N R C   H A N D E L S B L A D  -  C O L U M N S
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

LEO PRICK
Eerder verschenen
columns


JL HELDRING
HJAHOFLAND
ROEL JANSSEN
CS VRIJDAG
ELSBETH ETTY
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP


LEO PRICK

17 juni 2000

Van 1 naar 4


Het is inmiddels zo'n 25 jaar geleden dat de kinderen van de gastarbeiders, zoals die toen genoemd werden, hier massaal naar toe kwamen. Nergens in de beschaafde wereld zijn de kleuterklassen zo vol als in Nederland. Toch werd van kleuterleidsters verlangd dat ze hun werk deden met kinderen die geen woord Nederlands spraken. Na 25 jaar aanmodderen komt er 40 miljoen beschikbaar voor lesprogramma's die kunnen worden gebruikt in de peuterspeelzalen en in de eerste klassen van de basisschool. Helemaal vlekkeloos zal de inschakeling van peuterspeelzalen overigens niet verlopen. Het VPRO-radioprogramma Argos deed onlangs uit de doeken dat de grote steden waar het gros van de allochtonen woont te kampen hebben met niet alleen een ontstellend gebrek aan peuteropvang maar ook met het probleem dat daar, voor zover het er wel is, van alles aan mankeert. Een van de talloze feilen: te weinig en ongeschoold personeel. Uitgerekend die op zich al gebrekkige voorziening wordt speerpunt van het beleid, zoals neergelegd in de nieuwe nota van staatssecretaris Adelmund.

Adelmund had al eerder, ruim drie maanden geleden, een plan van aanpak naar de Tweede Kamer gestuurd dat van alle kanten heftig werd bekritiseerd. Inmiddels is ze dus gekomen met een nieuw plan waar algemeen positief op is gereageerd. Dat geeft te denken. Denktank Zoetermeer heeft 25 jaar lang gestudeerd op een probleem, is na 24 jaar en 9 maanden nog steeds niet in staat een fatsoenlijk plan op te stellen, maar na drie maanden extra studie kan het ineens wel. Ik vrees dat het zo niet gegaan is en dat het verzamelde ambtenarenapparaat pas een paar weken voor het uitbrengen van de eerste nota begonnen is zich te verdiepen in het meest urgente probleem waar onze maatschappij mee te kampen heeft. Verwonderlijk is dat overigens niet. Vanaf Deetman heeft de politiek het probleem van de onderwijsachterstand van allochtonen altijd genegeerd of gebagatelliseerd. Al die tijd wisten we zelfs niet hoe groot het was, want scholen werden niet beoordeeld. Niet door de inspectie en ook niet door een eindtoets. Pas de laatste jaren is daar verandering in gekomen dankzij de inspanningen van het dagblad Trouw en van Amsterdamse ouders die de gemeente verantwoordelijk stelden voor het slechte onderwijs of die inzage eisten in de toetsscores van de school van hun kinderen. Toen het sprookje dat alle scholen goed zijn eenmaal was doorgeprikt was er geen houden meer aan. Ondanks het krampachtige verzet van Netelenbos tegen openbaarmaking van schoolresultaten is het er toch van gekomen.

Aanvankelijk wilde Adelmund zestien slecht presterende 'laboratoriumscholen' selecteren om te onderzoeken welke aanpak de beste is. De studie die haar ambtenaren de afgelopen drie maanden hebben verricht heeft blijkbaar uitgewezen dat er al heel veel bekend is over wat wel en wat niet werkt. De staatssecretaris breidt haar plan nu uit naar 100 scholen voor basis- en voortgezet onderwijs. Ik denk dat de tevredenheid over haar plannen zich laat verklaren uit het feit dat dit heel wat lijkt, maar is het dat ook? Stel dat de verdeling is: 75 basisscholen en 25 scholen voor voortgezet onderwijs. Totaal zijn er alleen al in het basisonderwijs 450.000 achterstandskinderen waaronder 200.000 allochtonen. Stel dat die 75 basisscholen gemiddeld 225 leerlingen hebben, en dat die zonder uitzondering allemaal achterstandsleerlingen zijn. Dan wordt daarmee nog geen 4 procent van de doelgroep bereikt. Van 1 naar 4 procent. Dat schiet lekker op, om het maar eens modern te zeggen.

Leo Prick

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad