HJA HOFLAND
Eerder verschenen columns
DE DRAAD
JL HELDRING
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
|
7 oktober 1998
Consumentensocialisme
Na de overwinning van de SPD zijn in dertien Europese landen de
socialisten aan het bewind of zijn ze de machtigste partij in een
coalitie, heeft The Economist uitgerekend. Als we het op deze
manier beschrijven lijkt het wel alsof het legendarische spook, na
anderhalve eeuw door het werelddeel te hebben gewaard, zich eindelijk
heeft gevestigd.
Als Marx nog eens om de hoek kon kijken, zou hij eerder de indruk krijgen dat zijn spook verslagen is; vastgelopen tussen de
schappen van de Europese supermarkt. Maar vergelijkingen tussen de
maatschappij van nu en die van anderhalve eeuw geleden gaan niet op. Als
de democratisch-socialistische partijen nu regeren, hebben ze dat te
danken aan een lange reeks compromissen, waarbij ze erin zijn geslaagd,
hun herkenbaarheid als massapartij min of meer links van het centrum te
bewaren.
Wat nu met deze dertien Europese regeringen een plotseling succes zou
kunnen lijken, is niet per revolutie uit de lucht gevallen, maar het
resultaat van een proces van tientallen jaren. In ieder land is het
anders verlopen. Het bewind van het nieuwe Britse Labour is in de plaats
gekomen van een Conservatieve regering die op een verbruikte partij
steunde. Tony Blair is met zijn vernieuwingen en zijn élan
precies op tijd gekomen om de brave John Major te verslaan. Jospin heeft
veel vernieuwingen beloofd, maar hij heeft zijn succes ook te danken aan
de angst dat het met de uitgebreide verworvenheden van
de verzorgingsstaat onder een centrum-rechts bewind gedaan zou zijn. Wat
Schröder zal gaan doen is niemand volkomen duidelijk, maar zeker is
dat ook Kohl versleten was. Het Europese succes van de socialisten is in
menig opzicht ook te danken aan een toevallige samenloop van
omstandigheden. En als we er Clinton nog bij willen halen: hij had het
nooit tot zijn tweede termijn gebracht zonder zijn nog juist bijtijds
luidruchtig beleden afkeer van alles wat voor liberal kan worden
versleten (en zonder de metamorfose van de First Lady tot een
vrouw die graag aan het fornuis stond om koekjes te bakken). Na kundige
aanpassing heeft het toeval een handje geholpen, en wat dit aangaat
heeft iedere socialistische partij haar eigen geschiedenis.
Maar in welke mate de regerende socialisten in Europa ook mogen
verschillen, ze zijn aan het bewind gekomen of ze hebben zich met succes
gehandhaafd in een periode van ongekende welvaart. En dan is er nog een
overeenkomst. Grote linkse partijen, ook de democratisch-socialistische,
waren behalve politieke organisaties ook bewegingen, met alles wat
daartoe hoort: optochten, gezang, vlaggen, massabijeenkomsten, alles wat
solidariteit zichtbaar en hoorbaar maakt. Congressen waren massale
bijeenkomsten waarbij het hele land, partijgenoten en
tegenstanders, zich betrokken voelden. In Nederland is de laatste
socialistische optocht al jaren geleden om de hoek verdwenen. Ook in de
grote Europese landen hebben de socialistische partijen zich
verzakelijkt. Ze richten zich steeds minder tot grote groepen met een
gemeenschappelijk lot; ze zijn ieder jaar meer de vertegenwoordigers van
individuele kiezers met een gemeenschappelijk belang
geworden. Als ze nu aan het bewind komen of hun macht in een regering
consolideren, betekent dit dat een meerderheid vertrouwen heeft in hun
politieke begeleiding van een groeiende economie. We kunnen respect
hebben voor de oude socialistische idealen, maar het zegevierend
socialisme van nu is eerder een consumenten-socialisme, een politieke
verdediging van een consumentisme in plaats van het streven naar
bepaalde maatschappelijke verhoudingen. En consumentisme is tenslotte
een zaak van het individu, en onpolitiek.
Als het waar is dat de Europese socialisten zoveel van hun recente
successen te danken hebben aan de economische groei, aan hun politieke
begeleiding van de voorspoed, ligt er een vraag voor de hand. Hoe zou
het gaan als de voorspoed verdwijnt? De leiders van het Westen willen
de naties ,,de 21ste eeuw binnenleiden'', zoals Clinton het heeft
uitgedrukt en na hem Blair en de anderen. Het smaakt naar een
reclameleuze. Je bent geneigd te denken: ik leid mij zelf wel de 21ste
eeuw binnen - maar dat is persoonlijk. De vraag is: welke 21ste eeuw?
Die van de bloeiende jaren negentig, toen de bomen nog tot in de hemel
groeiden? Of die van het afgelopen jaar, de dalende koersen, de
economische crisis in Zuidoost-Azië, de politieke
en economische crisis in Rusland, en de groeiende angst dat daaruit een
mondiale recessie zal groeien?
