DE TWEEDE HELFT:
Korthals - minister van Justitie
Stille kracht weet veel voor elkaar te krijgen
Door onze redacteur
BRAM POLS
DEN HAAG, 7 NOV. Zijn confrères waren niet echt ingenomen met zijn toespraak, vorige
maand tijdens de jaarvergadering van de Nederlandse Orde van Advocaten. ,,Eerst
staat hij uitvoerig de kroonjuwelen van de advocatuur op te wrijven, om vervolgens
resoluut ons verschoningsrecht van de hand te doen'', zei een geërgerde
deken naderhand.
Het berustte op een misverstand. Aan het woord was immers niet de Rotterdamse
advocaat mr. A.H. (Benk) Korthals, die het in zijn hart met de beroepsgenoten
eens was, maar de Haagse politicus/minister van Justitie. ,,En in die hoedanigheid
moet je op het goede moment toch echt je knopen tellen'', lichtte de bewindsman
later toe. ,,Binnen de Europese Unie ligt het verschoningsrecht zwaar onder
vuur en dan kun je als klein land beter het maximale binnen zien te halen
dan dwars te blijven liggen.''
Hij maakt kortom geen overdreven principiële indruk, eerder valt een
tamelijk onhandig ogend opportunisme op van een bewindsman die zich gemiddeld
tweemaal per volzin verslikt. Erg pretentieus kan hij evenmin worden genoemd.
Bij zijn aantreden viel uit het regeerakkoord af te leiden dat van hem niet
meer wordt verwacht dan dat hij moet aflakken wat zijn voorgangster, Sorgdrager
(D66), in de grondverf heeft gezet. De stelling dat zijn hoogste doel het
brengen van 'rust in de tent' was, wees er ook al op dat hij zichzelf niet
als een hoog van de toren blazende minister zou afficheren. Dat hij het niet
eenvoudig zou krijgen, stond wel vast, want hij kreeg een departement dat
vergeven leek van affaires, intriges en achterklap.
Halverwege de kabinetsperiode blijkt hij een principieel jurist met heldere
denkbeelden over het strafrecht. Dat kwam naar voren toen de Tweede Kamer
vorig jaar aandrong op een snoeiharde aanpak van pedoseksuelen. Hij bleek
er, ondanks een forse meerderheid in de Kamer, niet toe bereid.
Van het bescheiden voortzetten van Sorgdragers beleid kan na twee jaar
evenmin worden gesproken. Bij het parlement liggen nu rond de dertig nota's
en wetsvoorstellen, waaronder 'kluiven' als die over de euthanasie. Samen
bezorgen ze hem bijna een dagtaak aan het debatteren met Tweede en Eerste
Kamer. En op zijn departement valt sinds twee jaar geen enkele 'soap' meer
te beleven.
Leek hij vorig jaar het rechtse deel van de natie nauwelijks meer iets
te bieden te hebben, ook dat blijkt inmiddels een trompe-l'oeil. Toen hij
eind vorig jaar moest bekennen dat er 1.600 tot 1.700 cellen leegstonden,
had hij het even moeilijk. Dat zulks uitgerekend door een VVD-bewindsman moest
worden verteld, paste niet in de politieke traditie. Korthals werd 'gestraft'
met het beleid dat in de jaren tachtig was ingezet door zijn liberale geestverwant
Korthals Altes.
De huidige senator had het strafrechtelijk klimaat een 'robuuster' aanzien
gegeven door justitie strenger te laten optreden en het toenmalige tekort
aan cellen snel in te lopen. Die cellen moesten vervolgens worden gevuld door
middel van adequatere opsporing, vervolging en berechting. De opvolgers van
Korthals Altes, Hirsch Ballin (CDA) en Sorgdrager (D66), hebben dat beleid
krachtig voortgezet. De politie werd gereorganiseerd, evenals het openbaar
ministerie. Vooral onder Hirsch Ballin werd hard gebouwd en flink opgetreden.
Tijdens de bewindsperiode van Sorgdrager nam het aantal cellen met niet minder
dan 43 procent toe. Het leek er dus op dat voor Korthals nauwelijks ruimte
meer over was om zich bij uitstek een man van de 'ferme aanpak' te kunnen
tonen, zoals de achterban van de VVD het zo graag ziet.
Ook dat is anders uitgepakt. Hij is er in de eerste helft van deze kabinetsperiode
in geslaagd met heel wat voorstellen te komen die de fans van orde en regelmaat
als muziek in de oren zouden moeten klinken. Zoals de verhoging van de strafmaat
bij verboden wapenbezit en wapenhandel, intensivering van de bestrijding van
xtcgebruik en xtc-fabricage, een forse verruiming van DNA-onderzoek voor opsporing,
strengere controle op snelheidsovertredingen en het aanpakken van voertuigcriminaliteit.
Verder krijgt de politie meer bevoegdheden om te fouileren, blijven zijn drie
'voetbalwetten' voor het EK 2000 van kracht om grootschalige ordeverstoringen
in de kiem te kunnen smoren, worden voorwaarden gesteld aan vervroegde invrijheidstelling
van delinquenten en klinken er dringende oproepen om slag-, steek- en vuurwapens
in te leveren.
Korthals beschikt over een aantal in de politiek zeer bruikbare eigenschappen.
Hij kan bogen op ruime ervaring als TweedeKamerlid, van 16 september 1982
tot 3 augustus 1998, waarvan de laatste jaren als vice-fractievoorzitter.
Dat ligt ten grondslag aan een ragfijn politiek gevoel. Hij weet daarbij te
communiceren met een grote, invloedrijke fractie. Elke ochtend heeft hij overleg
met zijn staatssecretaris Cohen (PvdA) - het koppel 'Kor en Co' ligt
elkaar buitengewoon - om te bezien hoe die dag politiek de wind waait.
Verder kan hij goed delegeren. Dat hebben ambtenaren graag. Ook in de contacten
met de collega-ministers staat hij bekend als een 'stille kracht', hij opereert
zonder ophef en weet hoe belangrijk 'politiek voorwerk' is.
Als we ons oor te luisteren leggen bij VVD-Kamerleden, lijkt duidelijk
dat Korthals met zijn collega's Jorritsma (Economische Zaken) en Zalm (Financiën)
de topdrie vormt van de partij. Mocht er een derde paars kabinet komen, dan
keert Korthals dus zeker als minister terug.
Toch moet zijn 'finest hour' nog komen, als hij het Global Forum on Fighting
Corruption and Safeguarding Integrity II organiseert. De eerste conferentie
over dit onderwerp werd georganiseerd door Al Gore in 1999, die toen al aan
Korthals liet weten volgend voorjaar graag zijn gast te zullen zijn.