U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
teller
Europese Bank wordt volwassen

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE



Europese Bank wordt volwassen

De ECB komt voor hetere vuren te staan: Jurgen Stark, vice-president van de Bundesbank

Door Michele de Waard
De centrale bank in Duitsland, de Bundesbank, kreeg de afgelopen maanden te maken met bemoeizuchtige politici die een lagere rente wilden. De bankiers zetten zich schrap, en zullen dat blijven doen. `Mocht de Bundesbank menen dat bepaalde politici een verkeerde richting inslaan, dan trekken we aan de bel', waarschuwt vice-president Jurgen Stark van de Bundesbank.

Jurgen Stark had het ministerie van Financien nog maar net verlaten om bij de Bundesbank te beginnen, of er brak brand uit in de monetaire wereld. SPD-voorzitter Oskar Lafontaine, de nieuwe minister van Financien, had het vuur geopend op de Bundesbank (Buba) in Frankfurt, de hoedster van de mark, die voor de Duitsers het symbool is van stabiliteit en welvaart. Gesterkt door de macht van zijn nieuwe functie, maande Lafontaine de bank tot een andere geldpolitiek. Het huidige beleid was te eenzijdig op inflatiebestrijding gericht en te weinig op het scheppen van banen, vond Lafontaine.

Zo begon uitgerekend Duitsland twee maanden voordat de euro zou worden geintroduceerd de stabiliteitspolitiek in twijfel te trekken. Ook pleitte Lafontaine voor vastere wisselkoersen tussen euro, dollar en yen en drong hij herhaaldelijk aan op verlaging van de rente opdat de economie een injectie zou krijgen. Voor de nieuwe minister was de Bundesbank geen heilige instelling met het dogma van `onfeilbaarheid'.

De bankiers in Frankfurt zetten zich schrap. Ze hadden eerder te maken gehad met bemoeizuchtige politici. `De Bundesbank is net als slagroom; hoe harder je klopt, hoe stijver ze wordt.' Deze uitspraak van Wim Duisenberg, president van de Europese Centrale Bank, had aan actualiteit niet ingeboet. Jurgen Stark, de nieuwe vice-president bij de Buba, herinnerde eraan dat het sommigen die na lange tijd naar Bonn terugkeerden `misschien was ontgaan', maar de onafhankelijkheid van de Bundesbank en het belangrijkste doel van prijsstabiliteit waren in de grondwet vastgelegd. Stark, die tot voor kort als gedoodverfd opvolger van Tietmeyer gold, zag zijn positie in gedrang komen door geruchten dat Lafontaine een eigen vertrouweling als bankpresident wilde benoemen.

Toen ook Washington terughoudend reageerde, Londen verontwaardigd was en Parijs zich onzeker opstelde tegenover de nieuwe financiele man in Bonn, bond Lafontaine in. De rust was nog niet teruggekeerd in de Duitse geldwereld, of de elf centrale banken uit de eurolanden besloten begin deze maand onverwachts de rente te verlagen. Geen economische argumentatie kon de gedachte wegwissen dat de Europese bankiers tot hun gemeenschappelijke actie hadden besloten op aandringen van de Duitse minister van Financien.

Vice-president Jurgen Stark (50) kijkt verbaasd. In zijn werkkamer, hoog in het gebouw van de Bundesbank aan de rand van Frankfurt, zegt hij: ,,Deze beslissing zou ook genomen zijn als de discussie van de afgelopen weken er niet was geweest. Het gaat hier niet om politieke nederlagen of overwinningen. Het gaat erom dat na intensieve afstemming in de Europese Centrale Bank (ECB) elf nationale centrale banken in volledige onafhankelijkheid tot renteverlaging hebben besloten.''

Toen Lafontaine twee maanden geleden zich voor het eerst uitsprak voor renteverlaging en vastere wisselkoersen, reageerde Duisenberg dat de rente in Europa historisch nog nooit zo laag is geweest. Een verdere verlaging van de Europese rente leek zinloos.