De politieke scenario's waarmee centrum-links in Europa werkt zijn van
een rooskleurig optimisme. Recessie, ook een kleine, betekent meer
werkloosheid en in ieder geval een zwaardere belasting van de Europese
verzorgingsstaten. Zoals groeiende welstand op den duur een
depolitisering heeft veroorzaakt, zo mogen we verwachten dat een daling,
zelfs een geringe, een nieuwe politisering tot gevolg zal hebben. Maar
op welke manier? Zullen degenen die door een recessie worden getroffen
zich tot de partijen van het nieuwe socialisme wenden, en zullen deze
partijen zich dan weer terug-hervormen, of terugvallen op beproefde
principes van een halve eeuw geleden? Het kiezersvolk is intussen
revolutionair veranderd, misschien nog meer dan de partijen. Het is, om
eens een oude term te gebruiken, politiek ongeschoold geworden. In een
recessie zouden daarom links van het centrum twee andere grootheden
elkaar moeten vinden: de massa der ongeschoolde kiezers zou een partij
zoeken met een ander programma dan dat waaraan de Europese socialisten
van nu hun succes te danken hebben. Het maken van een ontwerp voor zo'n
programma is intussen ook een uitdaging van de 21ste eeuw geworden.
H.J.A. Hofland
Eerder verschenen columns
Op de Derde Weg
(30 september 1998)
De Europese vergissing
(23 september 1998)
Optocht der zuiveraars
(16 september 1998)
Amsterdam en de wereldeconomie
(9 september 1998)
Mickey Mouse op de beurs
(2 september 1998)
De wereldleiders
(26 augustus 1998)
Nog een overdaad
(19 augustus 1998)
Minister van oenigheid
(12 augustus 1998)
Het carrousel
(5 augustus 1998)
Starr: Historische held
(29 juli 1998)
Kip in de soep
(22 juli 1998)
Goederenvervoer
(15 juli 1998)
De goede bedoelingen
(8 juli 1998)
De polder als Titanic
(1 juli 1998)
De onbetrouwbare staat
(24 juni 1998)
Nadelen van de nuance
(17 juni 1998)
De voetbalstaat
(10 juni 1998)
Te ver doorgeschoten
(3 juni 1998)
Oorlog tegen de kinderen
(27 mei 1998)
Late Ludditen
(20 mei 1998)
Een duivels toeval
(13 mei 1998)
De volgende oppositie
(6 mei 1998)
Gelegenheidsfascisme
(29 april 1998)
Garanties van paars
(22 april 1998)
Mannetjes en programma's
(15 april 1998)
De zeden en de tijden
(8 april 1998)
Het nationale zielsconflict
(1 april 1998)
Grote werken
(25 maart 1998)
Consensusregenten
(18 maart 1998)
De Russische aanwezigheid
(11 maart 1998)
Murdochs eigen staat
(4 maart 1998)
Doctrine in ontwikkeling
(25 februari 1998)
Opties voor Saddam
(18 februari 1998)
De moeder van Monica Lewinsky
(11 februari 1998)
Ein letztes Aufgebot
(4 februari 1998)
500 Jaar voor Christus
(28 januari 1998)
Ademloos keek de wereld toe
(21 januari 1998)
Politiek als heimwee
(14 januari 1998)
Probleem van de stappende jeugd
(7 januari 1998)
Buurten waken zelf over de openbare orde
(31 december 1997)
Drijfjacht of debat
(24 december 1997)
De wet van extreem en gematigd
(17 december 1997)
De Saddam van Den Haag
(03 december 1997)
De orde van toen en nu
(26 november 1997)
De zwakstroomsamenleving
(19 november 1997)
De macht van de kamerdienaa
(12 november 1997)
Staats- en zakenlieden
(5 november 1997)
De wichelroede
(29 oktober 1997)
Paradijs der reuzen (2)
(22 oktober 1997)
Paradijs der reuzen
(15 oktober 1997)
Schiphol als coffeeshop
(8 oktober 1997)
Het besluitvormingsproces
(1 oktober 1997)
Som der subculturen
(24 september 1997)
Het Bosnisch model
(17 september 1997)
De wereld van twee dorpen
(10 september 1997)
Geschiedenis van de indiscretie
(3 september 1997)
Hoe lang is de sterke arm
(27 augustus 1997)
Karadzic in Den Haag
(20 augustus 1997)
Avontuur van een olifant
(13 augustus 1997)
Een nonchalante staat?
(6 augustus 1997)
Gümüs en de optiebeurs
(30 juli 1997)
Rendabel kwaad
(23 juli 1997)
Tussen vrede stichten en bezetten
(16 juli 1997)
NAVO, vorm en inhoud
(9 juli 1997)
Sluimerend antiamerikanisme
(2 juli 1997)
De directeurendriehoek
(25 juni 1997)
Grenzen aan de top
(18 juni 1997)
Het wonder van Amsterdam
(11 juni 1997)
Hype en historie
(4 juni 1997)
Het kale grijze tuig
(28 mei 1997)
Van vijand tot partner
(21 mei 1997)
Denkers van de groei
(14 mei 1997)
Geluidsgolven
(7 mei 1997)
|
|