U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    D E   P L E K  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

Terug naar De Plek

Stuur uw verhaal naar dePlek@nrc.nl

Tel Aviv


'Anie Sienie' zegt een stem, ik ben Chinees

Door onze correspondent SALOMON BOUMAN
Wie had ooit kunnen denken dat Chinese arbeiders stenen zouden sjouwen in de 'Hollandse straat' van de buitenwijk in Tel Aviv waar ik woon. Zonder een woord Chinees te spreken is mijn handige buurman erin geslaagd ergens in de stad twee Chinezen te ronselen om bloembakken die met stenen waren dichtgemaakt om te bouwen, zodat we er de mooiste lentebloemen in kunnen planten.

Drie weken geleden kwamen ze op een zaterdagochtend precies op de afgesproken tijd. De buurtbewoners hebben zich vergaapt aan de ijver van deze twee tengere mannetjes die met een vaste glimlach om hun mond urenlang stenen sjouwden. Als Chinezen zo werken is het geen wonder dat duizenden Chinese arbeiders met kruiwagen en schoppen dammen in Chinese rivieren kunnen bouwen. Hoe leg je een Chinees in Israel uit dat het koffietijd is, dat hij moet drinken omdat het zo heet is, dat hij ergens in de schaduw moet gaan zitten om te eten?

Het enige Hebreeuws dat de twee Chinezen in de Israelische bouw hebben opgepikt is het magische woord beseder, 'het komt in orde' en de uitdrukking anie Sinie, 'ik ben Chinees'. Als ze telefonisch laten weten dat ze de volgende zaterdag weer op de afgesproken tijd komen zeggen ze: ,,anie Sinie''. Dan weten we dat ze eraan komen.

Aan het eten hebben we het Chinese tweetal nog niet gekregen. Koffie wijzen ze ook heel beleefd van de hand. Alleen koud water gaat erin. Wegens de taalbarrière is het onmogelijk met hen over het arbeidsloon te onderhandelen. Mijn buurman schrijft een getal op de palm van zijn hand, de Chinezen kijken er in en knikken zonder zich te bedenken instemmend.

De eerste keer leek het mis te gaan. De buurman wilde per abuis dertig gulden te veel geven. Heftig handgebarend weigerden zij meer te aanvaarden dan was overeengekomen. Zoals dat alleen in Israel kan, trok de buurman zich niets van het tegensputteren van de Chinezen aan en stopte het geld in de zak van een van de Chinezen en maakte een vriendelijk gebaar dat ze maar weg moesten gaan.

De daarop volgende zaterdag kwamen ze niet. ,,Ik heb ze zeker beledigd'', veronderstelde de buurman die grote internationale zaken doet maar nog nooit met Chinezen te maken heeft gehad. De volgende zaterdag rinkelde de telefoon. ,,Anie Sinie'' zei een stem. Een uur later liepen de twee Chinezen weer trouw te sjouwen, tot het ondergaan van de zon, zonder te rusten.

Ik denk dat ze nog nooit zulk gek werk hebben gedaan. Waarom waren de bloembakken met stenen dicht gemaakt? We hebben een wat eigenaardige burgemeester, een ex-kolonel, in mijn woonplaats. Met een onbegrijpelijke koppigheid bepaalde hij dat we wel een 'Hollandse straat' konden krijgen, maar de bloembakken, die functioneel moesten worden geplaatst zodat het verkeer werd afgeremd, mochten geen bloemen bevatten. Dat alle buurtbewoners diep in hun portemonnee tastten om de buurt te verfraaien kon de burgemeester niets schelen.

Een 'Hollandse straat' is in Israel het neusje van de zalm. Om zo'n begeerde straat voor de deur te hebben legde de buurt zich voor de schijn neer bij het vonnis van de burgemeester dat de grote bloembakken met bakstenen voor eeuwig zouden worden dichtgemetseld. De buurt zou de burgervader een half jaar in de waan van zijn gelijk laten.

Met de eerste lentebloei kreeg mijn buurman meteen de kolder in zijn kop. Zijn besluit stond vast. De stenen moesten uit de bloembakken, de aangestampte aarde weggeschept en vervangen door 'rijke aarde'. Hij, ook een hoge reserve-officier, staat nu iedere zaterdag aan het hoofd van de 'Chinese campagne'. We houden onze adem in voor het tegenoffensief van de gekrenkte burgemeester, die nu wel moet weten dat de wet is overtreden. Misschien krijgen we een proces aan onze broek wegens het vernietigen van openbaar bezit?

De Chinezen weten van niets en blijven lachen. Met duizenden zijn ze naar Israel gehaald om de plaats in te nemen van Palestijnse arbeiders die wegens de 'veiligheidspolitiek' van de regering Peres niet meer tot Israel worden toegelaten. Volgens deze week gepubliceerde cijfers zijn er nu al zo'n 220.000 buitenlandse arbeiders, van wie slechts 100.000 wettig in de zionistische staat. Dat is tien procent van de werkende bevolking.

Ze komen uit Thailand, China, Turkije, Roemenië, Polen en vele andere landen en nemen de plaatsen in van evenveel Palestijnen die vroeger in Israel een aardige boterham verdienden. Zonder deze buitenlandse arbeid kan de Israelische landbouw en woningbouw niet draaien. Van de droom van de oude socialistische zionisten dat Israel met joodse arbeid moet worden opgebouwd, is alleen de herinnering over. Israel is een ander land geworden waar de telefoon kan gaan en een stem zegt ,,anie Sinie''.

(Dit artikel verscheen op 18 mei 1996 in NRC Handelsblad)

NRC Webpagina's
13 JULI 1996


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)