NIEUWS
TEGENSPRAAK
SUPPLEMENT
AGENDA
ARCHIEF
ADVERTENTIES
SERVICE

EVJ
Overzicht
Vragen & Opmerkingen

Begrippenlijst:
A, B, C, D, E,
F, G, H, I, J,
K, L, M, N, O, P,
Q, R, S, T, U,
V, W, X, Y, Z

Financieel-
economische
schakels



Wie veroorzaakt inflatie?

Twee weken geleden waarschuwde president Nout Wellink van De Nederlandsche Bank (DNB) dat de inflatie te hard gaat. ('Wellink waarschuwt voor inflatie', NRC Handelsblad 28 september 1999). Hij had kritiek op de lastenverlichting van 5 miljard gulden in het nieuwe Belastingplan 2001 en de verhoging van de BTW van 17,5 naar 19 procent. De inflatie bedroeg in augustus 2,6% per jaar en in september. Op jaarbasis zal hij ruim boven de 2 procent uitkomen, ongeveer het dubbele van het gemiddelde van de 11 EMU-landen.

Wiens schuld is dit nu? DNB waarschuwt de regering dat zij inflatiebevorderende maatregelen neemt. Immers een lastenverlichting drijft de bestedingen op en draagt dus bij tot 'demand pull' inflatie. En een BTW verhoging van1,5 procentpunt is een direct werkende 'cost push' inflatie.

Zelf kan DNB niet veel meer aan inflatiebestrijding doen; het monetair beleid is immers overgedragen aan de Europese Centrale Bank (ECB) in Frankfurt. Kon vroeger onze eigen centrale bank bij dreigende overbesteding onze economie wat afremmen door een verkrappende geldpolitiek, tegenwoordig bestaat die mogelijkheid niet meer. Het wordt dan ook als een van de problemen van de Europese geldpolitiek gezien dat deze voor alle landen dezelfde moet zijn. Terwijl soms het ene land wat stimulans nodig heeft en het andere juist iets moet worden afgeremd. (zie ook: 'Conjunctuur in Europa', Economie voor jou, 26 juni 1998 en 'Spanningen in Euroland', Economie voor jou, 28 december 1998). De Europese economie kent gemiddeld een lage inflatie en een nog maar net op gang komende productiegroei. Vandaar een relatief laag Europees korte renteniveau van 2,5%. Terwijl Nederland wel een procent of 5 zou kunnen gebruiken om de dreigende overbesteding af te remmen. ('Grotere waakzaamheid; ECB laat rentetarief ongemoeid', NRC Handelsblad 8 oktober 1999).

Omdat afremmen via de rente niet meer kan, moeten we het dus hebben van het bestedingsbeleid van de overheid. Die zou in tijden van dreigende overbesteding zijn eigen bestedingen moeten verkleinen - lees: streven naar een overschot op de begroting - en de bestedingen van de particuliere sector moeten afremmen door verhoging van de belastingen. Dat begrotingsoverschot ligt binnen handbereik, maar dit had al een hele tijd eerder gerealiseerd moeten zijn. En bovendien staat een deel van het parlement al te trappelen om er mooi weer van te gaan spelen. En de belastingen worden niet verhoogd maar verlaagd. In dit licht lijkt een een waarschuwing van de Bankpresident wel op zijn plaats.

Maar, niet ten onrechte, wijst Maarten Schinkel in 'De Nederlandsche Bank liet economie zelf ontsporen', NRC Handelsblad 13 oktober 1999, erop dat de Bank zelf ook blaam treft. Hij wijst erop dat DNB ten eerste de gulden veel te lang aan de Duitse mark heeft vastgeklonken. Toen het met Duitsland relatief slecht en met ons land relatief goed ging had men de gulden ten opzichte van de mark moeten laten revalueren, zo betoogt Schinkel. Door dit niet te doen waren wij relatief te goedkoop en importeerden wij inflatie uit buitenland. De goedkope gulden stimuleerde aan de ene kant onze uitvoer, terwijl aan de andere kant onze importprijzen juist hoog waren.'De relatief hoge inflatie van nu was dus voorzien en, sterker nog, ingecalculeerd.'

Een tweede punt: de jarenlang lage rente leidde tot een explosie in de kredietverlening door de banken en hypotheekbanken. Begin 1997 heeft de toenmalige DNB-president Wim Duisenberg de commerciële banken gevraagd meer terughoudend te zijn bij hun kredietverlening. Dit verzoek heeft geen enkel effect gehad: het consumptief krediet dat toen al hoog was, is intussen nog eens met 27% gestegen. De waarde van nieuwe hypotheken is de laatste 2,5 jaar meer dan verdubbeld. ('Schuldenberg hoopt zich op in het land van Calvijn', NRC Handelsblad 16 september 1999). Pas vorige maand, dus eigenlijk een jaar of drie te laat, kondigde de Nederlandsche Bank een onderzoek naar de kredietverlening aan. ('Toezichthouder bekijkt uitbundige hypotheken', NRC Handelsblad 16 september 1999). De Bank heeft nog altijd de mogelijkheid om in het kader van het bedrijfseconomisch toezicht eisen te stellen aan solvabiliteit en liquiditeit van de banken.

Kritiek wordt DNB de laatste tijd niet gespaard. Al eerder gaf Eduard Bomhoff in 'Betrouwbaar, zorgvuldig en deskundig', NRC Handelsblad 9 oktober 1999, de Bank ervan langs. Aan de orde komen onder andere de eigenmachtig uit de winst van DNB gefinancierde Mondriaan, de overstap van DNB-directielid Tom de Swaan naar ABNAmro en het lenen van directieleden bij de eigen bank. En ook Bomhoff wijst op wat er zich op de huizenmarkt afspeelt als gevolge van de ruime kredietverlening.

Toch blijft het een taak van DNB om, ook met boter op het eigen hoofd, te waarschuwen voor overbesteding en inflatie.
(RS)

Zie ook: www.dnb.nl


Bovenkant pagina
NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD / Pleus & Schöndorff (18 oktober 1999 / web@nrc.nl)