|
|
HJA HOFLAND
|
14 juni 2000 Duw- en trekwerk
H.J.A. Hofland
In dit geval was het voor Nederland minder ernstig. Onze jongens zijn niet in het gedrang gekomen. De belangrijkste besluiten werden in Washington genomen, ook als er bij de echte grote mogendheden anders over werd gedacht. Premier Blair en generaal Clark wilden een grondoorlog, maar president Clinton kon met een verkiezingsjaar in het vooruitzicht geen gesneuvelde Amerikanen gebruiken, en hij kon wat dat aanging rekenen op de Italianen en Duitsers, die om andere redenen van binnenlandse politiek tegen waren. Dus werd Milosevic tot 'submissiveness' gebombardeerd. Na gedane arbeid kreeg Clark een andere betrekking. De vrijwel overal in Europese kringen gedeelde conclusie is dat Kosovo weer heeft aangetoond hoe sterk in militair opzicht Europa van de Amerikanen afhankelijk is, en dat het dus de hoogste tijd voor een eigen Europese strijdmacht wordt. De eerste vraag is waar en onder welke volkenrechtelijke voorwaarden zo'n Europese strijdmacht zou moeten optreden. In een conflict tussen Rusland en de Baltische landen? Dat zou onmiddellijk ook een Amerikaanse zaak zijn. Of nog eens in de Balkan misschien? In dat geval zullen de meningsverschillen tussen de groten zich waarschijnlijk opnieuw openbaren, waardoor Den Haag misschien aan de kant van de Fransen, de Duitsers of de Britten een zekere politieke rol zou kunnen spelen. Voor het Instituut Clingendael interessant om vast een paar scenario's te ontwerpen. Telkens zal het er ook om gaan te verhoeden dat zo'n alliantie in de oorlog keuzes maakt die Nederland niet wil. Ik denk dat met een Europese strijdmacht onder welk Europees opperbevel dan ook voor ons, als kleine middelgrote mogendheid of de grootste onder de kleine, het vraagstuk niet zou worden opgelost maar verschoven. De slotsom van het Kamerdebat over Kosovo is vaag. Minister Van Aartsen ontkende dat Nederland te weinig invloed heeft gehad op de opzet en het verloop van de operaties. Maar in twee gevallen waren we buiten het overleg binnen de contactgroep gehouden: bij de keuze van de doelen voor de luchtaanvallen en toen er werd overlegd over de inzet van grondtroepen. Kleinigheden? Waren dat niet de punten waar alles om draaide nadat de oorlog eenmaal was begonnen en maar niet op wilde houden? Over de grondtroepen is inmiddels zoveel ten beste gegeven dat ieder woord te veel is. Maar over de keuze van de doelen voor de bommen is het laatste woord niet gezegd. Het vorig jaar heeft een internationale organisatie van juristen daarover een klacht ingediend bij het Joegoslavië-tribunaal. Die werd niet ontvankelijk verklaard. Nu heeft Amnesty International de NAVO veroordeeld wegens het bombardement op een Servisch televisiestation, 'een weloverwogen aanval op een burgerdoel en als zodanig een oorlogsmisdaad'. Het vorig jaar, in de laatste week van de steeds verbitterder wordende bombardementen, heb ik in deze krant de vraag gesteld of de politiek verantwoordelijken in Nederland misschien moesten overwegen of daar niet de grens tussen oorlog en misdaad was overschreden. Dat was in het bijzonder naar aanleiding van de aanval op een chemische industrie in Pancevo. Mijn vraag was ingegeven door de omvangrijke zorg waarmee wij hier de slachtoffers van dergelijke, door toeval veroorzaakte ongelukken - zoals in de Bijlmer - omringen. De NAVO heeft de beschuldiging van Amnesty verontwaardigd afgewezen. Twijfel blijft bestaan. Hoe voorbeeldig de meeste bommen ook in de bedoelde schoorstenen terechtkomen, in een oorlog is collateral damage nog altijd niet te vermijden. Op zijn minst zou Nederland, met zijn buitenlandse politiek die van humanitaire motieven doordrenkt is, de volgende keer een duidelijke zeggenschap in de keuze van de doelen willen hebben - of niet meedoen. De heer Melkert gaf in het debat te kennen dat misschien met beter 'duw- en trekwerk' meer bereikt zou kunnen worden. Nog beter dan bij Srebrenica en nog meer dan bij Kosovo toen onze F16's al zoveel recht van spreken leken te geven? Ik ben bang dat het opnieuw een illusie is van een land dat zich onder oorlogsomstandigheden een middelgrote mogendheid waant. We blijven trouw aan onze traditie: legalistisch, humanitair en onszelf overschattend. In dit opzicht is minister Van Aartsen, veerig jaar later, geen slechte opvolger van minister Luns.
H.J.A. Hofland
|
Bovenkant pagina |
|