,,De renteverlaging geeft een goed signaal. Nog voordat de derde fase van de Europese Economische en Monetaire Unie (EMU) op 1 januari 1999 van start is gegaan, is het de Europese Centrale Bank gelukt een gecoordineerde actie tot stand te brengen. Er zijn momenteel goede redenen voor een renteverlaging, ook voor Duitsland waar de rente van 3,3 naar 3 procent is gezakt. Er is geen inflatiegevaar, we hebben in feite prijsstabiliteit bereikt en de groei zal volgend jaar afnemen, zodat verlaging van de rente gerechtvaardigd is. Toen we de rente in 1997 verhoogden, was de situatie heel anders.

,,Er is de afgelopen twee maanden het nodige veranderd. Gezien de opwinding over de internationale financiele situatie in Azie en Rusland hebben Duisenberg en ook de Bundesbank destijds een politiek van de `rustige hand' bepleit. De laatste weken is echter van Europa een stabiliserende werking uitgegaan. Europa heeft zich niet laten meetrekken in een negatieve spiraal, dat alles gloom en doom zou zijn in de wereldeconomie. De Europese landen hebben zich steeds op het standpunt gesteld dat de economische situatie in de diverse regio's heel verschillend is. Amerika staat er anders voor dan Europa en in Europa zelf bestaan ook grote verschillen.

,,De stap van de centrale banken mag niet het verkeerde signaal geven aan de sociale partners en de politiek, die nu met elkaar over een `Alliantie voor Werk' praten. Voor het aantrekken van de economische groei in Duitsland is niet zozeer deze renteverlaging als wel het doorvoeren van structurele hervormingen van doorslaggevend belang. Er moet hoognodig meer flexibiliteit op de arbeidsmarkt komen. Dat geldt niet alleen voor Duitsland, maar ook voor andere grote economieen in de eurozone.''

Is dat gevaar juist niet groter geworden? Sommige vakbondsvertegenwoordigers hebben het `einde van de bescheidenheid' in de loonpolitiek aangekondigd, gesteund door minister Lafontaine die de consumptie wil stimuleren. De renteverlaging kan toch de indruk wekken dat loonmatiging niet meer nodig is?

,,Dat moet blijken. Duidelijk is waar nu de verantwoordelijkheid ligt: bij de CAO-partijen en bij de politiek, die de begrotingsdiscipline moet naleven en de structuren van onze economie flexibeler moet maken. Ons signaal is duidelijk: wat tot de verantwoordelijkheid van de geldpolitiek wordt gerekend heeft de Bundesbank met de recente rentestap gedaan en daarmee is voor de afzienbare toekomst helderheid geschapen.''

Daarmee is het debat dat Lafontaine aansneed over een andere geldpolitiek beeindigd?

,,Ik kan niet zeggen dat deze discussie nu is beeindigd. Politici moeten zich houden aan bindende afspraken. De discussie is in ieder geval wel door deze kant beeindigd. Nu ligt de bal in het veld van de anderen. Iedereen die economische politiek bedrijft moet in beweging komen.''

Rekent u erop dat de investeringen in Duitsland zullen aantrekken, zodat meer banen worden geschapen?

,,Als de export afzwakt, zal dat ook tijdelijk gevolgen hebben voor de investeringen. Indien verkeerde signalen van de CAO-onderhandelingen uitgaan, kan ook dat investeerders afschrikken. Beslissend is echter voor investeerders hoe de belastinghervorming eruit komt te zien. Dat is nog steeds onduidelijk. Investeerders willen weten onder welke voorwaarden ze moeten werken en hoe hun winsten worden belast. Daarom moet er heel snel opheldering komen, zodat bedrijven weten waar ze aan toe zijn.

,,Een ding is duidelijk: volgens studies van het Internationale Monetaire Fonds en de OESO is ten minste 80 procent van de werkloosheid in Duitsland terug te voeren op structurele factoren in de economie. Dat wil zeggen moeilijke toegang tot de arbeidsmarkt, belemmeringen bij de loonvorming - de onderste salarisgroepen zijn niet bezet -, gebrek aan flexibele arbeidscontracten en obstakels bij ontslag van personeel. Bovendien houden de kostbare sociale premies en belastingen de loonkosten te hoog. Het Nederlandse poldermodel toont aan dat het met een geldpolitiek die identiek is aan die van Duitsland mogelijk is de werkloosheid significant terug te dringen naar 3,9 procent. De vier elementen van het model zijn relatief simpel: een gezond financieel beleid, een stabiele geldpolitiek, flexibele arbeidsmarktstructuren en een loonontwikkeling die niet boven de stijging van de productiviteit uitgaat. Alleen is hier consensus voor nodig en een lange adem. In Duitsland ontbreken enkele van deze elementen.''

