HJA HOFLAND
Eerder verschenen columns
DE DRAAD
JL HELDRING
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN
|
21 oktober 1998
Een kilo Nederland
Het gewicht van de natie. De Grote Almanak voor informatie en advies, de
editie voor juli-december 1998, uitgegeven door het Nederlands Instituut
voor Zorg en Welzijn, weegt 1 kilo 80 gram, telt 901 pagina's waarvan er
60 in beslag worden genomen door het trefwoordenregister, dat gaat van
het cijfer nul tot de letter z; van 06-verslaving, zie:
telefoonverslaving tot zwervers, zie: thuislozen.
Voor praktisch alles wat de mens in de contacten met zijn familie, buren,
samenleving en staat onaangenaam kan verrassen is een bureau of een
centrale waar hij terecht kan voor het geval hij, modern mondig burger,
zich machteloos voelt. De Almanak zelf dient om hem in deze doolhof van
hulpaanbieders niet te laten verdwalen; het is het boek der boeken van
de verzorging. Wie zijn land op een andere manier wil leren kennen, niet
door tochtjes te maken of in de file te staan, kan leerzame uren
doorbrengen met de Grote Almanak. Terwijl hij leest, verder bladert,
ontplooien zich de vergezichten op voorzieningen, opvangnetten en
voorschriften, het Panorama van Mesdag van de Nederlandse
verzorgingsstaat.
Achter deze lectuur doemen de cohorten van naamloze wetgevers op die met
elkaar, collectief, in jaren van zorgvuldigheid en vlijt dit meesterwerk
bij elkaar hebben bedacht en geschreven. En daarachter weer de bureaus,
met de ambtenaren die de regels moeten toepassen, en daarachter de
loketten waar de rijen van hoopvolle, rechthebbende, miskende of
woedende klanten wachten. De Almanak beschrijft een toppunt van
politieke beschaving; uit de pagina's verrijst
langzamerhand een onmetelijke bureaucratie; en ten slotte kun je het
gevoel krijgen dat je een reis hebt gemaakt door het benauwde totaal van
een gewatteerde dictatuur. Hoe je het opvat, hangt af van de mate waarin
je op de verzorgingen bent aangewezen.
Tot zover het poëtisch deel van dit verhaal. Dat het poëtisch
is valt ons niet meer op omdat we aan dit panorama - paradijselijk voor
de miljarden die niet in Nederland wonen - gewend zijn. Sinds dr.Willem
Drees sr. ieder jaar meer, zodat we na een halve eeuw denken dat het zo
hoort. De Nederlandse verzorgingsstaat, met zijn ups en downs, is tot de
Nederlandse natuur gaan behoren. Vandaar de vergelijking met het
Panorama van Mesdag. Het verschil is dat het verzorgingspanorama
onophoudelijk in beweging is en gefinancierd moet worden.
Het geld daarvoor komt uit de bloei en groei van de economie. Hoewel het
nog lang niet zo ver is, en niet kan worden uitgesloten dat de algemene
koersval op de beurzen als een gezonde correctie moet worden beschouwd
in plaats van als een teken dat er een wereldrecessie op handen is, zien
we de laatste tijd dat met deze mogelijkheid meer rekening wordt
gehouden. Weekbladen die de wereldopinie maken, verschijnen met
depressiesymboliek op hun omslag, in hun beschouwingen
laten economen van internationale faam meer ruimte aan de pessimistische
varianten. De echte depressie woedt in Indonesië, met alle
klassieke verschijnselen, waaronder het belangrijkste: de groei van een
proletariaat, een massa van werklozen zonder uitzicht. Een massa dus die
erop wacht zich te laten politiseren.
Dat is ver weg. Kan zoiets in Europa gebeuren? Het is niet
waarschijnlijk, zeggen de economen die anderhalf jaar geleden een crisis
in Zuidoost-Azië nog niet waarschijnlijk vonden.
Deze opvatting van waarschijnlijkheid op zichzelf al rechtvaardigt de
vraag: wat indien wel? Om onze verbeeldingskracht te helpen
hebben we de geschiedenis van de naoorlogse recessies die het Westen
politiek ongeschokt hebben gelaten, en de depressie van de jaren dertig
die de wereld heeft veranderd. Welk voorbeeld kiezen we? Ieder voorbeeld
is het verkeerde.
Dat komt omdat naar vorm van organisaties - de levensbeschouwelijke en
godsdienstige, de politieke, sociale en de bureaucratische - de Westerse
maatschappij van nu nauwelijks nog te vergelijken valt met die van een
jaar of zestig geleden. De kerken hadden moreel gezag, de massapartijen
steunden op hun ideologische onderbouw, aan sociale controle viel niet
te twijfelen, het individu bestond in de eerste plaats als een sociaal
en politiek wezen, en als het in deze opzichten niet was gerangeerd,
viel er van de staat weinig te verwachten. Zestig jaar later is het
andersom: de ideologieën zijn door iedere denker doodverklaard,
politieke partijen bestaan over het algemeen alleen in verkiezingstijd,
sociale controle is uitsluitend aan de gewapende politie toevertrouwd,
het individu is niet meer maatschappelijk maar in de economische
organisatie gerangeerd, en valt het eruit, dan is het eraan gewend van
de staat alles te verwachten.
