U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Kinderporno

Nieuws

Bestrijding

Wetgeving

Zandvoortse zaak

Internet

Kunst

Links

Belgische pressiegroep speurt naar kinderporno

'Morkhoven gebruikt onorthodoxe methoden'


De Belgische Werkgroep Morkhoven maakte wereldnieuws door gevonden banden met kinderporno door te spelen aan de Nederlandse televisie. De werkgroep zou een groot netwerk op het spoor zijn, met vertakkingen in Zandvoort. Maar Morkhoven zelf is ook niet onomstreden.

Door onze redacteur MARGRIET OOSTVEEN

MORKHOVEN, 20 JULI. Niet lang na middernacht is Marcel Vervloesem van de Werkgroep Morkhoven net weer thuis. De woordvoerder van de pressiegroep tegen kinderporno schreeuwt het door de telefoon: ,,Ze hebben ons nu werkelijk gelijk moeten geven!''

De inval van de Nederlandse rechercheurs en de Belgische Rijkswacht, even na zevenen gisteravond in Vervloesems woning in Morkhoven, heeft volgens hem niets opgeleverd. Kon ook niet: ,,Al het materiaal en alle dossiers zijn al op een geheim adres ondergebracht.'' De huiszoeking was oppervlakkig, zegt Vervloesem. De computer die deze avond bij een tweede huiszoeking in beslag werd genomen, in de Antwerpse woning van de werkgroep-voorzitter Jan Boeykens, is ook alweer geretourneerd. Volgens Vervloesem hadden de Nederlandse rechercheurs zich verontschuldigd met de woorden: ,,Wij konden niet anders dan een inval doen, toen jullie gezegd hadden dat jullie ons het kinderporno-materiaal niet wilden overdragen.''

De hele avond zijn Vervloesem en Boeykens door de Nederlandse rechercheurs verhoord. Vervloesem noemt het liever ,,een zeer correcte behandeling'' waarbij ,,we een drankje kregen en de verstandhoudingen flink zijn verbeterd''.

Zó verbeterd, dat Vervloesem vandaag gráág een groot deel van de collectie met ten minste tienduizend afbeeldingen met kinderporno die zijn werkgroep te pakken kreeg aan de Nederlandse politie zou hebben overgedragen. Maar voorzitter Boeykens zal op maandagmorgen zeggen: ,,Prima behandeling? Daar geloof ik niets van. Ikzelf en een derde lid van de werkgroep zijn tot twee uur vannacht verhoord.'' Hij noemt dit een ,,enorme stommiteit'' van de Nederlandse politie, ,,zeer, zeer spijtig''. De werkgroep heeft daarom besloten zijn collectie toch níet ter beschikking van de Nederlandse justitie te stellen.

Vorige week was het aanbod ook al eens gedaan en weer ingetrokken. Aanleiding was toen het bericht dat Vervloesem een strafblad wegens zedendelicten en afpersing zou hebben. Hij ontkent dit, en volgens hem ziet justitie in Nederland nu ook in dat die beschuldigingen ,,quatsch'' zijn. ,,De heren van het kinderpornonetwerk kunnen zich gaan vasthouden!'' Vervloesem heeft gisteravond ,,na een beleefd verzoek daartoe'' een verklaring afgelegd. Over hoe hij de kinderporno te pakken kreeg uit het bezit van Gerry Ulrich, de inwoner van Zandvoort die eind juni vermoord is gevonden in Italië. Ulrichs vriend en vermoedelijke zakenpartner Robby van der P. (22) zit nu in Pisa in de cel op verdenking van moord. Morkhoven verkreeg kort voor Ulrichs dood en ook daarna een fors deel van diens collectie kinderporno. Tientallen diskettes, cd-roms en videobanden, waarvan de werkgroep een deel doorspeelde aan de actualiteitenrubriek NOVA. Sinds NOVA vorige week beelden uit de vondst uitzond, is de werkgroep wereldnieuws.

