Begin tekst
NIEUWS
TEGENSPRAAK
SUPPLEMENT
AGENDA
ARCHIEF
ADVERTENTIES
SERVICE

EVJ
Overzicht

Vragen & Opmerkingen

Begrippenlijst:
A, B, C, D, E,
F, G, H, I, J,
K, L, M, N, O, P,
Q, R, S, T, U,
V, W, X, Y, Z

Financieel-
economische
schakels



Yen Interventie

Op 17 juni hebben de centrale banken van de Verenigde Staten en van Japan de yen/dollarkoers gesteund door massaal yennen te kopen.('Valutacrisis Japan luwt na actie VS', NRC Handelsblad 18 juni 1998).
De wisselkoers van de yen wordt bepaald door vraag en aanbod. Daalt de koers sterker dan men wenselijk vindt dan kan zo'n daling door vraag uit te oefenen worden gestopt. Dat hebben we op 17 juni met de yen zien gebeuren.

Voor de VS zijn er twee redenen voor deze interventie.
Ten eerste is de voortdurende en sterke daling van de yen een bedreiging voor de omliggende Aziatische landen. Zoals bekend zitten de meeste zwaar in de problemen. Een tijdlang bestond de hoop dat Japan - de reus in de regio - de buurlanden uit het slop zou trekken door veel bij ze te kopen. Intussen is duidelijk dat Japan in een recessie verkeert, waardoor ook hun vraag naar buitenlandse producten is ingezakt. Dus van Japan hoeven de Aziatische buren geen stimulans te verwachten. De steeds dalende yen vormde zelfs een bedreiging voor ze. Immers de goedkopere Japanse producten zouden hun thuismarkten en hun exportmarkten overstromen. China heeft al openlijk gezinspeeld op de mogelijkheid zijn yuan te devalueren. ('Peking oefent meer druk uit op Japan', NRC Handelsblad 16 juni 1998). Dit zou een reeks van 'competetive devaluations', concurrerende devaluaties kunnen uitlokken. Immers een land dat devalueert heeft een - vaak tijdelijk - concurentievoordeel omdat het goedkoper kan exporteren.

De concurrenten zien hun uitvoer bedreigd en besluiten hun wisselkoers ook omlaag te brengen. Enzovoort. Een en ander leidt tot financiële instabiliteit op de wereldmarkten. Het voorkomen daarvan is een van de redenen voor de VS om de yen te steunen. En het is deze reden die in de publiciteit vooral naar voren wordt gebracht. De tweede reden weegt in de VS waarschijnlijk veel zwaarder, maar die is meer op het eigenbelang gericht. Een te goedkope yen bedreigt ook werkgelegenheid in Amerika. Al jaren ligt de VS met Japan overhoop over aan de ene kant de grote uitvoer van Japan naar de VS. En aan de andere kant het onvoldoende open zijn van de Japanse markt voor Amerikaanse producten.

Misschien was het inderdaad nodig om de financiële markten gerust te stellen door deze yen-interventie. Misschien ging hij echt te snel omlaag. Maar daar staat tegenover dat een goedkope yen voor Japan juist een prima middel is om zijn export te stimuleren.('Yen moet omlaag') en ('Plaza-akkoord voor yen is noodzakelijk', NRC Handelsblad 19 juni 1998). De particuliere binnenlandse vraag laat het in Japan afweten. De talloze stimuleringspakketten van de overheid hebben een recessie niet kunnen voorkomen. Dan kan aan de vraagkant het heil alleen nog maar van de export komen. Dat pleit voor een goedkope yen.

Al eerder merkten wij op ('Japan kopje onder?') dat Japan vooral een aantal zieke plekken aan de aanbodkant van de economie moet aanpakken. Problemen zoals:

  • oppermachtige ministeries van Financiën en Economie (MOFTEC) en van Industrie en Internationale Handel (MITI) die de economie als een bureaucratie besturen ('Amerikaans huiswerk raakt Japanse ziel', NRC Handelsblad 19 juni 1998)
  • het bijgevolg ontbreken van een politiek verantwoordelijke en aanspreekbare regering;
  • een vervlechting van de banken met grote ondernemingen, die door dik en dun gesteund worden;
  • een banksector overladen met niet-inbare schulden.

In ruil voor de valuta-steun heeft de Japanse regering nu toegezegd het probleem van de 'slechte leningen' stevig te zullen aanpakken. Maar dat is maar een beperkt deel van wat er in de structuur van dit land niet deugt.

RS

Economie voor jou picture

Bovenkant pagina
NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD / Pleus & Schöndorff (15 juni 1998 / web@nrc.nl)