EEN VOETBALLEVEN LANG ORANJE'S TWAALFDE MAN
Met rasse schreden nadert Aron
Winter het interlandrecord van Ruud Krol. De 33-jarige routinier uit
Lelystad maakte bij Ajax een rampzalig seizoen door, maar is in het
Nederlands elftal weer volledig opgeleefd. Het komende EK moet het
hoogtepunt worden van zijn lange carrière als international.
Door Erik Oudshoorn
"Ben ik nu in de historie van het Nederlandse voetbal de speler die aan
de meeste grote toernooien deelnam", vraagt Aron Winter halverwege het
gesprek op een terrasje aan het Meer van Genève. Ja, daar is geen
twijfel over mogelijk. Dennis Bergkamp komt ook een heel eind, maar hij
was er op het EK van 1988 en het WK van 1990 nog niet bij. "Hij kan mij
dus niet meer inhalen", stelt Winter zichzelf gerust. Er vanuit gaande
dat Bergkamp woord houdt en stopt als international na het EK van deze
zomer. Winter begint aan zijn zevende eindtoernooi. En wie weet volgen
er meer. Als voetballer lijkt hij het eeuwige leven te hebben. Als je
denkt dat het einde van zijn loopbaan in zicht is, laat hij zich weer
van zijn beste kant zien.
Aron Mohammed Winter, geboren op 1 maart 1967 in Paramaribo, leek de
laatste maanden bij Ajax zijn kansen op het EK te vergooien. Tot hij op
het juiste moment tegen Roemenië weer verraste met goed en vooral
nuttig spel. En zo was hij ook afgelopen woensdag tegen Servette
één van de beste internationals. Zelf heeft Winter nooit
aan zichzelf getwijfeld. "Ik weet dat er journalisten waren die mij al
tot de afvallers rekenden. De laatste maanden was de pers mij toch een
beetje aan het zoeken. Er is geprobeerd bepaalde dingen tegen mij uit
te spelen. Vooral nadat Bosvelt tegen Schotland een degelijke wedstrijd
had gespeeld. Bosvelt is een goede voetballer, ik ook. Ik ga altijd uit
van mijn eigen kracht. In het Nederlands elftal heb ik nooit gefaald.
Bij Ajax begon ik dit seizoen goed, in de tweede helft van het seizoen
heb ik beneden mijn niveau gespeeld. Maar dat betekent niet dat je daar
op afgerekend moet worden, zoals journalisten denken."
Winter lijkt de ideale 'stofzuiger' van Oranje. De speler die ervaring,
loopvermogen en tactisch inzicht koppelt aan een tomeloze inzet. De
ideale gaatjesvuller op het middenveld. Daardoor kan hij de komende
weken vaker worden ingezet dan menigeen denkt. Zelfs tegen een
Zwitserse middenmoter als Servette bleek woensdag dat Oranje kwetsbaar
blijft in de omschakeling van aanvallend naar verdedigend voetbal.
Als Rijkaard op het middenveld Winter inbouwt als 'veiligheidsklep' ligt
het interlandrecord in het verschiet. Winter nadert het magische aantal
van 83 van Ruud Krol. Er staan nu tachtig caps achter zijn naam,
maar hij hoeft morgen, in de oefeninterland tegen Polen, maar een
seconde in te vallen en het zijn er al 81. Krol gunt hem het record van
harte, zegt Winter. "Af en toe maken we er weleens een dolletje over.
Als je er vanuit gaat dat we Europees kampioen worden en dus de finale
halen, ga ik ruim over zijn record heen. Tja, ik zou dan al op 87
kunnen staan."
Voetbal kan elke dag anders zijn. Bij Ajax worstelde Winter, net als
zijn teamgenoten, dit seizoen vooral met zichzelf. Hoewel routinier en
aanvoerder bleek hij niet in staat het elftal op sleeptouw te nemen.
"Ik kan daarvoor veel oorzaken opsommen. Blessures binnen het elftal en
ook de trainerswissel (Wouters werd ontslagen, Westerhof nam het over,
red.) waren van invloed. Steeds heb ik op andere posities gespeeld. De
laatste maanden ging het echt slecht. Ik had meer kunnen geven. Ik heb
soms verzaakt. Je gaat op gegeven moment mee in de malaise. Je kunt je
er niet overheen zetten. Natuurlijk is het ook mijn schuld geweest dat
het afgelopen seizoen zo slecht ging met Ajax. Maar Ajax en het
Nederlands elftal zijn toch twee verschillende hoofdstukken. We hadden
afgelopen seizoen ook een tekort aan goede spelers. Hier speel ik met
veel betere voetballers om me heen."