Half Europa heeft al bij Vervloesem op de stoep gestaan, zegt zijn overbuurvrouw zondagmiddag. ,,Ik kan wel een kraampje neerzetten hier en patatten verkopen.'' Een uurtje later zullen de verslaggevers van de Duitse krant Bild en de Waalse televisiezender RTBF aanbellen. Het huis moet de hele middag door de Rijkswacht in de gaten zijn gehouden - de inval begon rond half acht 's avonds, toen alle pers verdwenen was. Deze krant had een afspraak om vier uur zondagmiddag, bij hem thuis. Een kalm straatje met een rijtje nieuwbouwhuizen en veel groen. Er wordt niet open gedaan. Eerst aanbellen, dan opbellen. Vervloesems antwoordapparaat met een raadselachtige boodschap: Aan de afdeling onderzoek van de werkgroep. Code blauw. Code blauw. Een kwartiertje later komt Vervloesem toch gewoon de straat in rijden. Wat 'code blauw' is wil hij niet zeggen. ,,Behalve dat er voor maandag belángrijke operaties gepland staan.'' Pas 's nachts, aan de telefoon, zal hij zeggen dat zij overigens via ,,een contact'' al om drie uur 's middags van de geplande inval op de hoogte waren. Vandaar dat 'blauw'.

Aan de keukentafel zit 's middags een kluitje vrienden van Vervloesem met vermoeide gezichten te zwijgen. Tussen het dressoir met een collectie madonna's-met-kind en de televisie valt een enorme poster op van 'Luc Steeno', Vlaams charmezanger. Daarvan is mevrouw Vervloesem fan, verklaart de 'secretaris' van de werkgroep Morkhoven. Deze heeft een forse driemaster op zijn arm laten tatoeëren. Hij wijst hij naar een keukenmuur, waar ook een Luc Steeno-barometer hangt. Mevrouw Vervloesem is er niet. ,,Die raakt een beetje overstuur van de drukte.''

Zijn Marcel Vervloesem en de overige twintig leden van zijn werkgroep deerniswekkend, delinquent of briljant? Vervloesem, die arbeidsongeschikt is, oogt zoals hij (luid) praat: groots en meeslepend. Voorzitter Jan Boeykens is met zijn kalme voorkomen en grijze baard het andere uiterste.

Belgische verslaggevers die eerder met hen te maken hadden zeggen het niet meer te weten. ,,Ze hebben onorthodoxe methoden'', zegt een van hen. ,,Vervloesem verstuurt rustig een foto van zichzelf als dertienjarige om daarmee een pedofiel te pakken.'' Maar ook: ,,Wie zich hier met netwerken in kinderporno bezig houdt, wordt door de Belgische justitie al snel voor gek verklaard.''

De Belgische media zijn sceptisch over de werkgroep, sinds deze hen eind jaren tachtig een canard bezorgde. De werkgroep zette zich toen in voor het lot van psychiatrische patiënten en had onthuld dat in het Antwerpse ziekenhuis Good Engels kinderen zouden zijn mishandeld, onder meer door langdurige opsluiting in isoleercellen. Justitie stelde een onderzoek in, maar er werd nooit iets over wantoestanden gevonden.

Nog twijfelachtiger werd het imago van de groep in België toen in 1990 de man werd aangehouden die ten tijde van de zaak-Good Engels het woord had gevoerd op een persconferentie van de werkgroep. Deze man, die zich toen had beklaagd over het feit dat hij geen pleegvader van een van de kinderen in het ziekenhuis mocht worden, werd nu beschuldigd van het plegen van zedendelicten met minderjarigen. Onder meer met een kind dat hem eerder als pleegkind was toevertrouwd. Vervloesem ontkent nu dat de man ooit actief lid van de werkgroep was.

Maar de recentste kritiek ging over Vervloesem zelf. Zedendelicten, afpersing. Zelf ontkent hij alles, op misschien die aanranding van een vrouw in Turnhout na. Maar dat was ,,privé'', zei hij in het Algemeen Dagblad . Justitie in België doet geen mededelingen.

De afpersing blijkt een slepende zaak te zijn geweest. In 1992 had Vervloesem ontdekt dat in een fotostudio in Utrecht kinderporno werd gemaakt. Via een negentienjarige jongen kwam hij in het bezit van deze foto's. Daarna zou hij de fotograaf, een man uit het Belgische Temse, hebben gezegd dat deze ruim zesduizend gulden zou moeten betalen. Of Vervloesem zou naar de politie gaan. De fotograaf deed aangifte, Vervloesem werd tot twee jaar veroordeeld. Maar op 5 februari 1997 meldt het persbureau Belga in een minuscuul berichtje: ,,Na zes jaar procedures heeft het Hof van Beroep de werkgroep Morkhoven van alle beschuldigingen vrijgesproken. Eén van de leden was aangeklaagd wegens oplichting. (...)''