Sommige politici in Nederland zijn bezorgd over de financiele politiek van Lafontaine, die een neokeynesiaans stimuleringsbeleid voorstaat dat in Nederland in de jaren zeventig fatale economische gevolgen had: hoge tekorten en hoge werkloosheid. De VVD noemt Lafontaine `een risico' voor de stabiliteit van de euro.

,,Moment, moment. Nederland kan gerust zijn. We hebben een Verdrag van Maastricht en we hebben een stabiliteits- en groeipact. Er zijn heldere afspraken gemaakt tussen de eurolanden, die een bindend volkenrechtelijk karakter hebben. Deze afspraken kunnen in Europa alleen eenstemmig worden veranderd. Als er al een verandering komt, is goedkeuring van de nationale parlementen nodig.

,,Ondanks het debat zie ik niet dat gemaakte afspraken en regels ter discussie kunnen worden gesteld. De onafhankelijkheid van de Europese bank en de politieke onafhankelijkheid van de personen in de bankraad zijn allemaal helder geregeld. Ook heb ik tot nu toe niemand gehoord die aan het stabiliteits- en groeipact voor de euro wilde tornen. De Duitse Bondsdag heeft het Verdrag van Maastricht met een meerderheid van 95 procent goedgekeurd. Zelfs onze grondwet moest veranderd worden en daarmee is de Bondsraad eenstemmig akkoord gegaan.''

In het Verdrag van Maastricht staat ook dat politici niet eens pogingen mogen ondernemen om de monetaire beslissers te beinvloeden. Daarvan heeft de nieuwe minister van Financien zich weinig aangetrokken.

,,De onafhankelijkheid van de Europese Centrale Bank, het consolideren van begrotingen, prijsstabiliteit en het vermijden van tekorten met een limiet van 3 procent van het binnenlands product - dit alles is vastgelegd en door niemand weersproken.

,,Het is duidelijk dat de Europese Centrale Bank nog voor hetere vuren zal komen te staan. Maar die zal ze overwinnen, zeker gezien de goede teamgeest die zich heeft ontwikkeld.''

De Bundesbank heeft groot gezag en vertrouwen opgebouwd. Welke invloed heeft de Duitse centrale bank nog als de euro wordt ingevoerd?

,,Die reputatie houden we hopelijk. In feite verandert er voor de Bundesbank maar een element: de beslissingen over geldpolitieke maatregelen worden niet meer door de bankraad van de Bundesbank genomen, maar door de bankraad van de Europese bank. Verder verandert er relatief weinig. Het operationele werk, zoals de geldverzorging en deelname aan het bankentoezicht, blijft de Bundesbank gewoon uitoefenen. Bovendien houden we een vinger in de pap omdat de president van de Bundesbank een adviesfunctie heeft in de bankraad van de Europese bank.

,,Mocht de Bundesbank menen dat bepaalde politici een verkeerde richting inslaan, dan trekken we aan de bel. Net als nu. De Bundesbank kan en zal een appel op de politiek blijven doen. Ik waarschuw alleen dat bepaalde discussies tot onzekerheid bijdragen. De financiele markten hebben de euro een enorm voorschot aan vertrouwen gegeven dat gebaseerd is op de nieuwe Europese bank en de gekozen personen. Dat vertrouwen mag op geen enkele manier worden ondergraven. Een vertrouwenspremie is snel verspeeld en dan duurt het heel lang voordat het vertrouwen is herkregen. De Europese muntunie is een duurzaam project en mag niet voor politieke experimenten van welke aard ook worden misbruikt.''

NRC Webpagina's
17 DECEMBER 1998


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad