Voor democraten Servië begint nu het echte
werk
De Servische democraten
versloegen zaterdag bij de parlementsverkiezingen van Servië de
socialisten van Slobodan Milosevic overtuigend. Nu begint pas het echte
werk.
Door onze correspondent YAEL VINCKX
BELGRADO, 27 DEC. De glorieuze overwinning van de voormalige oppositie
van Servië mag geen verrassing heten. De peilingen hadden de winst
al weken aangekondigd. De Democratische Oppositie van Servië (DOS)
is veruit de populairste partij; de kersverse Joegoslavische president
Vojislav Kostunica is - zoals onlangs bij een opiniepeiling bleek - met
de instemming van meer dan 90 procent van de ondervraagden, veruit de
populairste politicus. Zelfs de communistische leider Josep Tito Broz
was in zijn hoogtijdagen niet zo geliefd.
De verkiezingen waren desondanks geen wassen neus. De beslissingen om
Servië te hervormen, worden immers door het Servische parlement en
de Servische regering genomen. De federale president Kostunica en zijn
aanhangers bezaten sinds de volkopstand op 5 oktober wel de macht op het
federale niveau (Montenegro en Servië), maar hadden ondanks de
vorming van een coalitieregering met de socialisten maar weinig te
vertellen op het niveau van de republiek Servië.
Dat is zaterdag veranderd. De Socialistische Partij van Servië
(SPS) van ex-president Slobodan Milosevic is definitief naar de
oppositiebanken verwezen. DOS heeft een tweederde meerderheid in het
parlement. "De democratische reconstructie van Servië en
Joegoslavië kan worden voltooid", aldus president Kostunica.
Servië krijgt voor het eerst sinds vijftig jaar een regering die
niet uit (ex-)communisten bestaat.
Het betekent niet dat de problemen zijn opgelost. Sterker: ze beginnen
pas. Servië's economie staat aan de rand van de afgrond. Er is een
tekort aan basisvoorzieningen als eten en vooral energie.
Gepensioneerden overleven bij de gratie van soepkeukens. Bedrijven
liggen stil. De infrastructuur, doelwit van de NAVO-bombardementen van
vorig jaar, is nog allerminst hersteld. De aangekondigde privatisering
van een groot aantal staatsondernemingen zal de werkloosheid verder
opdrijven. De Servische bevolking is vooralsnog tevreden met de
onthulling van de vele schandalen onder Milosevic", zegt hoofdredacteur
Stefan Niksic van het toonaangevende weekblad Nin. Zo blijkt de
zoon van Milosevic zes diplomatieke paspoorten te hebben, zou de
hoofdredacteur van de staatskrant naar Cuba zijn gevlucht en heeft het
hoofd van de douane bekend grote sommen geld te hebben weggesluisd.
"Maar hoe lang is het volk nog tevreden met deze onthullingen", vraagt
Niksic zich af. "Wanneer gaat zij mopperen over het uitblijven van
verbeteringen?"
Om de hoek wacht nog meer ellende. De oppositiebeweging DOS zal
binnenkort uiteenvallen. Het enige doel dat de achttien partijen van de
beweging bij elkaar hield, de val van Milosevic, is bereikt. De vraag
is of de desintegratie van DOS met ruzie gepaard zal gaan.
De opstandige zusterrepubliek Montenegro heeft aangekondigd binnen
enkele maanden een referendum over onafhankelijkheid te organiseren.
Het eist vergaande aanpassingen van het federatieve statuut, dat de
relaties tussen Servië en Montenegro binnen de Joegoslavische
federatie regelt. Montenegro wordt hèt probleem voor president
Kostunica in 2001. De op papier nog altijd Joegoslavische en Servische
provincie Kosovo streeft ook naar onafhankelijkheid. De Vojvodina in
het noorden van Servië wil ook al meer autonomie. En Albanese
opstandelingen in het zuiden van Servië tenslotte proberen met
geweld aansluiting van hun grensregio bij Kosovo af te dwingen. Deze
Albanese extremisten in Zuid-Servië hebben DOS ook zaterdag nog
parten gespeeld, aldus Zoran Djindjic, voormalig oppositieleider en
toekomstig premier van Servië: "De nationalisten [van de Servische
Radicale Partij en de Partij van Servische Eenheid] zouden zonder het
geweld in Zuid-Servië niet zoveel stemmen hebben gewonnen", meent
hij. Want Milosevic' partij heeft weliswaar verloren, maar minder dan
DOS hoopte en ook verwachtte. Ze heeft uiteindelijk bijna 14 procent
van de stemmen in de wacht weten te slepen. DOS had gehoopt op minder
dan 10 procent. Milosevic en zijn vrouw gingen zelf zaterdag vroeg in
de ochtend stemmen. Een knarsetandende Milosevic kreeg, net als alle
andere stemmers, een vloeistof op zijn wijsvinger gespoten om
stemfraude tegen te gaan. De vloeistof licht op onder een lamp. Iedere
kiezer moest, alvorens zijn stem uit te brengen, zijn vinger onder een
lamp houden om te zien of hij niet eerder had gestemd. Vooral de winst
van de ultra-nationalistische Partij van Servische Eenheid, gesticht
door de beruchte paramilitair Arkan, is een verrassing; in de aanloop
naar de verkiezingen heeft zij geen enkele rol van betekenis gespeeld.
Overigens kan Arkan zelf niet meer van zijn overwinning genieten. De man
die moordde, verkrachtte en plunderde tijdens de oorlogen in
Kroatië, Bosnië en Kosovo, werd begin dit jaar doodgeschoten
in de lobby van een hotel in Belgrado.
Een andere verrassing is het verlies van Vuk Draskovic. De politieke
leider die jarenlang grillig ageerde door afwisselend voor en tegen
Milosevic te werken, haalde met zijn Servische Vernieuwingsbeweging SPO
de kiesdrempel van vijf procent niet. Ze bleef steken op 4,5 procent.
Het volk heeft hem gestraft voor zijn pogingen om de alliantie van
oppositiepartijen in de aanloop naar de val van Milosevic uit elkaar te
spelen. Draskovic, verbitterd rivaal van DOS-leider Djindjic, was de
enige oppositieleider die weigerde mee te doen met DOS. Het is een
fatale misrekening gebleken. In het nieuwe Servië is de 'clown van
Belgrado' uitgespeeld.