EU geeft Belgrado 200 miljoen euro
Door een onzer redacteuren
BIARRITZ, 14 OKT. De Europese
Unie geeft de Joegoslavische federatie van de nieuwe president
Kostunica, 200 miljoen euro (circa 440 miljoen gulden) noodhulp. Dit
hebben de regeringsleiders van de EU-landen gisteren op hun
topconferentie in Biarritz in Zuid-Frankrijk toegezegd.
Kostunica zou vanmiddag naar Biarritz aanzitten aan de lunch van de EU-
regeringsleiders. Zijn bewind krijgt het geld om de ergste nood voor de
winter te lenigen. Het gaat onder meer om voedsel, medicijnen en
huisbrandolie.
Aan de noodhulp zijn geen voorwaarden verbonden, zoals bijvoorbeeld
medewerking aan berechting door het Joegoslavië Tribunaal in Den
Haag van ex-president Milosevic die eind vorige maand de
presidentsverkiezingen van Kostunica, verloor. De Duitse bondskanselier
Schröder, die het initatief nam tot de donatie, zei dat voorwaarden
in dit stadium averechts zouden werken. "In Joegoslavië is het
democratiseringsproces net op gang. Essentieel is dat we de bevolking
een bemoedigend signaal geven nu men de blik naar het Westen wendt." Hij
sloot niet uit aan dat verdere hulp aan Joegoslavië wel condities
worden verbonden. "Het is zonneklaar dat in Den Haag niet alleen kleine
oorlogsmisdadigers terecht moeten staan."
Eerder deze week hadden de Europese Unie en de Verenigde Staten al
besloten hun economische en diplomatieke sancties tegen Servië op
te heffen. De Europese Unie wil de komende weken inventariseren welke
hulp Joegoslavië verder geboden kan worden. Op de EU-begroting voor
volgend jaar is 815 miljoen euro gereserveerd voor structurele hulp aan
de Balkan. Daarvan is 350 miljoen voor Kosovo. De rest is beschikbaar
voor projecten in Kroatië, Bosnië, Montenegro en - na het
opheffen van de sancties - ook voor Servië. Frankrijk, fungerend
voorzitter van de Europese Unie, streeft ernaar op de voor 24 november
geplande topconferentie tussen de Unie en de Balkanlanden meer
duidelijkheid te verschaffen over "een nieuwe strategie voor
Joegoslavië".
Voorzitter Nicole Fontaine van het Europees Parlement drong er aan het
begin van de topconferentie op aan dat de hulp aan Joegoslavië niet
ten koste mag gaan van andere Balkanlanden.