Presidentsverkiezingen Joegoslavië
Beide kandidaten
claimen de winst
Door onze correspondent YAËL VINCKX
PODGORICA, 25 SEPT. Zowel de
regering als de oppositie claimt de presidentsverkiezingen in
Joegoslavië te hebben gewonnen. Beide kampen beschuldigen elkaar
van stemfraude.
De verkiezingen die gisteren in Servië, Montenegro en een deel van
Kosovo werden gehouden, zijn rustig verlopen. Alleen tegen middernacht
dreigden de zaken uit de hand te lopen in de Servische hoofdstad
Belgrado. Daar gingen aanhangers van regering en oppositie de straat op
om de "overwinning" te vieren. De mobiele eenheid voorkwam dat zij met
elkaar op de vuist gingen.
In eerste reacties uit het buitenland werd Milosevic opgeroepen af te
treden. De Britse minister van Buitenlandse Zaken, Robin Cook, zei over
"betrouwbare aanwijzingen" te beschikken dat de Joegoslavische president
door een "belangrijke meerderheid" is weggestemd. De Organisatie voor
Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) zei dat alle informatie wees
in de richting van een duidelijke overwinning voor Kostunica. "Deze
verkiezingen zijn verre van democratisch, maar ondanks berichten over
grootscheepse fraude en intimidatie, is de keus van de bevolking voor
verandering overweldigend", aldus de OVSE-voorzitter, de Oostenrijkse
minister van Buitenlandse Zaken Ferrero-Waldner.
Vanochtend eisten de twee belangrijkste kandidaten voor het
presidentschap, zittend president Slobodan Milosevic en oppositie-
kandidaat Vojislav Kostunica de overwinning op. Ze baseren zich op eigen
onderzoek, want de officiële uitslag laat nog minimaal een dag op
zich wachten.
De kandidaat van achttien oppositiepartijen, Kostunica, heeft volgens de
oppositie 54 procent van de stemmen gekregen. Milosevic zou 33 procent
in de wacht hebben gesleept. De oppositie baseerde zich daarbij volgens
eigen zeggen op de resultaten uit 1.237 stemlokalen. In totaal waren er
meer dan tienduizend stemlokalen.
De Socialistische Partij van Servië (SPS) verklaarde daarentegen
dat haar kandidaat Milosevic na het tellen van 940.000 stemmen voor lag;
44 procent van de kiezers zou op Milosevic hebben gestemd, 41 procent op
Kostunica. Een woordvoerder van de partij verklaarde later dat Milosevic
"meer dan de helft" van de stemmen heeft gekregen. Haalt geen van de
kandidaten een absolute meerderheid, dan volgt een tweede ronde over
twee weken.
In totaal waren er bijna acht miljoen kiezers geregistreerd. De opkomst
was het hoogst in Servië; circa 75 procent, aldus de oppositie. In
de deelrepubliek Montenegro, waar de pro-Westerse regering had
opgeroepen tot een boycot van de verkiezingen, trokken beduidend minder
mensen naar de stembus.