S U P P L E M E N T
|
Lees ook:
|
Feiten en fictie van Douglas Coupland gebundeld De grens van wat roem je kan brengen Sandra Küpfer In Nederland liggen boeken niet vaak meteen als goedkope pocket in de winkel, in tegenstelling tot de Engelstalige wereld, waar de pocket original een begrip is. Eén van de uitzonderingen is Polaroids, de vertaalde nieuwste bundel van de Canadees-Amerikaanse schrijver Douglas Coupland (1961), bekend van zijn invloedrijke Generation X (1991). Speciaal voor de rugzak waarschijnlijk.
Polaroids is een bundel feiten en fictie: er staan verhalen in die zijn gebaseerd op de scene rond de band The Grateful Dead, persoonlijke gedachten over mensen en plaatsen, en een dromerig verslag van een dag in Brentwood dat tegelijk een essay is over de menselijke conditie aan het einde van de twintigste eeuw - allemaal prachtig geïllustreerd met bij elkaar geraapte archieffoto's. Couplands portret van de Deadheadcultuur, de fans van de al sinds de jaren zestig succesvolle cultband, is erg geslaagd. De bizarre hippiekolonie die The Dead overal vergezelt, kreeg een nieuwe impuls toen de band een paar jaar geleden een hit scoorde, en de 'rielekste' scene ineens overspoeld werd met MTV-kids. Coupland laat in een aantal losse korte verhalen, die zich allemaal afspelen tijdens hetzelfde concert in Oakland maar over verschillende personages gaan, scherpzinnig zien hoe die generaties botsen, maar ook hoe ze elkaar aanvullen. Hetzelfde soort observaties over mensen en plaatsen doet hij in het middelste deel van het boek, nu niet in de vorm van verhaaltjes maar van, vaak persoonlijke, overdenkingen. Die stukjes wisselen van kwaliteit. Couplands gevoelsleven is niet zo spannend, en zoals veel mannen drukt hij zich op dit terrein nogal onbeholpen uit. Veel sterker is hij in het brede perspectief, het observeren van de wacky wereld om hem heen. Niemand zet het onthechte levensgevoel en de tweede-handsemoties van de moderne twintiger scherper neer. 'Jezus Ross', zegt Daniel als hij de zaal in komt voor het Grateful Dead-optreden. 'Alle mannen hier lijken op Charles Manson. En alle vrouwen op Sharon Tate.' 'Bepaalde archetypische drama's blijven zichzelf altijd herhalen', antwoordt Ross, die filosofie wil studeren. 'Chocoladekoekje?' Deze dialoog betekent niets, en toch is hij volkomen raak. Het is mediapoëzie - Coupland op zijn best: een observator met een feilloos gevoel voor het ritme, de klank, het gevoel van zijn tijd. De 'Brentwood Notities' zijn een bespiegeling over zo'n typisch jaren negentig-gevoel: dat je leven een willekeurige aaneenschakeling van incidenten is, het gevoel dat je leven niet 'echt' is. Zo'n 'echt' leven voel je alleen als je je bestaan als een samenhangend 'verhaal' ervaart, zegt Coupland. Door de informatiestroom van vandaag verdwijnt die samenhang voor veel mensen, waardoor het verhaal verloren gaat: een proces van 'denarratie', verhaalloosheid. Coupland mijmert over denarratie aan de hand van een uiterst losjes opgetrokken portret van de wijk Brentwood in Los Angeles, de plaats waar in 1962 Marilyn Monroe overleed aan een overdosis pillen (vermoord werd door overheidsagenten, zeggen sommigen), en waar bijna tweeëndertig jaar later Nicole Brown Simpson haar gewelddadige dood vond. Brentwood, het 'onzichtbare' zusje van het veel glamoureuzere Beverly Hills, is het voorland volgens Coupland. Hij ziet hier een concentratie van factoren die een rol spelen bij onze verhaalloosheid. In Brentwood wonen veel Hollywood-types: acteurs, scriptschrijvers, producenten. In het sjiekere deel met zijn beveiligde villa's en beboste lanen wonen de arrivés, in het minder sjieke deel de aspiranten, mensen die zich in leven houden met nachtbaantjes en overdag audities en lessen hebben en trainen op de sportschool. Een prachtig, goedverzorgd lichaam is hier niet zozeer een doel maar een basisbehoefte: even vanzelfsprekend als het technisch volmaakte L.A. wegennet. De kerken zijn gedenomineerd, de huizen van elkaar gescheiden door met bomen beklede snelwegen, de enige factor die iets bindends heeft, is de zorg dat de onroerendgoed-prijzen niet dalen. Een gemeenschappelijke geschiedenis bestaat niet, politiek speelt niet. Normen en waarden tellen niet, het verband tussen verleiding en zonde is weg: 'verleiding is simpelweg iets waar je wel of niet aan toegeeft'. De media hebben hier diep ingegrepen in het gevoel van 'werkelijkheid'. De aspiranten wachten op de big break: geld en roem. Hun geluksgevoel hangt niet meer samen met de alledaagse realiteit, maar met de droom van de jackpot. De arrivés kampen met hun eigen problemen. Coupland signaleert het verschijnsel post fame: de grens van wat roem je kan brengen. Monroe was de eerste die die grens bereikte, zegt hij, daarna misschien JFK en nu zijn het Madonna, prinses Diana, en Michael Jackson. Allemaal moeten ze zich afvragen: what's next? En met wie? Een carrière, trouwen? Been there; done that. De verhaalloosheid van Brentwood is het eindproduct van 'ultraverzadiging van informatie' zegt Coupland. Dat is niet goed of slecht, maar onvermijdelijk. 'Wie zegt dat mensen zonder ,,echt'' leven niet op de grens van een nieuw menselijk gevoel, een nieuw soort perceptie staan?' Niet dat Coupland hier aan het speculeren slaat. Het sympathieke van zijn beschouwingen is juist het gebrek aan retoriek. Coupland biedt geen visioenen van een betere toekomstige wereld zoals de goeroes van de digitalisering, net zomin als doemscenario's van het soort dat info-fobe cultuurpessimisten ons voorspiegelen. Hij onderscheidt zich van de oudere auteurs over het onderwerp, die verdeeld zijn in kampen pro of tegen, door een beheerste doordachte toon, het zinloze gezeur over 'goed of slecht' allang voorbij. Coupland is nieuwsgierig, alert en welwillend, en dat is alles dat je nodig hebt om de wereld om je heen te duiden. Grappig is dat het persoonlijke hier het algemene wel weer raakt. Als 'woordvoerder' van 'generatie X' tegen wil en dank, en als goed-gemarket media-ikoon heeft Coupland zo zijn eigen ervaringen met (post)roem. Ook hij zal zich hebben afgevraagd: Wat nu? Als eerste resultaat lijkt dit boek meer het product van een uitgeruimde werkkamer dan een welgekozen nieuwe weg, de 'leidraad voor de volgende eeuw' die Polaroids volgens de idiote flaptekst zou zijn. Vooral de 'Brentwood Notities' maken erg benieuwd naar een volgend, ambitieuzer project. Douglas Coupland: Polaroids. Maarten Muntinga, Rainbowpocket 323, 247 blz. fl. 14,- Amerikaanse editie: Polaroids from the Dead. Regan Books, 199 blz. f 37,80
|
NRC Webpagina's
30 APRIL 1998
|
Bovenkant pagina |