Chello schermt met zonnige cijfers
Door onze redacteur MICHIEL VAN NIEUWSTADT
ROTTERDAM, 19 MEI. De waardering van internetaanbieder Chello valt beleggers tegen. Maar de
abonnees blijven duur.
Financieel bestuurslid Dean Hawkins van Chello moet gisteren een zucht
van verlichting hebben geslaakt. Boo.com, de webwinkel waar hij tot voor kort
de eerste financiële man was gaat failliet. Zijn nieuwe werkgever gaat
op 31 maart naar de beurs.
Niet iedereen is tevreden. Aandeelhouders van UPC, de kabelmaatschappij
die na de beursgang nog een kleine tachtig procent van Chello in handen heeft,
reageerden zelfs ronduit teleurgesteld. Het aandeel UPC noteerde tegen de
middag een verlies van een meer dan dertig procent.
Ofschoon noch Chello nog UPC de waarde van het bedrijf ooit officieel hebben
bevestigd circuleerden onder financieel analisten als waardering voor Chello
bedragen tot tien miljard euro. Met de prijs van tussen 13 en 17 euro vanmorgen
wordt Chello gewaardeerd op maximaal 4,6 miljard.
Toch vraagt Chello nog altijd een enorme prijs voor de 181.000 abonnees
die volgens de jongste cijfers bij het bedrijf internetten via de kabelverbindingen
van UPC: Dik 25.000 euro. Te duur? In een telefonisch interview vanmorgen
hamert Chello-bestuurslid Ian Osborne (marketing) er op dat zijn abonnees
niet vergeleken mogen worden met de gratis abonnees van internetaanbieders
die hun klanten via de telefoon bedienen.
,,Onze aansluitingen hebben we moeten installeren'', zegt Osborne en hij
citeert onderzoek in opdracht van Chello zelf: ,,Achter elk van onze kabelaansluitingen
gaat gemiddeld tweeëneenhalve gebruiker schuil. Ze gebruiken hun aansluiting
twee keer zo veel als de gemiddelde internetgebruiker via de telefoon. Gemiddeld
maken ze maandelijks 72 uur gebruik van hun aansluiting. Ze zoeken zeven keer
per dag toegang. Dat komt onder meer, omdat de kabelverbinding in tegenstelling
tot de telefoonlijn altijd open staat.''
Het eigen onderzoek heeft nog tal van andere zonnige cijfers opgeleverd:
zo gebruikt 94 procent van de abonnees zijn aansluiting elke dag. Niet meer
dan 78 procent van de tv-bezitters zou dagelijks kijken. Het meest cruciale
cijfer dat Osborne citeert betreft echter de bestedingen aan online-aankopen
die Chello-abonnees hebben gedaan in de zes maanden tot medio maart van dit
jaar: 471 euro, waarvan het belangrijkste deel aan muziek, software en boeken.
Volgens hetzelfde onderzoek besteedden abonnees die voor hun internetaansluiting
gebruik maken van de telefoon 283 euro in hetzelfde halve jaar.
Tot slot wijst Osborne op de spectaculaire groei in het aantal aansluitingen
van Chello. Dat lag in april vorig jaar nog op 28.000. Via moedermaatschappij
UPC heeft Chello ,,het exclusieve recht haar diensten aan te bieden'' aan
de 16,8 miljoen huishoudens die UPC met zijn netwerk 'bereikt'. Het aantal
echte abonnees van UPC ligt veel lager. Eind maart waren er 6,3 miljoen kijkers
die hun televisiesignaal ontvingen via de kabels van UPC.
Om de miljoenen kabelabonnees van UPC te voorzien van internet zijn enorme
investeringen nodig. Chello gebruikt weliswaar de infratructuur van de kabelmaatschappij,
maar heeft daarnaast zijn eigen computersystemen, centrales en helpdesks.
De internetaanbieder hoopt de opbrengst van de beursgang, naar verwachting
ongeveer 650 miljoen euro, te besteden aan investeringen in zijn netwerk en
de uitbouw van ondersteunende systemen.
Hoe duur ook de abonnees van Chello mogen zijn, Osborne heeft nog een argument
om de prijs te rechtvaardigen. Niemand minder dan Microsoft doet mee in de
beursgang. Het softwarebedrijf koopt 3,5 procent van de aandelen. Tegen de
introductiekoers. Net als de andere beleggers.