Winter wijst het argument dat de aanvoerdersband te strak om zijn arm
heeft gekneld van de hand. "Die verantwoordelijkheid kan ik aan. Ik
ambieer een rol rechts op het middenveld of rechts aan de zijkant. Hoe
vaak heb ik daar bij Ajax gespeeld? Ik opereerde veelal in de
mandekking, centraal achterin of als rechtsback. Als er veel met je
geschoven wordt, kun je niet uitblinken. Maar ik heb het ook zelf
gewild omdat het de beste oplossing was voor het elftal." Na het
wegzenden van André Ooijer bestaat echter de kans dat hij op het
EK als alternatief van Reiziger eveneens wordt ingezet op de positie
van rechter verdediger. "Dat denk ik niet. Anders had de bondscoach me
wel in een oefeninterland of op een training op die positie
uitgeprobeerd."
Het overlijden van zijn moeder, al voor de start van de competitie,
heeft hem dit seizoen ook parten gespeeld. Ze was in de laatste maanden
van haar leven ernstig ziek. Voor Winter aanleiding om afscheid te
nemen van Internazionale en terug te keren naar Ajax. "Ik ben
teruggegaan naar Nederland om haar te steunen. Na haar overlijden heb
ik het moeilijk gehad met het rouwproces. Ups en downs. Het
heeft óók zijn invloed gehad op mijn prestaties. Ik kon
niet uitblinken omdat ik de dood van mijn moeder moest verwerken."
Winter moet zich afgelopen jaar hebben afgevraagd waar hij in terecht
was gekomen. Een elftal dat niet vooruit bleek te branden, zelfs niet
in een kwaliteitsarme competitie. "Uiteraard ben ik daarvan
geschrokken. Ajax, PSV en Feyenoord horen met kop en schouders boven de
rest van de eredivisieclubs uit te steken. Wij konden niet eens van de
zwakke clubs winnen. Maar ik wilde een jaar geleden naar huis. Ik heb
lange tijd zitten wikken en wegen. Als dat niet was gebeurd met mijn
moeder, zou ik zeker niet naar Nederland zijn gekomen. Ik heb het
grootste gedeelte van mijn carrière in Italië gevoetbald
(bij Lazio en Inter, red.). Je bent met je gezin gewend geraakt aan een
ander leven en een andere denkwijze. Maar op gegeven moment zeg je
tegen jezelf: wat is belangrijker? Mijn loopbaan of degenen die mij
dierbaar zijn? Dat is in dit geval mijn familie."
Gelooft hij in de nieuwe trainer Co Adriaanse? "De tijd zal het leren.
Hij is een man met een duidelijke visie. Hij heeft veel bereikt met
Willem II, ik denk dat hij dat ook bij Ajax kan. Hij zal er zich wel
van bewust zijn dat hij op bepaalde vlakken voor een andere benadering
moet kiezen." Voor zijn vertrek met het Nederlands elftal naar Nyon
heeft Winter een aantal zaken met Adriaanse doorgesproken. De
aanvoerder van Ajax toont zich allerminst enthousiast over de grote
schoonmaak die Adriaanse houdt. Dani, Van Halst, Verlaat en Babangida
zijn op de transferlijst gezet. "Ik had dat anders gedaan. Maar laat ik
het er verder niet over hebben, anders ga ik dingen zeggen die ik niet
wil. Er is doorgesproken wie blijven, gaan en komen. Ik heb Adriaanse
gevraagd wat hij in mij ziet. Op welke positie ik kom te spelen. Het
antwoord moet intern blijven, maar ik kan me er in vinden."
