C O L U M N S  
NIEUWS   |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

HJA HOFLAND
Eerder verschenen
columns

DE DRAAD
JL HELDRING
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN

2 december 1998

Sommige dictators immuner dan andere


De gelegenheid maakt de dief. Het geldt ook omgekeerd. De gelegenheid maakt de arrestant; en na de arrestatie beginnen de problemen. Dat is niet de nieuwe les van het geval-Pinochet; het is een stokoude waarheid. De vraag is dan: wat maakt de gelegenheid dusdanig verleidelijk, zelfs onontkoombaar, dat de justitie er gebruik van maakt ondanks alle overwegingen van politieke doelmatigheid die voor het tegendeel pleiten? Is de gelegenheid in dit geval voor de justitie het positief saldo van een politieke balans? Hoe schept men dit soort gelegenheden opdat het recht sneller en beter zijn beloop zal hebben?

Wie zich de dagen van de Chileense staatsgreep herinnert, zal zich opgelucht hebben gevoeld bij het bericht dat de leider van toen is gepakt. En laten we de vastberadenheid van de Britse justitie niet onderschatten. Maar de proef op de som moet nog komen. Pinochet heeft zijn staatsgreep tegen het marxistisch bewind van Allende uitgevoerd met Amerikaanse steun. Wat krijgt in Washington de voorrang: de herinnering aan een oude vriendschap of de hoogste opvattingen van het recht? In het eerste geval worden nog veel oudere vrienden, de Britten, gebruuskeerd.

Een paar jaar geleden behoorden leider Radovan Karadzic en veldheer Ratko Mladic tot de meest besproken verdachten van oorlogsmisdaden van Europa. Na de akkoorden van Dayton verscheen in hun regeringscentrum Pale de internationale troepenmacht, toen UNPROFOR genaamd en nu SFOR . Leden van deze krijgsmacht kregen foto's en het signalement van de verdachten. Dagelijks zagen ze de heren in hun woon-werkverkeer. Ze lieten zich vergezellen door een vervaarlijke lijfwacht. Verscheidene malen werden arrestatiesteams gevormd, oefeningen gedaan. Maar het militair en burgerlijk gezag van de internationale vredesmacht ter plaatse en de politieke beleidsmakers in de Westelijke hoofdsteden hebben door de jaren heen niet de onweerstaanbare gelegenheid ontdekt om de verdachten te arresteren.

Daarvoor bestonden vanzelfsprekend goede argumenten. De lijfwacht zou zich verweren en dat kon mensenlevens kosten. Misschien zou de oorlog oplaaien. En wat was beter: twee hoofdverdachten achter de tralies en nieuwe verschrikkingen, of een vrede waarin de schurken in ieder geval van hun macht waren beroofd? De ,,internationale gemeenschap' heeft voor het laatste gekozen. Zo trok het recht aan het kortste eind. Volgens geruchten hebben manschappen van SFOR zich onlangs in de tuin van Karadzic gewaagd, door een kier van de gordijnen gekeken en het huis ontruimd aangetroffen. Misschien is deze verdachte ,,ergens in Montenegro'. Generaal Mladic schrijft in Belgrado aan zijn memoires.

Ingewikkelder is de zaak-Milosevic. Misschien was er in voormalig Joegoslavië niet eens een oorlog uitgebroken als hij daar zijn rol niet had gespeeld. Jarenlang bleef hij de stille bondgenoot van de Bosnische Serviërs. Toen hij begreep dat zijn vrienden hun kracht hadden overschat en de ,,internationale gemeenschap' aan interventie haar zegen had gegeven, slaagde hij er nog bijtijds in van koers te veranderen. Ook door zijn medewerking zijn de akkoorden van Dayton tot stand gekomen. Niet lang daarna is hij met de onderdrukking van Kosovo begonnen, weer met terreur en massamoorden. Intussen wordt zijn gezag in eigen land zwakker. Hij zuivert zijn directe omgeving; de dictatuur wordt harder. Gesteld dat hij ten val komt en dat hij zich voor een of andere kwaal in het buitenland laat behandelen - ondenkbaar is het allemaal niet - wordt hij dan daar gearresteerd? Komt hij ten slotte in Den Haag terecht? Dan moet hij nu eerst in staat van beschuldiging worden gesteld. Daarvoor is het hoog tijd.

Van omvang geringer, maar in beginsel niet zo verschillend van bovengenoemde problemen is het Nederlandse met de Surinaamse minister van Staat Desi Bouterse, verdacht van drugshandel en betrokkenheid bij de Decembermoorden. Het kan zijn dat zich een paar jaar geleden een gelegenheid heeft voorgedaan om hem in Brazilië te arresteren, maar er is toen niets van gekomen. De studie van het uitleveringsverdrag vergde veel tijd, het duurde even voor de partijen elkaar goed hadden begrepen, en toen het zo ver was, bleek de verdachte weer in Suriname te zijn. Welingelichte kringen zijn van mening dat beide landen zich toen moeilijkheden hebben bespaard en dat zich betere gelegenheden zullen voordoen om het recht zijn loop te laten hebben.

Intussen ontstaat ook in Nederland de begeerte Pinochet te berechten. Laten we niet te begerig zijn. Ook al lang geleden, op 10 juli 1985, werd het schip van Greenpeace, de Rainbow Warrior, in de haven van Perth tot zinken gebracht. Het was op weg naar het gebied van Mururoa om deel te nemen aan het protest tegen Franse kernproeven. Bij de bomontploffing werd de fotograaf Fernando Perreira, Nederlands staatsburger van Portugese afkomst, gedood. Vermoed werd dat de Franse geheime dienst achter de aanslag zat. Twee agenten die verdacht werden - of nog steeds worden - van medeplichtigheid, Alain Mafart en Dominique Prieur, zijn later door de Franse regering onderscheiden. Is het pijnlijk, is het opportuun, te vragen wat onze justitie zal doen als ze op Nederlands gebied worden aangetroffen? Het kan nog. De misdaad is niet verjaard.

De arrestatie van Pinochet en wat erop is gevolgd, is een grote gebeurtenis. Maar wordt het ook een precedent? Zijn ten behoeve van het recht nationale regeringen bereid, de woede van minderheden te trotseren, in te gaan tegen wat ze zien als het nationaal belang, de vroegere diensten van een intrigant en dictator niet te tellen omdat hij opnieuw groot onheil heeft aangericht of dreigt te doen?

Ex-dictators zijn niet immuun, schrijft The Economist. Nee, sommige ex-dictators zijn soms immuner dan andere. Dit ,,soms' valt gemakkelijk te omschrijven: als hun politieke vrienden machtig genoeg zijn om de rechtsgang te belemmeren. Daaruit valt af te leiden, welke gelegenheid de arrestant maakt. Gearresteerd en berecht wordt er alleen als de rechtsopvatting en het politiek belang van de betrokken staten elkaar dekken en er geen facheux troisième met voldoende macht bereid is, een spaak in het wiel te steken. Voor Pinochet en zijn vrienden is dus nog niet alles verloren, en zijn arrestatie is geen precedent.

H.J.A. Hofland

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)