DE TWEEDE HELFT
De kleine daden van 'Ik Willem'
Kok II is begonnen aan de tweede
helft van de kabinetsperiode. De grote beleidsdaden van minister
Vermeend (Sociale Zaken) moeten nog komen.
Door onze redacteur HERMAN STAAL
DEN HAAG, 6 DEC. Bijna bij elke gelegenheid zegt hij dat hij over de
sociale problemen van ons land intensief met wethouders overlegt. "Ik
ben zelf bijna een wethouder", voegt minister Willem Vermeend er dan
steevast aan toe. Korte, snelle armbewegingen en een gulle grijns
ondersteunen zijn woorden.
Ruim acht maanden is Vermeend (PvdA), wiens begroting deze week door de
Tweede Kamer wordt besproken, minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid. Waar zijn voorganger Klaas de Vries (nu minister van
Binnenlandse Zaken) zich erop voor liet staan saai te zijn en zo weinig
mogelijk in de schijnwerpers probeerde te komen, kenmerkt het korte
ministerschap van Vermeend zich door een hoog Ik-Willem-gehalte.
"Ik ga zelf iedere dag op internet kijken hoe het gaat", zei hij over
het 'MKB-project' om twintigduizend allochtonen met hulp van een
vacaturebank op internet aan het werk te helpen. "U kunt mij altijd
bellen", zei hij tijdens een conferentie over armoede. Om vervolgens
zijn 06-nummer zo snel te noemen dat niemand de tijd had om het op te
schrijven.
Grote beleidsdaden voor de lange baan heeft hij nog niet laten zien,
maar daarvoor duurt zijn ministerschap ook nog niet lang genoeg.
Vermeend toont zich tot nu toe liefhebber van snelle, praktische
oplossingen. Het liefst grijpt hij daarbij terug op zijn vorige
functie, die van staatssecretaris van Financiën. Bij hem in goede
handen lijkt de aanpak van het hardnekkige en ingewikkelde probleem van
de armoedeval (een uitkeringstrekker die weer aan het werk gaat, krijgt
soms minder te besteden door verlies van bijvoorbeeld huursubsidie of
kwijtschelding lokale lasten). Een eerste aanzet heeft hij al gegeven.
Om uitkeringsgerechtigden weer aan het werk te krijgen wordt de
arbeidskorting verhoogd, een fiscale maatregel. En wie aan het werk
gaat, krijgt verspreid over drie jaar een bonus van vierduizend gulden.
Het zijn niet dé oplossingen om de harde kern werklozen in
beweging te brengen. Daarvoor is meer nodig, intensieve begeleiding en
scholing vooral. Dat beseft Vermeend ook. Daarom investeert hij veel in
het contact met wethouders. Want vooral sociale diensten moeten meer
werk maken van het activeren van werklozen. Met de Vereniging
Nederlandse Gemeenten heeft hij afgesproken dat alle 365.000 mensen met
een bijstandsuitkering een baan, bijscholing of een cursus sociale
activering krijgen aangeboden. Ook met gemeenten probeert hij de hoge
uitkeringsafhankelijkheid van allochtonen te bestrijden. Vermeend krijgt
waardering voor zijn daadkrachtige aanpak, maar of het soelaas gaat
bieden zal vooral afhangen van de uitvoering van de plannen en de
afspraken.
Werk, werk, werk - de leuze van het vorige paarse kabinet - is
hét parool van Vermeend. Een werkloze die niet meewerkt bij het
vinden van een baan moet harder worden aangepakt, vindt Vermeend. Ook
de sociale diensten die geen goed werk leveren, krijgen Vermeend op hun
dak. Amsterdam kan daarover meepraten, een boete is al aangekondigd.
Bij diens aanstelling liet PvdA-fractieleider Melkert zich ontvallen dat
Vermeend Sociale Zaken weer een sociaal-democratisch gezicht moet geven.
Maar pleidooien van de vakbonden en andere organisaties om de minima
structureel meer geld te geven, legt hij tot nu toe resoluut naast zich
neer. Toen onderzoekers een maand geleden meldden dat de armoede een
akelig hardnekkig verschijnsel is, en het armoedebeleid van paars niet
erg succesvol, ging Vermeend in de aanval. De onderzoekers hadden naar
de situatie tot 1998 gekeken. En sindsdien is er veel verbeterd,
betoogde Vermeend. Geheel hiermee in lijn schreef hij de Tweede Kamer
deze week dat de minima in 2001 ten opzichte van sinds 1996 tussen 15
en 20 procent meer te besteden hebben gekregen. Kortom: dit kabinet, en
dus de PvdA, is wél succesvol in de bestrijding van de armoede.
Een van zijn eerste daden was tijdelijk de angel uit het politiek meest
gevoelige onderwerp van Sociale Zaken halen: de WAO. Samen met
staatssecretaris Hoogervorst, verantwoordelijk voor de WAO, omarmde
Vermeend in april een idee van werkgevers en werknemers om een zware
commissie het WAO-probleem te laten onderzoeken. Als er weer eens
verontrustende cijfers verschijnen over de groei van het aantal
arbeidsongeschikten, kunnen beide bewindslieden nog tot het voorjaar
zeggen: "De commissie-Donner is aan het werk." Tot ergernis van D66-
fractieleider De Graaf. Die zette tijdens de algemene beschouwingen
Vermeend neer "als een man die met zijn mobieltje permanent in contact
staat met de samenleving", maar die als strijder tegen de WAO "nog
niets beters heeft weten te verzinnen dan het instellen van een
commissie".
Een moeizaam dossier voor Vermeend is de fraude met het Europees Sociaal
Fonds. Tussen 1994 en 1998 is bij werkgelegenheidsprojecten voor ruim
140 miljoen gulden met ESF-geld gefraudeerd. Dat was onder het bewind
van Ad Melkert. Opvallend is dat die van deze zaak geen enkele
politieke schade heeft ondervonden. Na de ontdekking van de
malversaties hield Klaas de Vries zich intensief bezig met de ESF-
fraude, onder meer met het verbeteren van de controle. Vermeend doet
dit ook, al was de Algemene Rekenkamer onlangs nog niet helemaal
tevreden. Hij moet meer de regie in handen nemen.
Op Financiën was alles overzichtelijk. Als staatssecretaris had
Vermeend met de belastinghervorming te maken met minister Zalm, met een
afdeling fiscalisten en met een paar Kamerleden. Op Sociale Zaken is
dat allemaal anders. Het is het ministerie van polderland, van overleg
met werkgevers en werknemers, van duizenden ambtenaren, van een
ingewikkeld uitvoeringsgebouw. Hier moet Vermeend het veel meer van
overtuigingskracht hebben, van ideeën even in de week leggen en
van anderen de eer laten. Daar had hij volgens ingewijden vooral in het
begin moeite mee. Zo regelde Vermeend samen met de werkgevers en
vakbonden de benoeming van het PvdA-Kamerlid Jan van Zijl als
voorzitter van de nog op te richten Raad voor Werk en Inkomen, een
belangrijk orgaan binnen het nieuwe uitvoeringstelsel van sociale
zekerheid. Daarbij passeerde Vermeend staatssecretaris Hoogervorst en
het kabinet. Formeel had Vermeend deze benoeming niet hoeven aan te
kaarten. Maar een prominente PvdAer zo'n belangrijke baan geven? Dat
had Vermeend wel mogen melden.
Eerdere afleveringen verschenen op 4,18,19 en 31 oktober, en op
3,7,8, 15,16 en 29 november en 1 december.