Duisenberg: koers euro weerspiegelt kracht van dollar
Door onze redacteur MAARTEN SCHINKEL
ROTTERDAM, 5 MRT. Hoewel de economische ontwikkeling in de
eurozone vertraagt, houden de risico's voor de prijsstabiliteit elkaar
volgens de Europese Centrale Bank nog steeds in evenwicht. De rente
blijft daarom onveranderd op 3 procent.
Met deze boodschap nam ECB-president Duisenberg gisteren na afloop van
de vergadering van de raad van bestuur van de ECB de hoop weg dat de
centrale bank een verlaging van zijn rentetarieven zou doorvoeren. De
voortdurende verzwakking van de Europese munt, de euro, tegenover de
dollar had er al voor gezorgd dat weinig partijen op de financiele
markten meer met een renteverlaging rekening hielden.
Duisenberg noemde de afglijdende koers van de euro een uitdrukking van
de kracht van de Amerikaanse dollar. De euro stond vanmorgen op 1,0815
dollar per euro, en is daarmee acht procent onder zijn koers van begin
dit jaar beland. De ECB-president wees er op dat dit echter niet veel
afweek van de koers die de Duitse mark voor een groot deel van vorig
jaar tegenover de dollar noteerde. Geruchten over steunaankopen van
euro's door de Europese centrale banken op woensdag wees hij van de
hand. Wel bevestigde hij dat er een niveau is van de wisselkoersen
waarop de ECB zou kunnen ingrijpen, maar noemde dat niveau niet.
De raad van bestuur van de ECB concludeerde dat de risico's voor
economische tegenvallers die eerder waren gesignaleerd, zich in het
vierde kwartaal van 1998 ook voor een deel daadwerkelijk hebben
voorgedaan. Hoewel nog op cijfermatige bevestiging voor het gehele
euro-gebied wordt gewacht, gaat de ECB er van uit dat ,,de groei in het
vierde kwartaal is verzwakt vergeleken met een kwartaal eerder''.
Duisenberg ontkende echter dat de houding van de ECB tegenover de
rentepolitiek is verschoven van neutraal naar een voorkeur voor een
renteverlaging. De licht veranderde toon van de ECB, vergeleken met
voorgaande verklaringen, duidt daar volgens analisten echter wel op.
De sterkere geldgroei in de eurozone, die in januari is opgelopen naar
5,7 procent (boven de referentiewaarde van 4,5 procent die de ECB als
wenselijk ziet) werd door Duisenberg gerelativeerd met verwijzing naar
de beweeglijkheid van dit cijfer op maandbasis. Hij zei te vermoeden dat
de kredieten aan de private sector, waarvan de toename de oplopende
geldgroei kan verklaren, gebruikt kunnen zijn door de financiele sector
om mee te investeren op de Amerikaanse financiele markten. Zo zou de
hogere geldgroei in de eurozone direct kunnen samenhangen met het
oplopen van de dollarkoers tegenover de euro.
Gevraagd naar zijn ervaring met de Duitse minister van Financien
Lafontaine, die twee weken geleden de ECB-vergadering in het kader van
het Duitse voorzitterschap van de Europese Unie bezocht, bagatelliseerde
Duisenberg de ontmoeting.
Lafontaine dringt al maandenlang aan op een lagere rente, maar bleek
,,luidruchtiger in de media dan tijdens een directe confrontatie'',
aldus Duisenberg.