Zoals we uit de Grote Almanak leren, en zoals
honderdduizenden dat dagelijks ervaren, is de samenhang in de
Nederlandse verzorgingsstaat een fijner, zorgvuldiger geweven web dan
ooit tevoren. Maar het is een web van organisatiekunde, of zelfs meer:
een organisatiekunst om de kunst. De kosten daarvan worden gedragen door
de florerende economie. Als bij een lange crisis en diepe recessie van
de wereldeconomie Nederland daarvan onvermijdelijk de gevolgen
ondervindt, verschrompelt het panorama van verzorging. Een massa van
onbekende omvang - een grote zal het zeker zijn - doet een beroep op een
verzwakt vangnet. Deze massa zonder kerkelijke, sociale of politieke
cohesie verdringt zich voor een steeds kleiner aantal loketten.
Stijgende vraag, krimpend aanbod. Dat kan niet lang duren. Het is
onvermijdelijk dat de eenlingen zich zullen politiseren; dat daaruit dus
nieuwe organisaties van politieke zelfverdediging zullen groeien. Hoe,
met welke methoden ze te werk zullen gaan en welk doel weten we niet. Of
er woede zou ontstaan, en of de daaruit voortkomende politieke energie
zich tegen de profeten van de vrije markt zou richten - de hemel zal het
weten. Groter kans op een economische neergang betekent groter
waarschijnlijkheid dat de politiek niet aan een radicale herverdeling
van het aangetaste nationaal inkomen zou kunnen ontkomen. Als de
politiek van nu ergens niet op berekend is, dan op dit mogelijk
vooruitzicht.
H.J.A. Hofland
Eerder verschenen columns
De derde periode
(14 oktober 1998)
Consumentensocialisme
(7 oktober 1998)
Op de Derde Weg
(30 september 1998)
De Europese vergissing
(23 september 1998)
Optocht der zuiveraars
(16 september 1998)
Amsterdam en de wereldeconomie
(9 september 1998)
Mickey Mouse op de beurs
(2 september 1998)
De wereldleiders
(26 augustus 1998)
Nog een overdaad
(19 augustus 1998)
Minister van oenigheid
(12 augustus 1998)
Het carrousel
(5 augustus 1998)
Starr: Historische held
(29 juli 1998)
Kip in de soep
(22 juli 1998)
Goederenvervoer
(15 juli 1998)
De goede bedoelingen
(8 juli 1998)
De polder als Titanic
(1 juli 1998)
De onbetrouwbare staat
(24 juni 1998)
Nadelen van de nuance
(17 juni 1998)
De voetbalstaat
(10 juni 1998)
Te ver doorgeschoten
(3 juni 1998)
Oorlog tegen de kinderen
(27 mei 1998)
Late Ludditen
(20 mei 1998)
Een duivels toeval
(13 mei 1998)
De volgende oppositie
(6 mei 1998)
Gelegenheidsfascisme
(29 april 1998)
Garanties van paars
(22 april 1998)
Mannetjes en programma's
(15 april 1998)
De zeden en de tijden
(8 april 1998)
Het nationale zielsconflict
(1 april 1998)
Grote werken
(25 maart 1998)
Consensusregenten
(18 maart 1998)
De Russische aanwezigheid
(11 maart 1998)
Murdochs eigen staat
(4 maart 1998)
Doctrine in ontwikkeling
(25 februari 1998)
Opties voor Saddam
(18 februari 1998)
De moeder van Monica Lewinsky
(11 februari 1998)
Ein letztes Aufgebot
(4 februari 1998)
500 Jaar voor Christus
(28 januari 1998)
Ademloos keek de wereld toe
(21 januari 1998)
Politiek als heimwee
(14 januari 1998)
Probleem van de stappende jeugd
(7 januari 1998)
Buurten waken zelf over de openbare orde
(31 december 1997)
Drijfjacht of debat
(24 december 1997)
De wet van extreem en gematigd
(17 december 1997)
De Saddam van Den Haag
(03 december 1997)
De orde van toen en nu
(26 november 1997)
De zwakstroomsamenleving
(19 november 1997)
De macht van de kamerdienaa
(12 november 1997)
Staats- en zakenlieden
(5 november 1997)
De wichelroede
(29 oktober 1997)
Paradijs der reuzen (2)
(22 oktober 1997)
Paradijs der reuzen
(15 oktober 1997)
Schiphol als coffeeshop
(8 oktober 1997)
Het besluitvormingsproces
(1 oktober 1997)
Som der subculturen
(24 september 1997)
Het Bosnisch model
(17 september 1997)
De wereld van twee dorpen
(10 september 1997)
Geschiedenis van de indiscretie
(3 september 1997)
Hoe lang is de sterke arm
(27 augustus 1997)
Karadzic in Den Haag
(20 augustus 1997)
Avontuur van een olifant
(13 augustus 1997)
Een nonchalante staat?
(6 augustus 1997)
Gümüs en de optiebeurs
(30 juli 1997)
Rendabel kwaad
(23 juli 1997)
Tussen vrede stichten en bezetten
(16 juli 1997)
NAVO, vorm en inhoud
(9 juli 1997)
Sluimerend antiamerikanisme
(2 juli 1997)
De directeurendriehoek
(25 juni 1997)
Grenzen aan de top
(18 juni 1997)
Het wonder van Amsterdam
(11 juni 1997)
Hype en historie
(4 juni 1997)
Het kale grijze tuig
(28 mei 1997)
Van vijand tot partner
(21 mei 1997)
Denkers van de groei
(14 mei 1997)
Geluidsgolven
(7 mei 1997)
|
|