Het bolwerk van Milosevic blijft beduusd achter
Milosevic moet snel weg, vinden
veel Serviërs. Maar niet naar Nederland. "Hij heeft ons iets
aangedaan, niet jullie."
Door onze correspondent YAEL VINCKX
POZAREVAC, 9 OKT. Marko is niet thuis. Marko is vertrokken. Met het
hele gezin. Eerst naar Moskou, toen naar Peking en nu, na door de
Chinezen te zijn geweigerd, opnieuw naar Moskou. Zijn huis is donker,
zijn pretpark gesloten, zijn computerwinkel geplunderd. Het glas ligt
in duizend stukken op het trottoir. Het einde van de Joegoslavische
president Slobodan Milosevic betekent ook het einde van zijn zoon Marko
en diens fratsen in het stadje Pozarevac.
Nooit meer zal Marko, onder toeziend oog van de politie, ongehinderd
racen over de openbare weg. Nooit meer zal hij zijn lijfwachten
aanvuren om voorbijgangers met een T-shirt van de verzetbeweging Otpor!
aan in elkaar te slaan. Nooit meer zal hij alle knoppen van de
geluidsinstallatie in zijn openlucht-discotheek opendraaien en de
hinderwetvergunningen aan zijn laars lappen.
"Heb je Milosevic gezien op televisie?", vraagt Zoran Petkovic, een 31-
jarige inwoner van Pozarevac. In een toespraak voor het Servische volk
verklaarde de president, met neergeslagen ogen en devoot gevouwen
handen, in de politiek te willen blijven. Ook wil hij meer tijd met
zijn kleinzoon doorbrengen. "Dan moet Milosevic snel zijn kleinkind
achterna, naar Moskou", gniffelt Petkovic.
Milosevic moet vertrekken, vindt Zoran Petkovic. Hij is de enige niet.
Rusland, China, Ghana, Cuba - het maakt de Serviërs niet uit, als
Milosevic maar vertrekt. Opgeruimd staat netjes. Er is
één uitzondering: Milosevic mag niet worden uitgeleverd
aan het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag. "Het Servische volk
moet Milosevic berechten. Wij hebben jullie hulp helemaal niet nodig.
Bovendien, hij heeft ons iets aangedaan, niet jullie." Marko is dan al
vertrokken. "We hebben hem de stad uitgejaagd", zegt Petkovic, lid van
de oppositiepartij Servische Vernieuwings Beweging (SPO) trots. Ze zijn
nog overdonderd door het resultaat. De revolutie is in een vloek en een
zucht voorbij gegaan, het was eigenlijk niet meer dan een flinke rel.
Nu weten de mensen amper hoe het verder moet. Daarom pakken ze al snel
de oude draad weer op: op zondag wandelen ze met hun kinderen in het
park, op maandag gaan ze naar hun werk.
In het Milosevic-bolwerk Pozarevac is de aanhang van de president
beduusd en terneergeslagen. Een enkeling zwaait nog met zijn vuist naar
de buitenlanders. Maar de nederlaag is totaal. Pozarevac is van oudsher
Milosevic-gezind. De president werd er geboren, op 22 augustus 1941, en
bracht er zijn jeugd door. Zijn jongste kind, Marko, bouwde er een
crimineel zakenimperium op. Hij bezit onder meer een discotheek, een
pretpark, een pizzarestaurant en een nachtclub. Hij is rijk geworden
met de smokkel van sigaretten. De oud-communisten in Milosevic'
partijgelederen verafschuwen de levensstijl van Marko. Hij is door en
door verwend, zeggen ze. Marko heeft zich nooit iets van hen
aangetrokken. Zijn vader was de Slager van de Balkan. Wat kon hem
gebeuren?
De tijden zijn veranderd. "Willen jullie een rondleiding, een kamer
huren of in het zwembad zwemmen", zegt een politieagent buiten Marko's
huis sarcastisch. Het huis wordt nog altijd bewaakt, maar de
politieagenten trekken niet meer hun pistool om buitenlanders schrik
aan te jagen. Zelfs de politie, lieveling van Milosevic, ziet de
president het liefst zo snel mogelijk vertrekken. "We moeten vooruit
kijken." Maar Nenad Djordjevic is het zicht op de toekomst even kwijt.
Drie weken geleden was de 19-jarige student een alom gerespecteerd lid
van de jeugdbeweging van Milosevic&'acute; Socialistische Partij van
Servie (SPS). Nu bewaakt hij het partijkantoor in Pozarevac tegen
opposanten en vandalen. Ook al laat de menigte vooralsnog niets van
zich horen, Djordjevic trilt van de zenuwen. Het kantoor van
regeringspartij JUL is immers al vernield. Nenad vindt het "jammer" dat
Milosevic heeft verloren. "Hij was een goede politcus en hij heeft ons
beschermd tegen het Westen", zegt hij bedachtzaam. Hij was een goede
politicus - verleden tijd. Nenad weet niet waar de oude president heen
moet. Hij weet alleen waar Milosevic niet heen moet. "Hij moet niet
naar het Joegoslavie-tribunaal in Den Haag." Want dat is het Westen. De
nieuwe president van Joegoslavië, Vojislav Kostunica, lijkt zijn
vingers voorlopig niet te willen branden aan de omstreden uitlevering
van Milosevic. Hij heeft eerder gezegd dat de uitlevering van Milosevic
"niet de eerste prioriteit" is. De aanklager van het Joegoslavie-
tribunaal, Carla del Ponte, heeft hem daarop gewaarschuwd mee te werken
met het tribunaal. "Willen de Serviërs samenwerken met Europa, dan
moeten ze samenwerken met ons", verklaarde ze. Maar haar dreigement
laat Kostunica voorlopig koud. In de Servische hoofdstad Belgrado doen
radicalere meningen opgang. " Milosevic moet zichzelf door het hoofd
schieten. Dat zal hem niet moeilijk vallen, want zelfmoord zit in de
familie", meent de Oostenrijkse Serviër Boris Matic. Al wekenlang
verwijzen de demonstranten naar de zelfmoord van de ouders van
Milosevic. "Red Servië, hang jezelf op", scanderen ze. Boris Matic
tuurt nog eens in de resten van parfumwinkel Skandal, een ander kapot
geslagen eigendom van Marko Milosevic.
Even verderop staat het uitgebrande kantoor van de staatstelevisie.
Donderdagavond viel een woedende menigte daar binnen. In een oogwenk
verdwenen camera's en computers en werden bureaustoelen en
dossierkasten in brand gestoken. "Is dit de nieuwe democratie", spuugt
een oudere man voor de ingang. "Is dit het werk van Kostunica?" Dan had
hij toch liever Milosevic gehad. En tegen de buitenlandse journalisten
schreeuwt hij: "Denk maar niet dat jullie Milosevic krijgen. Want
Milosevic is van ons.