Tussen de elite van het Nederlandse voetbal heeft Winter vooral een
dienende taak. Zijn interlandcarrière vertoont lacunes maar ook
opmerkelijke oplevingen. Na het wereldkampioenschap in 1998, dat hij de
halve finale tegen Brazilië voortijdig noodgedwongen
beëindigde met een teenblessure, werd hij door Rijkaard vijftien
maanden niet opgeroepen. In de oefenwedstrijd tegen Brazilië kreeg
hij een plek op het middenveld als bewaker van Rivaldo. Maar ook werd
hem prompt de aanvoerdersband in zijn handen gedrukt omdat Frank de Boer
en Edgar Davids ontbraken. Eigenlijk functioneert Winter al zijn hele
loopbaan als twaalfde man van Oranje. In totaal werd Winter 114 keer
geselecteerd, terwijl hij tachtig keer mocht spelen. "Dat laatste
aantal is dus veel te weinig", geeft hij grif toe. "Zeker als je
bedenkt dat ik vanaf 1988 op alle grote toernooien erbij was. In het
begin van een eindronde speel ik nooit, maar kom ik eenmaal in het
elftal, dan ga ik er niet meer uit. Ik hoop dat het op het komende EK
nu eens anders verloopt. Ik heb rugnummer 20 gekregen, maar daar heb ik
zelf om gevraagd. Dat getal had ik ook in de meeste eindtoernooien. Ik
weet niet hoe we straks gaan opereren. Ik heb nu twee keer een sterke
indruk achtergelaten. Ik moet ervoor zorgen dat ik ook tegen Polen goed
presteer, zodat ik het de trainer moeilijk maak in zijn keuze."
Hij koestert mooie herinneringen aan zijn eerste eindtoernooi, het EK
van 1988, dat Nederland won. Toen speelde hij geen minuut. Onterecht in
de ogen van Winter. "Met alle respect voor de spelers die destijds wel
invielen. Ik was toen de jongste. Snel doorgestroomd bij Ajax, waar ik
dankzij Cruijff al na een half jaar een basisplaats had in het eerste
elftal. Al spoedig kwam ik ook in aanmerking voor Oranje. In 1988
bevatte de selectie meer routiniers. Nu is er veel kwaliteit in de
breedte."
De bondscoaches Beenhakker en Advocaat waren Winter niet gunstig gezind.
Ze gebruikten hem vooral als supersub. De zachtaardige, altijd loyale
Winter is er niet de persoon naar om daar tegen te ageren. Had hij niet
vaker met de vuist op tafel moeten slaan? "Ik heb wel vaak tegen ze
gezegd dat ik duidelijkheid wilde. 'Wat is mijn positie bij het
Nederlands elftal', vroeg ik dan. Het antwoord kwam nooit. Ik heb het
in al die jaren niet op de spits willen drijven. Als ik bij mijn club
niet aan spelen toekom, ga ik dingen zeggen of provoceren. Maar ik vind
dat je dat niet kunt doen bij het Nederlands elftal. Ik zie het al als
een eer om geselecteerd te worden." Met de huidige bondscoach Rijkaard
heeft Winter sowieso een andere relatie dan met Beenhakker en Advocaat.
Samen speelden ze nog bij Ajax in het tijdperk dat Cruijff trainer was.
Vanaf die tijd hebben beiden, wat Winter noemt, "pure vriendschap"
opgebouwd. Maar in de relatie bondscoach-speler zal hij Rijkaard niet
amicaal benaderen. "Ik ben reëel genoeg om het zakelijke van
privé te scheiden. Ik heb me te gedragen zoals hij dat wil en
dat doe ik ook." Winters grote beschermheer is echter al heel lang
Johan Cruijff. De oud-wereldvoetballer roemt altijd de technische en
tactische capaciteiten van zijn vroegere pupil. "Met Johan bel ik
regelmatig. Of hij vindt dat ik een basisplaats verdien? Dat denk ik
wel."
De soepele voetballer, die nog weinig sporen van fysieke slijtage
vertoont, nooit gebukt gaat onder stress en zelden geblesseerd raakt,
vindt dat hij met zijn ervaring een belangrijke inbreng kan hebben in
het huidige Oranje. "Ik hoop dat het komende EK het hoogtepunt wordt
van mijn interlandloopbaan. We moeten nog een hecht team worden. Dan
gaat het om details. Zoals net even een stapje meer zetten voor elkaar.
Als dat goed gaat ben ik er heilig van overtuigd dat het Nederlands
elftal Europees kampioen wordt."