EK-steden weten niet wat goed voor ze is
Het EK 2000 is een unieke kans
om acht steden in Nederland en België mondiaal op de kaart te
zetten, menen marketeers van de UEFA. Maar de steden steigeren.
Door onze redacteur ARJEN SCHREUDER
AMSTERDAM/EINDHOVEN, 24 SEPT. Het had zo mooi kunnen zijn, vinden ze
bij het sportmarketingbureau ISL. Voor het eerst zouden tijdens een
Europees kampioenschap voetbal de steden waar de wedstrijden worden
gespeeld partner worden bij het verkopen van 'het product'
voetbal.
De acht speelsteden in Nederland en België waar volgend jaar juni
gedurende drie weken het op drie na grootste sportevenement ter wereld
wordt gehouden, zouden allemaal mee mogen draaien in een uitgekiend
marketingconcept. Tijdens het voetbalfeest zouden ze gastheer zijn van
niet alleen de duizenden supporters die de steden zullen bevolken, maar
ook van één miljard fans die de wedstrijden via de
televisie over de hele wereld zullen volgen.
De steden zouden er allemaal min of meer hetzelfde uit gaan zien:
dezelfde vlaggen en banieren, hetzelfde logo en dezelfde mascotte
zouden overal te zien zijn, en overal zou de bezoekers dezelfde namen
tegenkomen van de negen hoofdsponsors en zeven supplyers die
samen tweehonderdvijftig miljoen gulden in het EK 2000 gestoken hebben.
De bezoeker zou bij nadering van een van deze acht steden direct weten
dat deze stad de eer had mee te mogen draaien in het UEFA-circus. De
steden zouden van het EK een showcase kunnen maken. De steden
zouden exposure krijgen. Brussel, Brugge, Charleroi, Luik,
Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven en Arnhem zouden 'op de kaart' gezet
worden.
Overal op de aardbol zouden mensen deze steden associëren met een
paradijs waar drie weken lang het beste voetbal ter wereld wordt
gespeeld, en waar het leven kennelijk zo goed is dat internationale
topmerken er graag vertoeven: Carlsberg, Coca-Cola, Fuji, JVC,
Mastercard, McDonald's, Philips, Play Station, Pringles.
En de lokale economie zou een forse impuls krijgen, zoals de ervaring
van het EK vier jaar geleden in Engeland heeft geleerd, waar een kwart
van de totale groei van het bruto binnenlands product kan worden
toegeschreven aan het EK. Waar, om een klein voorbeeld te geven,
tijdens de halve finale Engeland-Duitsland 88 procent meer pizza's dan
normaal in het Verenigd Koninkrijk werden verkocht.
Maar de steden liggen dwars. Ze voelen zich gekoloniseerd. Met
uitzondering misschien van Rotterdam, dat als finalestad de meeste
aandacht naar zich toe zal trekken en de begroting toch wel rond zal
krijgen, voelen de speelsteden van de Lage Landen zich als kleine
jongens in de hoek gezet door de marketing-jongens van ISL, dat namens
de UEFA de rechten van de hoofdsponsors en supplyers tijdens het
toernooi uitoefent. Dat alle stadions worden herschapen in een mekka
voor sponsors is tot daar aan toe. Dat gebeurt nu ook al tijdens
wedstrijden van de Champions League voor Europese clubs. Dat van de
steden verwacht wordt dat ze de supportersstromen in goede banen leiden
en hun veiligheid garanderen, begrijpen ze. Maar dat het hun onmogelijk
wordt gemaakt om met andere sponsors in zee te gaan dan de negen
heilige UEFA-merken, dat gaat hun te ver. Ze weigerden eerder al een
gezamenlijk 'wurgcontract' te tekenen. Dat verbood hun in
randevenementen te refereren aan het EK 2000 als zich niet
uitdrukkelijk een van de hoofdsponsors daaraan had verbonden. Dat droeg
de steden als tijdelijk lid van de UEFA-familie op te helpen bij het
weren van concurrerende merken uit de wijde omgeving van de stadions.
Dat bepaalde dat de steden de kosten voor hun rekening zouden nemen
van city dressing, het versieren van de stad met door de UEFA
beschikbaar bestelde vlaggen en banieren. En nog het een en ander.
De onderhandelingen over dit soort kwesties worden de komende weken met
iedere stad apart voortgezet. De gemeente Eindhoven wilde daar niet op
wachten. De lichtstad presenteerde gisteren een eigen logo waarmee de
stichting voetbalfestival Eindhoven, onder voorzitterschap van oud-
Philips-topman Cor van der Klugt, de boer op kan om lokale sponsors te
werven voor evenementen die de stad hoe dan ook wil organiseren. De
gemeente presenteert zich nu als city of football. Om uit de
kosten te komen. Maar vooral om Eindhovenaren het gevoel te geven dat
het EK 2000 ondanks alle mogelijke overlast toch ook hun feestje is. De
festiviteiten als crowd control, zogezegd, want hoe meer
entertainment hoe minder kans op rellen, zo is de redenering. Eindhoven
kon niet langer wachten op de uitkomst van de onderhandeling van ISL en
UEFA, zegt Van der Klugt, omdat er anders geen sponsors meer te vinden
zijn. De gemeente blies eerder al een vergevorderd plan af waarin
honderd sponsors voor ieder tienduizend gulden zouden bijdragen aan de
lokale festiviteiten. Dit omdat de UEFA niet afkwam met fors aantal
hospitality pakketten voor de sponsors, die daarmee niet een
poulewedstrijd in het Eindhovense stadion mochten bijwonen. Alles kan
nog goed komen, bezweert ISL. Het zal ook wel moeten. Het sponsorbureau
maakte gisteren tijdens een presentatie in Amsterdam enkele
terugtrekkende bewegingen. Het is helemaal nooit de bedoeling geweest om
in een straal van twee kilometer rondom de stadions alle niet-
officiële sponsors te weren. En steden mogen best in lokale
evenementen refereren aan het EK 2000, als ze maar niet daarvoor het
officiële logo en Benelucky, de mascotte, gebruiken. Wie dat doet,
krijgt een juridische procedure aan de broek. De steden zouden toch
moeten begrijpen dat ISL en de UEFA hun hoofdsponsors willen beschermen
tegen bedrijven die willen meeliften op de uitstraling van Euro 2000 en
het publiek bedriegen door te te laten geloven dat ook zij iets met het
evenement te maken hebben. Die bescherming valt bij ISL onder de
noemer anti-ambush marketing. Om parasitair gedrag de pas af te
snijden, heeft ISL ten behoeve van de hoofdsponsors ruimte ingekocht op
billboards en op openbare plaatsen in de speelsteden. Ook is
reclamezendtijd gekocht rond uitzendingen van de wedstrijden. Op
andere punten komen we er met de steden ook wel uit, zegt ISL, als ze
maar wat meer begrip tonen en zouden beseffen wat een prachtige kans
hen wordt geboden. Wij geven de steden de sleutels van een mooie lease-
auto, zei gisteren een medewerker van ISL, maar als zij zo'n auto niet
accepteren omdat zij geen rijbewijs hebben, of omdat ze uit milieu-
overwegingen bezwaren hebben tegen het rijden op diesel, dan is dat hun
probleem. De steden knarsetanden.