U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Ramp Enschede

Nieuws

Logboek

Onderzoek

Feiten

Slachtoffers

S.E. Fireworks

Vuurwerk en veiligheid

Reageer

Links

'De gemeente Enschede pronkt met ons geld'


Servet Tuluk, een van de slachtoffers van de vuurwerkramp in Enschede, raakt wat verbitterd. De gemeente Enschede komt haar beloften niet na en de pers toont steeds minder belangstelling voor de nasleep van de ramp. Deel vier van een serie.

Door onze correspondent ANDRE RITSEMA

ENSCHEDE, 3 JUNI De keukentafel staat in de tuin, het bankstel bij het tuinhekje. Binnen leggen mannen een parketvloer. Oorverdovend gehamer klinkt tussen de blokken nieuwbouw van de wijk Velve-Lindenhof in Enschede. Servet Tuluk zit met een kop koffie aan die keukentafel. Hij maakt een vermoeide indruk, en dat klopt wel, zegt hij. Want Tuluk is nog altijd druk. Het nieuwbouwhuis - waarover hij overigens zeer te spreken is - moet nog worden ingericht. En verder is er dagelijks de gang naar de stad voor de aanschaf van spullen die nodig zijn.

Vorige week kon hij even bij de restanten van zijn huis aan de Nieuwluststraat in Roombeek kijken: er was niets van over. Een aangeveegde vlakte. "Ik zag alleen de vloer nog." Vlakbij vond Tuluk twee knikkers van zijn zoontje. Je hoopt, zegt hij, dat je wat meer vindt. "Maar de bergingsploegen hadden alles weggehaald." Dat is het ergste: het verlies van de foto's van vaders, moeders, opa's, oma's. En de lievelingsspullen van de kinderen: een mooi glas, een Furby.

Hoe het verder gaat? Goed, zegt Tuluk - maar hij bedoelt eigenlijk matig. Want zijn vrouw is dermate getraumatiseerd door de vuurwerkramp dat ze - na gesprekken met de huisarts - psychiatrische hulp van het RIAGG nodig heeft. Ze is depressief, slaapt slecht en lijdt aan hyperventilatie. Vorige week viel ze zomaar flauw, toen ze één van de dochters naar bed bracht. Papa, riep het kind naar beneden, mama is dood. Het duurde anderhalf uur voor er een dokter verscheen. Daarnaast voert ze gesprekken met maatschappelijke werkers, zowel Nederlandse als van het Turkse maatschappelijke werk. "Van praten word je rustig", zo heeft Tuluk ervaren. Hij is te spreken over de hulpverlening. " Ze doen hun best ons te helpen."

Minder te spreken is hij over de gemeente. Na de lovende woorden van de eerste dagen, raakt Tuluk gaandeweg wat verbitterd. Zo kwamen er maandag twee heren van de gemeente langs om te vertellen dat de uitkering van het Rampenfonds (onder andere 30.000 gulden voor de eerste inrichting van het huis en 3.000 kleedgeld per persoon) alsnog in korting wordt gebracht op het bedrag dat de verzekering zal uitkeren. "Toen werd ik wel even boos. Want dat verzekeringsgeld is toch zeker van mij? Ik heb toch niet voor niets jarenlang trouw de premies betaald? De gemeente doet zich zo mooier voor dan ze is. Een beetje met ons geld pronken. Dan had ik liever helemaal niets gehad." Tuluk vindt - net zoals de tweede week na de ramp - een deel van zijn gemoedsrust in zijn neven-activiteiten. Zo is hij tweede voorzitter van de voetbalclub TVV Enschede. Het is een baantje dat behoorlijk wat werk met zich meebrengt. Het leven moet doorgaan, zegt hij eenvoudig. Gemakkelijk is dat niet: hij denkt veel aan de slachtoffers en de nabestaanden. "Omdat ik jaren in die wijk heb gewoond, ken ik een aantal slachtoffers." Het gezin Tuluk is op zijn beurt ook goed opgevangen door vrienden en kennissen. Tot dit weekeinde hebben ze niet één keer zelf hoeven koken. "Iedereen wil je helpen, iedereen wil je terzijde staan. Ze zijn zelfs boos als je niet komt eten." En die particuliere hulp ervaart hij als zeer belangrijk. "Vrienden moeten er niet alleen op goede dagen zijn, maar ook op slechte dagen."

Tuluk hecht er aan dat de waarheid omtrent de oorzaak van de ramp boven water komt, al duurt het twintig of dertig jaar. Daarin ziet hij ook een rol voor de pers, die het rampterrein inmiddels weer verlaten heeft. "Dat is logisch, andere zaken zijn nu weer belangrijker. Maar ze moeten ons niet vergeten. De media speelt een grote rol in het vinden van de waarheid, daar moet de pers mee doorgaan."

NRC Webpagina's
3 juni 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad