Honderden miljoenen extra voor Ontwikkelingssamenwerking
Door een onzer redacteuren
DEN HAAG, 19 SEPT. Nederland trekt komend jaar aanzienlijk meer geld uit voor zijn buitenlands beleid dan het afgelopen jaar. Het leeuwendeel van de 800 miljoen gulden extra is bestemd voor Ontwikkelingssamenwerking.
Van de beschikbare 11,3 miljard gulden in totaal gaat 8,2 miljard - 0,8 procent van het buto binnenlands product - naar Ontwikkelingssamenwerking. Het totale bedrag op de begroting van Buitenlandse Zaken is overigens nog groter: 13,4 miljard. Het verschil met de 11,3 miljard heeft te maken met de Nederlandse afdracht aan de Europese Unie in Brussel.
Ontwikkelingssamenwerking ziet zijn budget met 600 miljoen gulden stijgen. Dat dankt het niet alleen aan de vaste koppeling met het sterk groeiende bbp, en de daarin verwerkte oplopende inflatie, maar ook aan het feit dat het budget voor zuivere hulp (ODA) in 2001 en 2002 niet meer zal worden belast met bijdragen aan de internationale beperking van broeikaseffecten.
Die bijdragen waren als hulp aan landen in de Derde Wereld in het regeerakkoord-'98 opgelegd aan Ontwikkelingssamenwerking, wat minister Herfkens destijds al ,,een weeffout'' noemde en wat voor haar voorganger Pronk mede een reden was om geen nieuwe (vierde) periode op OS te willen. Als gedeeltelijke compensatie krijgt OS nu 125 miljoen erbij in 2001 en 225 miljoen in 2002. Deze internationale milieuhulp komt nu terecht bij VROM, waar Pronk er als minister komend najaar op de internationale milieuconferentie goed mee voor de dag kan komen. De doelstelling om 0,1 procent van het bbp uit te geven voor internationale milieuhulp is opnieuw niet gehaald. Daarom is voor 2001 wat minder voor dat doel gereserveerd, namelijk 0,94 procent van het bbp, ofwel bijna één miljard.
Van de Nederlandse bilaterale overheidshulp (2,7 miljard) gaat volgend jaar de helft naar Afrikaanse landen, die zoveel mogelijk zelf bepalen waarop de hulp met voorrang wordt gericht. Voor hulp via de particuliere sector en maatschappelijke organisaties is 1,8 miljard uitgetrokken. Voor internationale armoedevermindering komt 600 miljoen meer beschikbaar, voor schuldverlichting 200 miljoen extra. Al met al blijft Nederland ook volgend jaar een van 's werelds belangrijkste donoren.
Terwijl de budgettaire ruimte van Ontwikkelingssamenwerking toeneemt blijft minister Herfkens zich zorgen maken over de onvoldoende effectiviteit van de internationale hulp. VN-instellingen en instituties als de Wereldbank, het IMF en het Europees ontwikkelingsfonds, die 1,4 miljard uit Den Haag ontvangen, moeten beter samenwerken en hun taken beter verdelen dan tot nu toe, vindt zij. Ook wil de minister een betere coördinatie van armoedebestrijding en een geïntegreerde economische en sociale aanpak door de donorlanden. En dat liefst in zogenoemde armoedebestrijdingsplannen, waarin donorlanden hun hulp coördineren onder leiding van het hulpontvangende land.
Terug naar Buitenlandse Zaken