U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
DOSSIERSURINAME
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Suriname

Nieuws

Verkiezingen 2000

Achtergrond

Dossier Rechtszaak Bouterse

Links

Garnalen uit Guyana en Suriname


Garnalenverwerker Heiploeg in het Groningse Zoutkamp kocht onlangs twee fabrieken op in Suriname en Brits Guyana om zich te verzekeren van de aanvoer van 'seabob'.

Door onze correspondent KARIN DE MIK

ZOUTKAMP, 10 OKT. Zwart van de mensen stond het vorig jaar voor de nieuwe fabriek van garnalenverwerker Heiploeg. In het grote waterbassin, waarin de poten van het pand rusten, stonden tientallen vogelaars door verrekijkers naar een watervogel te turen. "Welke weet ik niet meer, maar het was een zeldzaam exemplaar", herinnert directeur Hendrik Nienhuis zich. In het kleine meertje vangt het bedrijf zijn eigen gezuiverd afvalwater op. "Het is twintig keer zo schoon als in de sloten, alleen iets zouter. Zo zout als in de Waddenzee. Die zeevogels hadden dat snel door."

Heiploeg opende vorig jaar een nieuw bedrijfspand (investering 85 miljoen gulden) in het oude Groningse vissersdorp. Zo kwam een eind aan de verspreid liggende locaties in Lauwersoog en Zoutkamp. De fabriek (25.000 vierkante meter) is een van de modernste in zijn soort in Europa, vertelt Nienhuis. Het lijkt eerder een bankgebouw dan een visverwerkingsfabriek: een hoge vide, grote lampen, aluminium trappen, ruime kantoorruimtes met hoge glazen ramen. Tegenover de ingang, direct in het zicht, staan achter glas de controleurs van het laboratorium in witte jassen. In het hele verwerkingsproces raakt geen medewerker een garnaal met de blote hand aan. De tropische garnalen (12.000 ton per jaar) worden rauw en gepeld aangevoerd uit het Verre Oosten en in Zoutkamp ontdooid, gekookt en opnieuw ingevroren. De Noordzeegarnalen, 15.000 ton per jaar, worden al aan boord van de garnalenkotters gekookt. Heiploeg vervoert ze naar Marokko om ze daar te laten pellen. De garnalen zijn, in de gekoelde trucks, binnen een week uit en thuis. Ondanks de afstand - voor Heiploeg rijden veertig vrachtwagens garnalen door heel Europa - is dat goedkoper dan pellen in Nederland. Een Marokkaanse pelster pelt 60 kilo garnalen per maand. Nienhuis: "Dat kost ons 450 gulden. In Nederland zijn we dan inclusief sociale lasten 3.000 gulden kwijt." Volgens Nienhuis valt er voor garnalenpellen in ons land overigens nauwelijks iemand te krijgen. Bovendien is het thuispellen tien jaar geleden uit oogpunt van hygiëne verboden. "En een goede pelmachine is er nog steeds niet. Daar wachten we op, maar de markt ervoor is te klein. Al zijn er wel een paar uitvinders mee bezig."

Heiploeg (200 werknemers) verwerkt 90 procent van zijn garnalen voor de 'versmarkt' (in plaats van diepvries) en is daarmee een van de grootste van Europa. De garnalen worden alleen in Europa afgezet, voor 60 procent in België. Onlangs nam Heiploeg twee bedrijven in Suriname en Brits Guyana over, die jaarlijks 7.000 ton 'seabobs' verwerken. Deze grote rose warmwatergarnaal is voor 80 procent bestemd voor de Amerikaanse markt; de rest gaat naar Europa. De twee Zuid-Amerikaanse bedrijven (samen honderd werknemers) waren interessant voor Heiploeg omdat het bedrijf daardoor zijn afhankelijkheid van de aanvoer van tropische warmwatergarnalen uit Zuidoost-Azië vermindert. Heiploeg verwerkt in fabrieken in Zoutkamp en Oostende jaarlijks 20.000 ton warmwatergarnalen uit onder meer Pakistan, India en Vietnam. "Maar bij een overstroming daar loopt de aanvoer gevaar."

Heiploeg is van oorsprong een familiebedrijf, voortgekomen uit een fusie in de jaren zestig tussen de bedrijven van de families Heidema en Van der Ploeg. De Groningse garnalenverwerker maakt een snelle groei door. Vorig jaar bedroeg de omzet nog 250 miljoen gulden. Nu ligt die tussen de 700 en 800 miljoen. De groei werd gerealiseerd door overnames, maar was ook voor een deel autonoom, zegt Nienhuis.

Vorig jaar nam Heiploeg een garnalenbedrijf in het Belgische Oostende over. Anderhalf jaar geleden collega Goldfish in Volendam, een Duits bedrijf in Büsum en een kokkelbedrijf in Yerseke. "De vraag van de consument naar vis en dus ook garnalen neemt toe. Vis is gezond, je wordt er niet dik van", verklaart Nienhuis de omzetgroei.

Door de groeiende welvaart worden er steeds meer garnalen, een luxeproduct, gegeten, weet de directeur. Toen de supermarkten drie jaar geleden de schaaldiertjes in hun koeling legden, stapte de consument over van de diepvries- op de verse garnaal.

Nienhuis werkt al 41 jaar bij Heiploeg. Hij begon als jongste bediende en heeft nu, samen met collega Simon Lenger, 30 procent van de aandelen in handen. De overige 70 procent is sinds kort in handen van de Zwitserse bank UBS, die haar portefeuille wilde versterken in de voedingsmiddelensector. Nienhuis rekent de komende vijf jaar op een groei van 5 10 procent. Een voordeel is dat er vrijwel zeker geen vangstbeperking wordt ingesteld. "Er is geen biologische noodzaak voor een quotum. De natuur produceert meer garnalen dan vissers kunnen vangen."

NRC Webpagina's
10 oktober 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad