U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Val Milosevic

Nieuws

Achtergrond verzet

Hoofdrolspelers

Links

Nijpendste problemen Joegoslavië zijn uitgesteld


De Franse minister van Buitenlandse Zaken komt vandaag in Belgrado aan om de nieuwe regering van Joegoslavië mee te delen dat de EU heeft besloten het merendeel van de economische en politieke sancties tegen dat land op te heffen. De strijd om de macht is echter nog niet voorbij, meent Jonathan Eyal.

De Europese Unie is bij het opheffen van de sancties tegen Joegoslavië veel verder gegaan dan aanvankelijk werd verwacht. Europa moest wel genereus reageren op de politieke veranderingen op de Balkan, en snel ook, om het cynisme van de meeste gewone Joegoslaven over wat het Westen op de langere termijn met hun land voorheeft, te vlug af te zijn. De val van Milosevic' dictatuur is zeker gunstig voor Europa, maar de opwinding van de massa's in Belgrado zal naar alle waarschijnlijkheid slechts een radertje blijken te zijn in het grote geheel: achter de schermen woedt de strijd om de macht in Joegoslavië nog volop. President Vojislav Kostunica staat hoe dan ook voor een immense opgave.

Het is duidelijk dat niet de menigten die de straat op zijn gestormd het regime van Milosevic ten val hebben gebracht; de grote aantallen demonstranten hebben slechts de veiligheidsdiensten en de militairen ertoe gebracht Milosevic te laten vallen. Daar stond wel iets tegenover: de garantie dat de Joegoslavische generaals niet zullen worden uitgeleverd aan een internationaal hof voor de berechting van oorlogsmisdadigers, en dat zij zich niet voor hun vroegere misdragingen zullen behoeven te verantwoorden. Kostunica heeft de Serviërs gefeliciteerd met hun democratische overwinning. Hij zal daarbij heel goed hebben beseft dat velen van Milosevic' misdadigers nog altijd een goede kans maken om deze democratische episode van het land te overleven.

Niets illustreert beter het verschil tussen de uiterlijke schijn en de onfrisse realiteit dan de verwarring over de toekomstige rol van Milosevic. De mogelijkheid dat hem een toevluchtsoord zou worden geboden in een ander land was enkel en alleen relevant als onderdeel van een regeling voor een soepele, vreedzame machtsoverdracht in Joegoslavië. Maar nu de macht al is overgedragen, zal er wel geen land meer bereid gevonden worden Milosevic' verzoek om asiel in overweging te nemen. De enige opties die de dictator resten zijn het tribunaal in Den Haag, een berechting in eigen land of een snelle dood. Kostunica heeft de eerste mogelijkheid uitgesloten, en de twee andere zijn afhankelijk van wat de Joegoslavische veiligheidsdiensten toelaten en van de gezondheid van de ex-dictator. Milosevic' brutale verklaring binnen enkele dagen na de val van zijn regime, dat hij van plan is in Joegoslavië te blijven en "politiek te bedrijven", moet niet al te serieus worden opgevat. Misschien is het ook wel een rechtstreekse oproep van Milosevic aan zijn oude spionnen om hem trouw te blijven in afwachting van zijn terugkeer aan de macht. Hoe dit ook zij, Kostunica zit dan wel in het zadel, maar hij heeft het machtsapparaat nog niet op alle niveaus onder controle.

Op alle overige terreinen kan de nieuwe Joegoslavische regering wél snel aan de slag gaan. De twee voornaamste prioriteiten voor Kostunica zijn de beëindiging van het internationale isolement van zijn land en de hervorming van de nationale economie. Ook hier zijn de tekenen gunstig: Kostunica wenst weer betrekkingen aan te knopen met de belangrijkste Westerse landen. Maar Joegoslavië gaat gebukt onder de minst gemoderniseerde communistische economie in Europa. Zelfs met de beste wil van de wereld en met reusachtige injecties Westers geld zal het jaren duren voordat de bevolking van dit land de vruchten van de welvaart plukt.

