Overdracht aan Den Haag dichterbij
Brengt Milosevic' arrestatie
zijn overdracht aan het Joegoslavië-tribunaal dichterbij? Ja, maar
er zijn nog juridische en politieke obstakels.
Door een onzer redacteuren
ROTTERDAM, 2 APRIL. "Een eerste stap op weg naar Den Haag", zo noemden
gisteren woordvoerders van diverse West-Europese regeringen de
aanhouding van Slobodan Milosevic. Zij drongen unaniem aan op een
spoedige overdracht van de Joegoslavische oud-president aan het Haagse
VN-tribunaal voor oorlogsmisdaden.
In Belgrado ging men er gisteren (net als vóór de
arrestatie) van uit dat uitlevering van Milosevic onmogelijk is, omdat
de Joegoslavische wetgeving uitlevering van eigen staatsburgers
verbiedt. Bovendien wordt aangevoerd dat men hem in eigen land wil
berechten voor economische en financiële misdrijven en voor
verkiezingsfraude. Dat standpunt wordt in brede lagen van de bevolking
gedeeld: de meeste Serviërs zijn voor de berechting van Milosevic,
maar tegen de overdracht aan het Joegoslavië-tribunaal. Dat wordt
gezien als een Amerikaanse instantie; en de oorlogsmisdaden van
Milosevic zijn voor de meeste Serviërs veel minder belangrijk dan
de miljardendiefstal van hem en zijn kliek - een diefstal die hen in
armoede heeft gedompeld. Oorlogsmisdaden, vinden ze, horen bij een
oorlog en zijn door iedereen begaan, tot en met de NAVO met haar
bombardementen. Die opvatting is voor Belgrado een enorm politiek
obstakel als het gaat over Milosevic' uitlevering. En toch is die
gisteren een grote stap dichterbij gekomen. De Servische minister van
Justitie herhaalde gisteren dat men Milosevic niet kan uitleveren, maar
hij sloot die overdracht ook niet uit als er eenmaal - naar verwachting
deze maand nog - een wet is die de uitlevering van eigen staatsburgers
wel mogelijk maakt.
Daar komt bij dat in Servië sommige deskundigen vinden dat zo'n wet
helemaal niet nodig is om Milosevic naar Den Haag te krijgen: het
internationale recht, dat zegt dat alle VN-lidstaten met het VN-
tribunaal moeten samenwerken, gaat immers vóór het
nationale recht; bovendien gaat het juridisch niet om een 'uitlevering'
die door de Joegoslavische wetgeving nog wordt verboden, maar om een
'overdracht' van Milosevic aan 'Den Haag'.
Die overdracht is echter vooral dichterbij gekomen omdat
Joegoslavië het zich niet kan permitteren op de lange termijn
weerstand te bieden aan de eis van de wereldgemeenschap (minus Rusland
en China) om Milosevic naar Den Haag te sturen. Joegoslavië is
afhankelijk van die wereldgemeenschap. Het wil er ook uitdrukkelijk
deel van uitmaken. De consequentie (en de prijs) is de 'overdracht' van
Milosevic. Vroeg of laat zal die prijs betaald worden.