C O L U M N S  
NIEUWS   |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

KAREL KNIP 
Eerder verschenen
columns

DE DRAAD
JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN
CS VRIJDAG
LEO PRICK

KAREL KNIP


22 januari 2000

Drempelklap


Geruststellend nieuws was dat, tien dagen geleden, maar niet heus. De zware asteroïden die banen beschrijven die met de aardbaan kruisen en die daarom met de aarde in botsing kunnen komen, zijn maar half zo groot in aantal als eerst werd aangenomen. Anderzijds blijkt de kans dat een mens op enig moment in zijn leven aan een inslag van zo'n zware asteroïde overlijdt ongeveer 1 op 20.000 te zijn. De tocht met de aarde door het wereldruim blijkt een gevaarlijke onderneming: gewoon vliegen is veiliger.

Oudere lezers, of minder oude lezers die de jongensboeken van hun vader lazen, herinneren zich hoe er voor de oorlog vooral de angst was dat de aarde door de staart van een komeet zou reizen. Bij nader inzien blijkt de kleine, harde kern van de komeet gevaarlijker. In het Nature-artikel (13 januari 2000) waarop het recente nieuwsbericht was gebaseerd worden de inslag-effecten van asteroïden en kometen stilzwijgend tezamen genomen. Er zijn veel minder kometen dan asteroïden, maar ze zijn gemener: ze hebben een hogere snelheid en daarmee dus een hogere kinetische energie. Het is deze energie, in de betreffende tak van wetenschap gemakshalve uitgedrukt in megatonnen TNT, die bepalend is voor hetgeen 'near earth objects' kunnen aanrichten. En dat is heel wat, weten de verdwenen dinosauriërs.

De opmerkelijk hoge kans op sterfte door een asteroïden-inslag heeft, zoals de astronomen al vreesden, weer veel vrolijk cynisme opgeroepen. De vraag is dus of er iets mis is met de risico-schatting. Dat lijkt niet het geval.

De berekening is grotendeels uitgevoerd volgens het schema dat in de moderne risico-benadering volstrekt gangbaar is. 'Risico' wordt gedefinieerd als het product van een kans op een gevaarlijke gebeurtenis, bijvoorbeeld: extreem hoog water, en het soort gevolgen van zo'n gebeurtenis waarin men het meest geïnteresseerd is, bijvoorbeeld: aantal dijkdoorbraken, hectaren ondergelopen land of aantallen verdronken mensen. Als het gaat om het risico van overlijden door een bepaalde activiteit (vliegen, autorijden,) is het redelijk het risico uitsluitend te berekenen voor mensen die aan deze activiteit deelnemen. Bij het risico van sportduiken of skispringen ligt dat voor de hand, bij andere risico's wordt het vreemd genoeg vaak over het hoofd gezien. De kans dat Nederlandse bejaarden overlijden aan bungeejumpen is zonder enige berekening op nul te stellen.

Van verder belang is dat veel risico's plaatsgebonden zijn (denk aan de risico's van tsunamis, tornado's en vulkaanuitbarstingen) en dat ze meestal gelden voor een goed gedefinieerde tijdspanne. Hoe klein de kans ook is dat men eens in zijn leven door een verdwaalde kogel wordt geraakt, hij is aanmerkelijk groter dan de kans dat men uitgerekend in het jaar 2000 wordt geraakt. Het zijn maar kleinigheden, maar in veel van die populaire risicotabelletjes ('de kans vermoord te worden is 1 : 300') wordt erover gezwegen.

Wat is er nu mis met het berekende asteroïden-gevaar? Niet zoveel. Het recente Nature-artikel maakte bekend dat er een steeds beter zicht komt op de flux aan potentieel gevaarlijke asteroïden en kometen binnen het stukje zonnestelsel waar de aarde haar baantjes in trekt. Over het kleinste formaat, of beter gezegd, de minimale kinetische energie van de asteroïden die nèt een mondiaal effect kunnen hebben (doordat ze een soort nucleaire winter opwekken) begint ook wel enige consensus te ontstaan. Dat laatste is niet uitsluitend te danken aan verbeterde theoretische beschouwingen maar stoelt ook op praktijkervaring. De inslag van de meteoriet die in 1908 bij het Siberische Tunguska meer dan 1000 kmę bos verwoestte is op seismograven geregistreerd. Ook de atmosferische proeven met waterstofbommen (vele megatonnen zwaar) hebben veel informatie opgeleverd.

Een wat gecompliceerd element in de redenering is dat het juist de hierboven gedefinieerde drempel-asteroïden zijn die de grootste bijdrage leveren aan het asteroïdengevaar. Kleinere (dat is: minder energetische) asteroïden hebben al gauw alleen maar een lokaal effect, de veel grotere zijn erg zeldzaam. Een wat willekeurig element in de berekening is verder de aanname dat een asteroïde-inslag die een nucleaire winter (een 'impact winter') teweeg brengt uiteindelijk een kwart van de wereldbevolking om het leven brengt. (Een en ander wordt beschreven in een heel leesbaar review-artikel in Nature van 6 januari 1994.)De finale berekening gaat ruwweg aldus. Eens in de 500.000 jaar slaat een drempel-asteroïde in waaraan 25 procent van de wereldbevolking overlijdt. Bij het huidige mensenbestand van 6 miljard betekent dat: 1,5 miljard doden. Gemiddeld over de tijd zullen er in de komende miljoenen jaren dus 3000 mensen per jaar aan asteroïden- inslagen overlijden. Per persoon is dit risico per jaar 1 : 2.000.000 (Het reviewartikel in Nature geeft 1 : 1.300.000 en brengt dus kennelijk ook de lokale gevolgen van kleinere en de zeldzame gevolgen van grotere asteroïden in rekening.) Bij een gemiddelde levensverwachting van 65 jaar betekent dat een individueel risico van maar liefst 1 : 30.000 (of 20.000 in het netter uitgewerkte geval, maar het gaat om de orde van grootte).

Een vervelende boodschap. De astronomen weten er ook niet goed raad mee en putten zich uit in psychologische beschouwingen over risico- perceptie. Maar er vlt niet veel te relativeren: door de ruimte reizen is een activiteit waaraan wij allemaal deelnemen en de berekening heeft betrekking op het gehele aardoppervlak. Misschien dat in plaats van een kwart maar een tiende van de wereldbevolking overlijdt? Het biedt nauwelijks soelaas.

Wat valt er uit de asteroïdenkwestie te leren? Misschien dat er een grens zit aan de hantering van het begrip 'risico' als zijnde het algebraïsch product van kans x effect. De milieubeweging zal daar zeker niet van willen horen: voor je het weet gaat de Brent Spar toch nog richting oceaan. Er dreigt een nieuw risicodebat.

Karel Knip

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)