Logisch dat de Belgische justitie hem daarop probeerde te pakken, zegt Vervloesem nu. Alles draaide om zijn dossier over het zogenoemde Temse-netwerk van kindermisbruik, waar genoemde fotograaf deel van uitmaakte. In België zouden jongens zijn geronseld om in Amsterdam in pornofilms te spelen. Vervloesem gaf zijn dossier met bewijsmateriaal hierover in 1992 aan de Belgische justitie. Tot november vorig jaar is er niets mee gedaan. Toen heeft de groep Morkhoven samen met NOVA een videoband opgespoord, waarop is te zien hoe op Madeira Norbert de R. uit Temse met de Nederlander Robert van der N. een vijftiental jongens met geld probeert te lokken. Beiden maken volgens de werkgroep Morkhoven deel uit van het Temse-netwerk.

Pas na de uitzending waarin NOVA deze band uitzond, kondigde de toenmalige Belgische minister van Justitie De Clerck een grootschalig onderzoek aan. Samen met de Nederlandse, Duitse en Portugese politie. ,,Alles uit het Temse-dossier van Vervloesem bleek achteraf te kloppen'', zegt een Belgische journalist nu. Vervloesem voelt zich intussen miskend. Waarom maakt hij nu bijvoorbeeld openbaar dat hij over tientallen adressen van Gerry Ulrichs afnemers van kinderporno beschikt? Toch niet om ze de kans te geven al hun porno weg te gooien voordat de politie komt? Vervloesem: ,,Wat moet ik dán!? Als ik het aan justitie geef gebeurt er toch jarenlang niks mee? Nu komt de zaak minstens aan het rollen!'' Na de dood van Gerry Ulrich, zegt Vervloesem, heeft diens schoonzuster de werkgroep adresstrookjes en postbusnumers laten bezorgen. ,,Die lagen in zijn vijf auto's.'' Later heeft de stiefvader van Ulrichs vermeende moordenaar Robby van der P. de werkgroep diens organizer bezorgd. Daarin staan volgens Vervloesem vijf namen die horen bij het Temse-netwerk.

Gerry Ulrich heeft de werkgroep de eerste diskettes met kinderporno evenwel zelf overhandigd, zegt Vervloesem. Ze hadden elkaar leren kennen bij de opnames van een nog niet uitgezonden interview van de Waalse televisiezender RTBF met Robby van der P. Van der P. zou vertellen dat hij vijf jaar geleden bij de ontvoering van de toen twaalfjarige Manuel Schadwald aanwezig is geweest, de jongen uit Berlijn die sindsdien wordt vermist. Ook Schadwald zou in het Temse-netwerk zijn beland.

Begin juni spraken ze elkaar weer. Ulrich had redenen om naar de groep Morkhoven te stappen, zegt Vervloesem. Hij zei aan kanker te lijden, en naar schatting nog maar een jaar te leven te hebben. Daarnaast zou hij bang zijn geweest, wetend dat de groep Morkhoven hem als handelaar in kinderporno had getraceerd. Dus overhandigde Ulrich Vervloesem op 11 juni de eerste diskettes, video's en cd-roms. Op 19 juni, zegt Vervloesem, volgde de eerste ontmoeting met de schoonzuster van Ulrich en een ander familielid, in een wegrestaurant. De familie zei zich zorgen om Ulrich te maken. ,,Zij zeiden dat ze al een jaar wisten dat het om kinderporno ging, dat de politie in Zandvoort dat ook wist maar dat er niks gebeurde.'' Na Ulrichs dood, zegt Vervloesem, vragen zijn familieleden hem mee te gaan naar het Zandvoortse appartement. ,,Toen we daar kwamen waren de scharnieren van de deur al geforceerd.'' Op het moment dat de politie komt kijken omdat iemand een melding van inbraak heeft gedaan, zegt Vervloesem alweer buiten te hebben gestaan. En de overige diskettes met kinderporno die nu in zijn bezit zijn? ,,Die komen uit het flatje van Robby van der P. in Zandvoort.'' Robby van der P. was schandknaap sinds zijn twaalfde. Maar hij was inmiddels ook getrouwd. Zijn echtgenote, zegt Vervloesem, heeft hem na Ulrichs dood gevraagd de kinderporno uit de woning te komen ophalen. De vrouw is daarna volgens Vervloesem door de werkgroep naar een schuiladres gebracht.

