C O L U M N S  
NIEUWS   |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

HJA HOFLAND
Eerder verschenen
columns

DE DRAAD
JL HELDRING
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN
CS VRIJDAG

14 juli 1999

In het kielzog


Dat 'Europa' geen eigen buitenlandse politiek had, is ons werelddeel de hele Koude Oorlog duidelijk gemaakt. Op iedere conferentie van de NAVO klaagden de Europeanen over 'het gebrek aan consultatie', waarmee ze wilden zeggen dat ze in Washington tenslotte weinig hadden in te brengen. De Amerikanen riposteerden met sharing the burden. Ze bedoelden dat de Europeanen te weinig betaalden. De West-Europeanen mochten niet klagen, en vervolgens de Oost-Europeanen ook niet. Het is een goed onderwerp voor een oefening in virtuele geschiedenis: hoe zou het er hier hebben uitgezien als de Sovjet-Unie de Koude Oorlog had gewonnen.

De werkelijke geschiedenis leert iets anders, ook de recente. Bijna tien jaar na de val van de Muur bepaalt Washington in kwesties van oorlog en vrede nog altijd de buitenlandse politiek van Europa, in Europa. En de Europeanen dragen een onevenredig klein deel van de lasten. Dat is in Joegoslavië bewezen. De politiek tegen Milosevic - ook voor de oorlog begon - is hoofdzakelijk in Washington ontworpen. Hetzelfde geldt voor de militaire strategie van het bombarderen en voor de verdere oplossing van het Joegoslavische vraagstuk. Veel is er in een halve eeuw verandert, maar dat geldt niet voor de verhouding tussen Amerika en Europa binnen de NAVO.

Dat het uiteenvallen van Joegoslavië het belang van plaatselijke etnische conflicten te boven ging, is in Europa misschien wel ingezien, maar tot 1995 is er niet naar gehandeld. De consequentie van het akkoord van Dayton, tot stand gebracht onder Amerikaanse druk, is de semi- permanente aanwezigheid van de NAVO in Bosnië. In het vervolg daarop heeft de oorlog om Kosovo deze aanwezigheid verveelvoudigd en verankerd. Van Bill Clintons toezegging dat de Amerikaanse troepen hoogstens een halfjaar zouden blijven, is niets terechtgekomen. De Verenigde Staten hebben zich opnieuw in Europa gevestigd. Dit betekent dat ze ook beseffen een hernieuwd belang te hebben bij alle politiek die de buitengrenzen van Europa aangaat.

Het zwaartepunt van de aandacht verschuift van Noord-West- naar Zuid- Europa. De Herald Tribune van vorige week woensdag bevat over dit nieuwe NAVO-denken een interessant verslag uit Brussel. Tijdens de oorlog hebben niet alleen de nieuwe NAVO-leden Hongarije en Tsjechië (bijna frontstaten) zich loyaal gedragen. Ook Slovenië, Bulgarije en Roemenië hebben binnen hun vermogen als niet-leden hun best gedaan. De Roemenen voelden zich al ernstig gepasseerd toen ze bij de uitbreiding van de NAVO in 1997 werden gepasseerd. De NAVO zelf had besloten tot 2002 geen nieuwe leden toe te laten. Maar Milosevic heeft het militaire beeld van Europa veranderd. Er is meer reden, meer rechtvaardiging voor de NAVO om de Zuidflank te stabiliseren en al doende de grenzen van het bondgenootschap verder Oostwaarts te verschuiven.

Worden de drie genoemde landen sneller binnen het bondgenootschap gehaald, dan is dit voor de Baltische staten reden te meer om hun aanspraken op het lidmaatschap te vernieuwen, en voor Rusland om zich nog heftiger dan in 1997 tegen het doordringen van de NAVO in het 'naburige buitenland' te verzetten. Geen mens kan voorspellen wat de invloed van een voortgezette 'omsingeling' op de Russische binnenlandse politiek zou zijn. Wel kunnen we redelijkerwijs vermoeden dat bij zo'n scenario op langere termijn de verhoudingen tussen Moskou en Washington er niet vriendelijker op zouden worden. En daardoor zou dan de Amerikaanse aanwezigheid, in het bijzonder in Midden- en Zuid-Europa nog weer steviger worden bevestigd.

Tot zover de langere termijn. Het onopgeloste vraagstuk van vandaag, 'bij het betreden van de 21ste eeuw', is Servië zelf. De Amerikaanse regering komt tot de conclusie dat onder de leiders van de oppositie tegen Milosevic niemand is die een betrouwbare opvolger voor hem zou kunnen zijn. Dit kan alleen betekenen dat Washington een blokkadepolitiek tegen de Serviërs wil voeren - zoals tegen Cuba - tot zich een geschikte kandidaat zal aandienen. Het verschil met Cuba is dat Klein-Joegoslavië geen eiland is maar onderdeel van de regio. Misschien verdwijnt Milosevic onder druk van een volksbeweging, zoals indertijd Ceauçescu. Maar is de tijd daarvoor al niet voorbij? Zoals het nu gaat, zit arrestatie er in ieder geval nog niet in. Handhaaft hij zich, dan betekent dit voortzetting van de blokkade, verzacht door enige humanitaire hulp, en zolang het duurt, de economische en politieke amputatie van Servië uit de regio. Als het grote economische plan voor de Balkan niet snel tastbaar wordt, zullen de lidstaten daar, en zij die het willen worden, in economisch opzicht betalen voor hun militaire loyaliteit. Dan is er nog de humanitair- krijgskundige kant. Na de bombardementen houdt de NAVO zich ervan overtuigd, een nieuw type oorlog te hebben uitgevonden. Tot NAVO- strijdwijze hoort onder meer het bombarderen van olie-installaties en chemische fabrieken. Wij in het Westen, die groot alarm slaan bij de ontdekking van dioxinenkippen, hormoonvarkens en verkeerd bespoten groente, op iedere auto een katalysator hebben en de bestrijding van koolmonoxyde in de atmosfeer tot nationale politiek hebben gemaakt, zullen de angsten van de bevolking van Pancevo kunnen begrijpen. Na het bombardement van 18 april hing er een wolk van het kankerverwekkende vinylchloride met 10.600 maal de concentratie die nog veilig wordt geacht. Het bombarderen van moderne industrieën veroorzaakt een schade die geen colateral damage meer is. Toch hoort dit gericht vernietigen van chemische industrieën tot de nieuwe oorlogvoering. Het zal interessant zijn, Europese politici en strategen hierover te horen.

Na het voorspel van het Bosnië-complex heeft het complex-Kosovo Europa pas goed overhoop gehaald, economisch, militair, politiek en om dit woord maar te gebruiken: humanitair. Al sinds de oprichting van de NAVO streeft ons werelddeel naar een gelijkwaardige inbreng in de NAVO. De Europese Defensie Gemeenschap is terziele gegaan. De Britten hebben hun eigen, relatief niet-geringe strijdkrachten, de Fransen hun Force de frappe. Maar als het er werkelijk op aan komt, zoals de afgelopen acht jaar in Joegoslavië, doen de Europeanen niets zonder Amerika, en in Washington hebben ze dan niets te vertellen. Als Milosevic het volhoudt tot de campagne voor de presidentsverkiezingen op gang is gekomen, maakt hij een goede kans het nog een poosje vol te houden (ik druk me voorzichtig uit).

H.J.A. Hofland

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)