|
Uitslag van de lezersoproep om ervaringen met makelaars
Uniek gelegen
Een huis, zo begrepen wij uit
de ruim
dertig brieven en tien e-mails aan Z-peil, is een levend wezen. Een huis
ligt
met z'n rug naar het bos (of de weg) toe, kijkt uit op de weg (of het
bos),
liefst nog "via' een vijver en langs een "met bomen omzoomde eigen
oprijlaan'.
Huizen zoeken is geen rationele activiteit; zoekers worden verliefd op
een
woning, zo bleek. Huizenjacht is een intieme gebeurtenis.
De makelaar van het woongeluk kent een eigen advertentie-jargon, mee
aangedragen door briefschrijver T. Enninga. Compact betekent: te klein.
Een
levendig punt: drukke verkeerskruising. Gezellig verbouwd: prutswerk.
Zeer
karakteristiek: geheel achterhaald. Originele details: nooit iets aan
gedaan.
Representatieve bewoning: alleen topinkomens aub. Veel geluidsisolatie:
buiten
is het een rotherrie. Behoeft modernisering: nog eens de vraagprijs
erbij
optellen om de verbouwing te financieren.
Wat hoorde u verkopende makelaars zoal terug zeggen als u een minpuntje
opmerkte, bijvoorbeeld over de (oude) loden waterleidingen? Iedere dag
een
beetje lood en ,,uw gezin wordt zo verzekerd van een goede lichamelijke
weerstand'' (M. van der Putten-Göbbels). Stel dat u opmerkt dat de
tuin op
het noorden ligt. Dan zegt de makelaar: ,,U weet toch, bloemen draaien
altijd
hun gezicht naar de zon en als u dan vanuit uw huis de tuin inkijkt,
kijkt u in
de bloemen!'' (A.H. Dike-Doyer). Stel dat u opmerkt dat de kelder tien
centimeter onder water staat. ,,De bewoners zijn gisteren vertrokken en
daarbij
is de afwasmachine leeg gelopen. Dat trekt wel weg''. (M. Oostwoud)
Wat zijn slechte makelaars? Een aantal
briefschrijvers trof makelaars met verzonnen wachtlijsten die eigen
cliënten bevoordeelden, zelf geïnteresseerd zijn in het pand
of u
liever een duurder huis verkopen zodat de verdienste hoger is. De
taxatie is
dan niet meer te vertrouwen, er duiken spook-kopers op die "eerder'
waren, u
wordt van het ene huis het andere ingepraat. Dat is ergerlijk, maar niet
fataal. U bent er zelf bij en mans genoeg om bij de eigenaar te
informeren, een
andere makelaar te zoeken of alle kletspraatjes te negeren.
Wat zijn goede makelaars? Een aantal
briefschrijvers
ontmoetten makelaars die meedachten en meezochten. Zoals de makelaar van
R.
Kerkhoff-Dalman die een driehoekskoop organiseerde. Zij wilde een huis
kopen
van een oudere dame die zelf naar een nieuwe seniorenwoning wilde
verhuizen.
Toen haar eigen huis moeilijk verkoopbaar bleek zorgde de makelaar
ervoor dat
het bouwbedrijf van de seniorenwoning het huis van de koper kocht en
iedereen
kon verhuizen.
Of de Rotterdamse makelaar van de Groninger J. Bleeker die een huis
,,uit eigen
voorraad'' te voorschijn toverde en de makelaarskosten kwijtschold toen
bleek
dat verhuizing niet kon wachten wegens gezinsuitbreiding. Of de makelaar
van R.
van Mastrigt die tijdig een ontbindende voorwaarde liet opnemen in zijn
koopcontract ("mits wijziging bestemmingsplan') voor een bouwvallige
boerderij.
,,Dat voorkwam dat wij gedurende een half jaar twee huizen bezaten. Wij
zijn
hem nog steeds dankbaar voor deze bijdrage, die hij motiveerde met: Ik
zoek
klanten, geen slachtoffers''.
De volgende briefschrijvers ontvangen een boekebon: S. Fiets en
J.
Dannis van Wiggen.
Belletje
Een makelaar is een afschuwelijk mens,
behalve
degene die u kent of die u bent. Er zijn makelaars bij koop en er zijn
makelaars bij verkoop. Enige koopmakelaars liepen vol minachting door
mijn oude
dierbare vooroorlogse huis. Geen isolatie, niet best. Wij hadden een
ruim
vertrek met een kast, een douchecel en een wastafel. ,,Ik heb geen
badkamer
gezien'', zei een onbeschofteling. Want wie geen ligbad heeft, geen
bepaalde
soort tegels, geen isolatie, heeft geen huis.
