R A D I O & T E L E V I S I E
|
NIEUWSSELECTIE
S e l e c t i e
Televisie
|
T V V O O R A F :
Wat is dit, monseigneur Muskens?
SJOERD DE JONG
Wat is dit? Na de ironisering van het geloof die in de jaren zestig en zeventig tot gekwetste telefoontjes van tv-kijkers leidde, heeft de katholieke omroep nu kennelijk besloten tot de tegenaanval over te gaan, en de ironie te ironiseren. Het bisdom Haarlem adverteerde met de tekst 'Who's afraid of God?', de KRO probeert zich nu de ludieke formule van de jaren zestig - die de gelovigen de kerk uittrok - toe te eigenen om hen terug te drijven naar binnen. Het valt tegenwoordig natuurlijk ook niet mee om de blijde boodschap met een stalen gezicht te verkopen. De kerk is een hachelijke onderneming geworden. Het aantal bleeders is aanzienlijk - om met een moderne interim-manager te spreken - de bedrijfsresultaten lopen terug, de klanten worden steeds mondiger, en uit het hoofdkantoor komen tegenstrijdige signalen over de strategie. Protestanten leken er de afgelopen tijd op televisie wat minder moeite mee te hebben zich aan te passen aan die moeilijke omgeving dan katholieken. De ooit zo steile Evangelische Omroep heeft de steven succesvol gewend. De boodschap wordt er daar niet meer ingehamerd, maar gaat in een leuke verpakking over de toonbank, met een gratis glimlach erbij van filiaalchef Andries Knevel, een wel zeer eigentijdse christen die in een vraaggesprek met HP/De Tijd opgewekt over zijn geluk en aandelen babbelde en er prat op ging zijn vrouw te hebben weggekaapt bij een andere man. De katholieke kijkers kwamen er daarentegen tot voor kort bekaaid af. Zij moesten het doen met de actualiteitenrubriek Kruispunt en de seculiere huiskamerhumor van Ook dat Nog. Maar nu is er dan het tiendelige Zo ken ik iemand, een 'confronterende serie', aldus de KRO/RKK, waarin bisschop msgr. M. Muskens van Breda en een door hem ingehuurde privé-detective (Laurens Umans) op zoek gaan naar de betekenis van het geloof. Want 'het is makkelijker de politiek wakker te schudden, dan een voorbijganger te vragen naar zijn geloof', weet de bisschop inmiddels. Muskens beantwoordt vragen over bijbel en katholieke katechismus, de privé-detective gaat, gewapend met een heupflacon whisky, op pad. Door die 'detective-vorm', en de nogal bedachte vormgeving, krijgt het programma een ironische verdubbeling die soms aardig, maar vaker tamelijk bizar en soms genant uitpakt. Is het leuk om de detective in het café te horen vragen 'wat nou het verschil is tussen de bijbel en de sprookjes van Moeder de Gans'? Het zullen de beloofde 'confronterende' momenten zijn, met een vleugje nostalgie naar de jaren van het Grote Kwetsen. Muskens houdt zich temidden van al deze postmoderne luchtigheid gelukkig goed. Nergens maakt hij zich belachelijk of ongeloofwaardig. De bisschop blijft overkomen als the real thing. Muskens glimlacht niet zoveel, en je ziet hem denken: daar is ook helemaal geen reden voor. Hooguit krijg je medelijden met de monseigneur. Wat zou hij in de volgende aflevering moeten uithalen? Bungy jumpen in de Grand Canyon? Kom van dat Dak af meebrullen? Hopelijk niet. Ironie is leuk, maar alleen ernst overtuigt.
Zo ken ik Iemand, Ned.1, 18.57-19.30u.
|
NRC Webpagina's
4 MAART 1998
|
Bovenkant pagina |