Schaduw EK over proces fouilleren
De president van de Rotterdamse
rechtbank oordeelde gisteren dat het massale fouilleren door de politie
in de Millinxbuurt onrechtmatig was. Wat moet de politie nu?
Door BRAM POLS en GUUS VALK
ROTTERDAM, 5 JAN. De Wet wapens en munitie (Wwm) biedt de politie in
elk geval niet de mogelijkheid om op grote schaal en buurt- of
wijkgericht tot fouilleren over te gaan. Zoveel is gisteren wel gebleken
uit het vonnis van de Rotterdamse rechtbank. De president van de
rechtbank noemde de actie in de Millinxbuurt, waarbij op vrijdagavond
26 november iedereen werd gefouilleerd, onrechtmatig. De rechtbank
vonniste in drie strafzaken van verdachten bij wie tijdens de actie op
26 november een wapen was aangetroffen. Twee van de drie werden
niettemin veroordeeld, omdat ze geen bezwaar hadden gemaakt tegen het
fouilleren.
Korpschef B. Lutken van de politie Rotterdam Rijnmond vindt dat het nu,
na de duidelijke uitspraak van de rechter, tijd wordt voor aanpassing
van de Wet wapens en munitie. De politie wil al jarenlang ruimere
bevoegdheden om op te treden tegen het illegaal wapenbezit. Volgens de
rechtbank hadden justitie en politie niet voldoende reden om de hele
Millinxbuurt af te grendelen en iedere passant te fouilleren: "Het
enkele feit dat zich in de Millinxbuurt in vijf jaar tijd 424
geweldsdelicten hebben voorgedaan en er in die tijd 38 vuurwapens zijn
aangetroffen, kan er niet toe leiden dat iedereen die zich na acht uur
op de openbare weg begeeft, kan worden aangemerkt als verdachte", zo
staat in het vonnis.
Bij de actie in de Millinxbuurt - in Den Bosch en Eindhoven zijn
vergelijkbare experimenten gehouden - arresteerde de politie 31 mensen
en er werden vijf vuurwapens in beslag genomen. Justitie wilde met de
actie vooral de grenzen van de wapenwet verkennen. Tot nu toe heerste
volgens justitie nog te veel onduidelijkheid over de mogelijkheden om
wapenbezit en -gebruik aan te pakken. Omdat zich in de buurt de laatste
jaren regelmatig geweldsdelicten hebben voorgedaan, zag justitie iedere
voorbijganger in principe als verdachte. Ontoelaatbaar, concludeert de
rechtbank.
"Positief is dat er meer duidelijkheid is. Dat is het voornaamste wat we
wilden", aldus persofficier C. de Kimpe. "Dat we in deze zaak
teruggefloten zijn, wil natuurlijk niet zeggen dat fouilleren op de
openbare weg altijd laakbaar is. Bovendien zijn er twee verdachten
veroordeeld en hebben we wél wat gedaan aan de onveiligheid in
de Millinxbuurt."
Korpschef Lutken: "Deze zaak heeft duidelijk gemaakt dat de huidige
wetgeving tekortschiet. De wapenwet moet, zo blijkt uit de uitspraak
van de rechter, dringend aangepast worden", aldus Lutken. "Ik heb de
verantwoording over politieagenten die met de handen op de rug naar het
wapengebruik op straat moeten kijken." De korpschef dringt al sinds mei
1998 aan op meer bevoegdheden. Volgens Lutken is er voldoende
maatschappelijk en politiek draagvlak om de politie ruimere
bevoegdheden te geven. G. Toxopeus, advocaat van één van
de veroordeelden, is ondanks de veroordeling van zijn cliënt blij
dat de rechtbank zich tegen het fouilleren van willekeurige passanten
heeft uitgesproken. "De rechtbank heeft een duidelijk oordeel gegeven:
zo kan het dus niet. Dat is een zeer terechte conclusie. Justitie heeft
een willekeurig criterium gehanteerd, door tot fouilleren over te gaan
omdat er zich veel geweldsdelicten in de buurt zouden hebben
voorgedaan."
Volgens Toxopeus heeft het openbaar ministerie getracht haar
bevoegdheden in verband met het naderende EK voetbal te verruimen. "Ze
willen een instrument hebben om straks beter op te treden tegen
relschoppers. Op zich is dat sympathiek, maar dit is niet de juiste
manier. Bovendien slaat het argument dat de actie bedoeld was om de
Millinxbuurt te helpen, natuurlijk nergens op. Er is maar
één keer gefouilleerd en het aantal wapens dat in beslag
is genomen is verwaarloosbaar."
De Amsterdamse hoogleraar strafrecht dr. J. Naeyé vindt dat het
openbaar ministerie allang had kunnen weten dat de actie het in een
proces niet zou halen. "De afloop was van tevoren bekend, het is niet
chic van het OM dat ze het toch tot een proefproces hebben laten komen
om het politieke debat aan te zwengelen." De hoogleraar denkt dat het
tijdens Euro 2000 niet moeilijk is om grote groepen mensen in toom te
houden. Naeyé: "Je zou aan noodverordeningen kunnen denken voor
specifieke evenementen. Het is allang bekend dat daar heel veel mee
kan. Het geven van een soort blanco bevoegdheid aan de politie en
vervolgens iedereen in de zakken laten graaien, is strijdig met alle
principes van de rechten van de mens. Dat kan iedere student
uitleggen."
Het Tweede-Kamerlid Van de Camp (CDA), die op 29 oktober vorig jaar een
intiatief-wetsvoorstel indiende waardoor het zogeheten preventief
fouilleren mogelijk moet worden, zegt het Rotterdamse vonnis "enerzijds
jammer" te vinden. "De politie heeft op grond van de huidige wetgeving
die bevoegdheid dus niet, zo veel is nu in elk geval duidelijk.
Anderzijds is het fijn dat die duidelijkheid er nu is. Minister
Korthals heeft vorig jaar gezegd dat de wettelijke mogelijkheden niet
voldoende worden benut. Nu zie je dat die er gewoon niet zijn. Vandaar
dat wij met het initiatief gekomen zijn. Overigens, als Korthals het
alsnog over wil nemen kan hij het zo krijgen. Het geeft ongehoord veel
werk."
Van de Camps collega Kuijper (PvdA) heeft vlak voor kerst een initiatief
wetsvoorstel ingediend waardoor de politie de gelegenheid krijgt in
auto's naar wapens te zoeken, een bevoegdheid die nu alleen
douanebeambten toekomt. " Of wij ook voor preventief fouilleren zijn kan
ik nog niet zeggen. Bij het doorzoeken van auto's schend je de privacy,
bij preventief fouilleren de integriteit van het menselijk lichaam. Dat
is verankerd in de Grondwet. Het gaat dus niet om zo maar iets. Het
zijn duidelijk verschillende zaken. Bij de PvdA is het probleem volop
in discussie. We zien om te beginnen met grote interesse uit naar de
evaluaties van de experimenten."