Wij wilden verhuizen van Oost naar West, van goedkoop naar duur. Ik wilde
niet
mijn gehele pensioen in een hypotheek beleggen. Nou, dat heb ik geweten.
Na de
minachting door die koopmakelaars kwam de verachting door de
verkoopmakelaars.
Ik was niemand. Wie niet met tonnen strooit is een paria, een zielepiet
die
geen onderdak zal vinden. ,,Zodra ik iets voor u weet, bel ik u.'' Of
het erge:
,,geef ik u een belletje.'' Betekent dat u kunt barsten. ,,Het is heel
moeilijk
in uw categorie'' betekent dat de makelaar niet begrijpt waarom u hem
lastig
valt.
Twee jaren hebben we gezocht. Ik heb makelaars beter leren kennen dan
huizen.
Altijd weer die ongewenste horzel op mijn pad. Een arrogante poen te
Culemborg.
Het bekakte spraakje, waarin de motgaten vielen van de onvoldoende
scholing. Zo
iemand blijft je bij. Hij durfde te zeggen: ,,U wilt eigenlijk niet
verhuizen,
mevrouw.'' De toon waarop ze meneer en mevrouw zeggen. En dan dat
afschuwelijke
handengeven.
Een onroerend slag volk. Ik heb mijn huis zonder makelaar verkocht. Dat
kan
ook. Ik ben verhuisd, getraumatiseerd door bemiddelaars.
M.A. Leenheer, Leersum
Dringen
Met veel, heel veel moeite maken we een
afspraak met
een makelaar voor de bezichtiging van een huis waarvoor we van Groningen
naar
Heiloo rijden. Na afloop deelt de makelaar doodleuk mee dat er al een
gegadigde
is. Naar onze indruk wil hij ons buiten sluiten, omdat we hem geen
koopopdracht
hebben verstrekt. We besluiten ons rechtstreeks tot de
huiseigenaar-verkoper te
wenden die verrast zegt van niets te weten. We verzoeken de eigenaar ons
als
eerste gegadigde bij de makelaar voor te dragen, er op wijzend dat zijn
overeenkomst met de makelaar daartoe ruimte biedt. Ook over de prijs
worden we
het snel eens.
Kort daarop belt de makelaar ons. Hij herhaalt dat er al een gegadigde
is, die
niet accepteert dat wij ,,voordringen'' en die wellicht juridische
stappen zal
doen. Wij antwoorden dat hij met zijn smoesjes moet ophouden: er is geen
andere
gegadigde, hij levert een wanprestatie t.o.v. de verkoper, ons geduld
raakt op.
We dreigen met een advocaat. Het is even stil. Dan vraagt de makelaar
ons de
gegevens voor de voorlopige koopakte te verstrekken.
J. Dannis-van Wiggen, Heiloo
Meisjes
Acht jaar geleden, in Ellecom: het huis was
precies
onze smaak. Dat de verkoper geen datum voor levering wilde noemen was
ook voor
de makelaar een verrassing. Ter compensatie (en omdat hij gemerkt had
dat we
ècht wilden kopen) liep hij zich (zonder opdracht) het vuur uit de
sloffen. Een week of wat later kwamen we, voor de derde keer, op zijn
uitnodiging vanuit de Randstad weer eens naar de Veluwe. Hij wist zeker
dat het
dit keer zou lukken en... het huis stond leeg, dus de oplevering zou
geen
probleem zijn.
Samen met de makelaar reden we naar het afgesproken adres. Het zag er
gek
genoeg bewoond uit. De makelaar kreeg niet de kans de sleutel in het
sleutelgat
te steken, want de deur zwaaide al open. In de deur stond een enorme
kerel,
half ontblote borst, grote gouden ringen. De makelaar stamelde: ,,Uh,
hebt u
gehuurd?'' De man knikte alleen maar. ,,Maar we mogen toch wel even
kijken?''
De man keek de makelaar met opgetrokken wenkbrauwen aan: ,,Luister 's,
daar ken
ik niet aan beginnen. Veels te onrustig voor de meisjes en bovendien is
er al
een klant binnen.'' Het was de eerste (en de laatste) keer dat we
medelijden
met een makelaar hadden.
P. Donker, J. Hoekstra, Zevenaar
|
NRC Webpagina's
1 JUNI 1996
|