Op verzoek van bewind
Shell aast op gasproject in Turkmenistan
Door onze correspondent FRANK WESTERMAN
ASGABAT, 18 FEBR. De
Koninklijke/Shell Groep is van plan zaken doen met de regering van
Turkmenistan, een bewind dat door mensenrechtenorganisaties tot de meest
onderdrukkende wordt gerekend.
Het concern haalt daarmee een potentieel explosief public-
relationsprobleem in huis, zo erkent een Shell-vertegenwoordiger in
Turkmenistan.
Shell is samen met anderen gevraagd de nog onontgonnen gasvelden onder
de Karakoem-woestijn in het noorden van Turkmenistan te exploiteren en
een gaspijpleiding van 1.700 kilometer aan te leggen voor het transport
van 30 miljard kubieke meter per jaar over de bodem van de Kaspische Zee
door Azerbajdzjan en Georgië naar Turkije. Het project draait om 4
tot 6 miljard gulden aan investeringen, waarvan de helft voor rekening
van Shell. Het gaat Shell niet in eerste instantie om die pijpleiding.
"Dat doen we erbij omdat het ons is gevraagd", zegt een Shell-
vertegenwoordiger in de Turkmeense hoofdstad Asgabat. "Wat ons vooral
interesseert zijn de exploratie en exploitatie van de Turkmeense
gasvelden."
Shell tracht via het project, waarvoor het contract overigens door
allerlei vertragingen nog niet is getekend, via een achterdeur alsnog
toegang te krijgen tot de rijke olie- en gasreserves in het gebied
rondom de Kaspische Zee.
Het totalitaire karakter van het Turkmeense regime staat haaks op Shells
nieuw ontwikkelde bedrijfsethiek. Na Zuid-Afrika (apartheid), Nigeria
(executie van milieuactivisten) en de aanvaring met Greenpeace over het
olieopslagplatform Brentspar had Shell een ethische bedrijfscode
ontwikkeld. De Shell-managers ter plaatse: "We hebben onze principes
over onder andere democratie en mensenrechten aan Turkmenistan
voorgelegd. We hebben de president gewaarschuwd dat wij, indien daarnaar
gevraagd, zijn regime niet zullen verdedigen." Shells ethische
uitgangspunten ('de tien geboden') zijn als appendix aan de afgesloten
intentieverklaring gehecht.
Een Shell-woordvoerder in Den Haag wil geen officieel commentaar geven
"Het is nog veel te pril om toe te lichten. Daarvoor is deze zaak te
delicaat."
Volgens een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken in
Den Haag kijkt Nederland met zijn EU-partners "kritisch naar de toestand
en de ontwikkelingen in Turkmenistan". "De EU heeft bezwaar tegen het
voornemen om de heer Nijazov voor het leven tot president te benoemen,
maar handelscontacten kunnen gewoon doorgaan".