In Volendam wordt alles altijd uitgesteld
Polak en Versteden geven niemand
de schuld. Maar hun rapport over Volendam leest als een klucht over
boeven en helden.
Door onze redacteur JANNETJE KOELEWIJN
VOLENDAM, 28 MAART. Een keer wist Versteden gisteren bij de
persconferentie in hotel Spaander even niets te zeggen. Hij had net
zijn verhaal gehouden over het rapport dat hij samen met Polak maakte
over de brand in café 't Hemeltje. Op alle vragen daarna had hij
zijn antwoorden snel klaar. Maar niet toen hem werd gevraagd wíe
het waren geweest die begin jaren negentig de uitvoering van de
brandpreventieregels " in de kiem hadden gesmoord". "Het was algemene
onwilligheid bij het gemeentebestuur", zegt hij. Maar hoe zit het dan
met het gemeentebestuur? Versteden zei in zijn verhaal ook dat het
gemeentebestuur er vanaf 1996 aan werd herinnerd dat het "de wettelijke
plicht had" om de regels uit te voeren - onder anderen door de
burgemeester. De burgemeester zit toch zelf in dat gemeentebestuur? Was
er ruzie?
Versteden wil er niet op ingaan. "De beoordeling van wie
verantwoordelijk was, laten wij nadrukkelijk over aan de politiek en
aan de rechter", zegt hij afgemeten. "Wij presenteren alleen feiten."
En dat is waar. Het rapport van Polak en Versteden, 53 pagina's in een
zalmroze kaft, is een beschrijving van nota's waarin staat wat er
volgens de wet allemaal moet om café's en restaurants
brandveilig te maken, maar in de Volendamse praktijk niet lukt. Het is
een opsomming van alle beslissingen die allang genomen hadden moeten
worden, maar die eindeloos worden aangehouden, uitgesteld, vergeten,
weer besproken en weer worden aangehouden. Dat gaat dan bijvoorbeeld
over de beslissing om een brandpreventiemedewerker aan te stellen. Het
gemeentebestuur begint daar begin 1997 over te praten. Eind 1999 is hij
er nóg niet. Die brandpreventiemedewerker moet café's en
restaurants gaan controleren "op basis van een systeem van
gebruiksvergunningen". Die verbruiksvergunningen zijn al vanaf 1993
wettelijk verplicht. Maar vier jaar later heeft niet één
van de 215 café's en restaurants in Volendam zo'n vergunning.
Wat Polak en Versteden op de persconferentie in hotel Spaander niet
willen zeggen, zeggen ze tussen de regels door wel in hun rapport. Neem
de vergadering van 13 december 1996 van de 'portefeuillehouders milieu'
in de regio waarin Volendam valt. Op de agenda staat 'uitwerken
oppakken van gebruiksvergunningen'. Alle gemeentes in de buurt zullen
dat doen. Alleen de gemeente Edam-Volendam niet. Wethouder Schilder
acht "dat niet nodig". Polak en Versteden: "Hier wordt dus gewoon
gezegd dat de wet bewust niet wordt uitgevoerd." En dat terwijl het
verplicht is. Spreekt Schilder namens het college van B en W? "Nee",
schrijven Polak en Versteden. Het is " verbazingwekkend" dat Schilder
bij die vergadering zat. De gebruiksvergunningen vielen niet onder hem,
maar onder zijn collega Visscher. Polak en Versteden zeggen het nergens,
maar het schemert door hun conclusies heen. Het is de cultuur
van Volendam die maakte dat er niet op brandveiligheid werd
gecontroleerd en er tot 2000 geen brandpreventiemedewerker was. Een
cultuur van mensen die elkaar kennen en op zondagmiddag tegenkomen bij
de bitterballen. Heb jij mijn broer/mijn neef/ mijn buurman
een bekeuring gegeven? Schilder, wethouder voor Volendam '80, de
partij de belangen van Volendammers verdedigt, kent iedereen. Hij ging
uit het college toen zijn collega Veerman-Tol, ook van Volendam '80, weg
moest na een conflict over het stadion van FC Volendam. Ze had het zo
geregeld dat het gemeentebestuur er geen zeggenschap meer over had,
nadat er miljoenen steun was verleend.
Het is de cultuur in Volendam die burgemeester IJsselmuiden genekt
heeft. Hij werd benoemd in december 1995. Polak en Versteden laten zien
hoe hij keer op keer probeert een besluit te laten nemen over de
aanstelling van een brandpreventiemedewerker en hoe het niet lukt. In
hun 'beschouwingen' achterin het rapport schrijven ze: "In Edam-
Volendam zagen we een burgemeester die streed voor de zaken maar door
krachten in de politiek werd gedwarsboomd." Hij kon daar niet tegenop.
Komt niet door IJsselmuiden, zeggen ze, maar door de positie van de
burgemeester in het algemeen.
De grootste held van Polak en Versteden is de brandpreventiemedewerker
die in 2000 eindelijk aan het werk kon. Hij kreeg mannen als Jan
Veerman tegenover zich, eigenaar van 't Hemeltje. Hij deed zijn werk
"op een wijze waarop wij enige aanmerkingen maken maar die, de
omstandigheden in aanmerking genomen, bij ons enige bewondering heeft
gewekt".