Vervloesem: ,,Ulrich en ik zijn voor zijn dood heel vrienschappelijk met elkaar omgegaan. Je moet ze niet onder druk zetten. Je moet aardig zijn, anders kieperen ze je zo weer buiten.'' Ulrich is vrij plotseling met Robby van der P. op reis gegaan. Op 17 juni belt hij Vervloesem vanuit de Pyreneeën, zegt deze, om te vertellen dat onder de vloer van zijn Zandvoortse appartement nog meer kinderporno ligt. ,,Daarna vroeg hij ons iedere dag contact op te nemen omdat hij bang was dat Robby van der P. iets vermoedde over zijn loslippigheid'', zegt Vervloesem. ,,Maar wij hebben hem vanaf dat moment tot zijn dood niet meer kunnen bereiken.''

Jacht op porno

Burgerinitiatieven tegen kinderporno die informatie voor de politie achterhouden zijn in Amerika geen onbekend verschijnsel. Voormalig FBI-agent John Rabun heeft in zijn werk voor het Center for Missing and Exploited Children regelmatig te maken met 'digitale burgerwachten' die op eigen initiatief op zoek gaan naar kinderporno en pedofielen op Internet. Het Center for Missing and Exploited Children is een non-gouvernementele organisatie die in opdracht van het Amerikaanse congres samen met de FBI vermiste kinderen en kinderpornonetwerken opspoort. Rabuns ervaringen met dergelijke burgerinitiatieven, waarvan er in de Verenigde Staten ongeveer tien actief zijn (onder meer American Guardian, Cyber Angels en Pedowatch genaamd), zijn niet erg positief. Op zijn verzoeken kinderporno aan het Center for Missing and Exploited Children te geven wordt doorgaans niet gerageerd. Rabun: ,,Deze groepen lijken vooral 'het systeem' te willen bekritiseren in plaats van de justitiële autoriteiten te helpen hun werk beter te doen.''

Het geval van de Belgische werkgroep Morkhoven, die bekend heeft gemaakt over de namen van de klanten van het kinderpornonetwerk Apollo te beschikken en weigert kinderpornografisch materiaal aan de politie te overhandigen, noemt Rabun ,,vreselijk''. ,,Het is onethisch om de verdachten via de pers te waarschuwen. Zo komt het politie-onderzoek in gevaar'', aldus Rabun. ,,In de Verenigde Staten zouden ze vervolgd worden voor het in het bezit hebben van kinderporno.'' Volgens Rabun ontstaan particuliere initiatieven tegen kinderporno voornamelijk uit een gevoel van onvrede. ,,Als burgers het gevoel hebben dat politie en justitie te weinig doen om kinderen te beschermen.''

Don Ellis van de American Guardians, een particulier initiatief dat probeert om de verspreiding van kinderporno via Internet tegen te gaan, zegt bewust niet met het Center for Missing and Exploited Children samen te werken. ,,Zij hebben een andere mening over homoseksualiteit dan wij.’’ Volgens Ellis is het de schuld van homoseksuele mannen dat kinderen worden misbruikt. Hij is ook van mening dat lesbische vrouwen statistisch gezien elf keer vaker aan seks met dieren doen dan heteroseksuelen en dat homoseksuele mannen notoire drugsgebruikers zijn.

De American Guardians vinden het belangrijker dat kinderporno van het Internet verdwijnt dan dat kinderpornografen juridisch worden vervolgd. Ellis beweert dat de Guardians ervoor gezorgd hebben dat ruim 3700 websites met kinderporno geblokkeerd zijn. Rabun van het Center for Missing and Exploited Children noemt het cijfer ,,oncontroleerbaar''.

NRC Webpagina's

20 juli 1998

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad