minst gefilmde van
Nederland. Werner schreef ook het scenario voor de speelfilm Framed, een
door Eva Schade voorbeeldig geregisseerde genre-oefening, over een
meisje uit de provincie (Nadja Hüpscher) dat in Amsterdam in de
klauwen van een vampiristische kunstfotografe (Linda van Dyck)
terechtkomt. Off Beat van de Zwitserse regisseur en jazzpianist This
Lüscher is een speelfilm over een door onzekerheid bevangen jonge
contrabassist; de film ademt een groot muzikaal gevoel, ook in de
vormgeving. De praatjesmaker van Albert Jan van Rees is een komedie over
een verlegen 'verkeersbordenrechtbuiger', die droomt van een
carrière als televisiepresentator. Van Rees beheerst het snelle
televisieidioom en scoort daar net iets te makkelijk mee. De met de
meeste natuurlijke flair gemaakte speelfilm van deze lichting is Weekend
van Nanouk Leopold, het portret van een hecht clubje van drie
vriendinnen, dat elk weekeinde onafscheidelijk blijkt. Hun problemen
zijn gering, maar dat is misschien wel juist de tragiek.
Veel waardering verdient Boris le Bouffe, die de geringe middelen van
een eindexamenproductie wist aan te wenden voor een hoofdzakelijk uit
computeranimatie bestaande speelfilm, Biogotchi, waarvan alleen het
science fiction-scenario een magere indruk maakt. De beste documentaires
zijn het liefdevolle portret Wally Tax, Outsider van Martijn de Groot en
het intens observerende K'amka Kweni van Lee Ann Cotton over de
behandeling van de Bosjesmannen door de Zuid-Afrikaanse regering.
Op de Rietveldacademie, waar de producties meer individuele kunstzinnige
expressie weerspiegelen, is het eenvoudiger je persoonlijkheid als
filmmaker te profileren. Dat lukte Marco Niemeijer met een speelfilm in
zwart-wit, Tot acht uur, waarin de psychische crisis van een Nederlandse
vrouw in Portugal (Saskia Temmink) met subtiele blikken en gebaren, en
een associatieve vormgeving, goed gestalte krijgt.
Het grote talent van de Rietveld lijkt dit jaar de 22-jarige Mariska van
Gelder, die in vier zeer uiteenlopende producties toch steeds hetzelfde
verhaal lijkt te vertellen: over radicale lichamelijkheid,
familiebanden, tederheid en filmisch lef. Minimale, maar meeslepende
cinema is Van Gelders korte zelfportret in bed Zonder titel, waarin ze
geluidloos schreeuwt. Haar animatiefilm Fabel is de ongeremde neerslag
van seksuele fantasieën, van surrealistische dromen en obsessies:
in alle eenvoud een verbijsterend oprechte en oorspronkelijke film.
|
NRC Webpagina's
24 JUNI 1998
|