Belangrijker nog is dat de val van de laatste dictatuur op de Balkan veel bredere vragen opwerpt over de prioriteiten van het Westen in de hele regio. Een groot deel van de aan de Balkanlanden toegezegde economische steun berustte op de veronderstelling dat Joegoslavië nog jaren onbereikbaar zou blijven. De verkeersinfrastructuur die de EU op de Balkan subsidieert laat Servië uitdrukkelijk links liggen. Een groot deel van de fondsen voor de landen in de regio is al toegezegd. Om Joegoslavië nu te kunnen steunen zal ofwel geld bij bestaande projecten moeten worden weggehaald, ofwel het hulpbudget aanzienlijk moeten worden vergroot. Onenigheid tussen de Amerikanen en de Europeanen over de wederopbouw van het gebied is dan ook onvermijdelijk. Misschien zullen deze problemen deels worden verlicht door de toenemende samenwerking die op de Balkan te verwachten valt. De Donau, die sinds de oorlog in Kosovo vorig jaar afgesloten is, zal weer voor de scheepvaart worden opengesteld, en alle landen in de regio zullen met elkaar in vrede leven. Maar zelfs op dit punt is de vooruitgang meer theorie dan werkelijkheid, want alle Balkanlanden gaan onder soortgelijke problemen gebukt. Zij dingen om het hardst naar de schaarse Westerse investeringen, zij hebben stuk voor stuk een gammele industrie en een grote, arme agrarische sector, en zij willen allemaal lid worden van dezelfde Europese organisaties.

Op het gebied van de buitenlandse betrekkingen zijn de vooruitzichten voor Kostunica ook niet zo florissant. De nieuwe regering in Belgrado wil de zeggenschap over Kosovo behouden. Zij kan dat eenvoudig doen door de Albanezen in die provincie uit te nodigen voor overleg over de oprichting van een nieuwe Joegoslavische federatie. Zo'n overleg was uitdrukkelijk voorzien in de resolutie van de VN-Veiligheidsraad die de aanwezigheid van de NAVO-troepen in Kosovo regelt, en de Westerse regeringen zullen het voorstel van Belgrado onmogelijk kunnen afwijzen. Het Westen zal echter evenmin de Kosovaarse Albanezen kunnen overhalen om terug te keren aan de onderhandelingstafel. Het Westen zal, vooral in de gedaante van de NAVO, zijn best doen om uit het overleg over deze netelige kwesties het uiterste te halen. Maar de NAVO zelf zal naar alle waarschijnlijkheid te maken krijgen met onenigheid over haar toekomstige militaire verplichtingen op de Balkan. Voorlopig heeft Kostunica terecht besloten zich te concentreren op de consolidatie van zijn bewind. Hij heeft voortvarend nieuwe verkiezingen voor de wetgevende lichamen van Servië aangekondigd. Dit is zeker een wijs besluit. Als Kostunica, zoals hij aanvankelijk van plan was, met verkiezingen had gewacht tot eind volgend jaar, dan had hij het aan de stok kunnen krijgen met een vijandig parlement en had zijn machtsbasis kunnen afbrokkelen, waarvan Milosevic en diens aanhangers gebruik zouden hebben gemaakt. Doordat Kostunica spoedig nieuwe verkiezingen zal laten houden, zal hij misschien een parlement krijgen dat hem steunt. Anderzijds is dit besluit niet zonder risico's. In de eerste plaats kunnen de noodzakelijke constitutionele besprekingen met Montenegro en Kosovo moeilijk plaatshebben voor de verkiezingen. Ten tweede is duidelijk dat het Westen dan wel voldoende middelen zal verschaffen om deze winter de ergste economische ontberingen te voorkomen, maar dat het ruimere kader van de hervorming van de economie niet voor volgend jaar zijn beslag zal krijgen. De nieuwe leider van Joegoslavië heeft dus wel stappen ondernomen om zijn bewind te consolideren, maar de prijs daarvoor is dat een besluit over de nijpendste problemen van het land is uitgesteld.

De Joegoslavische bevolking heeft de afgelopen weken veel bereikt: zij heeft laten zien dat na decennia van dictatuur en hersenspoelingen zelfs in deze donkere uithoek van de Balkan toch een beschaafde samenleving die smacht naar democratie de kop weer kan opsteken. President Kostunica geniet in zijn land de reputatie een zwaarwichtig academicus te zijn zonder veel charisma. Dat kán een voordeel zijn, want de Joegoslaven hebben van Milosevic al te veel vurig charisma te verduren gehad.

Dr. Jonathan Eyal is verbonden aan het Royal United Services Institute for Defence Studies te Londen.

NRC Webpagina's
10 oktober 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad