C O L U M N S  
NIEUWS   |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

HJA HOFLAND
Eerder verschenen
columns

DE DRAAD
JL HELDRING
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN
CS VRIJDAG
LEO PRICK

26 april 2000

Elián als abstractie

H.J.A. Hofland
NEW YORK. De blokkade is een slecht wapen om de vijand op de knieën te krijgen. Het wordt bewezen door Milosevic die er een jaar op heeft zitten, door Saddam met tien jaar, en vooral door Castro die het al veertig jaar uithoudt. Blokkades worden in deze tijd gebruikt tegen ongewenste regimes, rogue states, 'schurkenstaten', die te klein zijn om een ernstig gevaar voor de grote internationale vrede te veroorzaken en te groot om er een oorlog tot het bittere einde voor te ondernemen, dat wil zeggen tot het bewind is verdwenen. De prijs daarvoor is te hoog, wat betekent dat de wereld, of de 'internationale gemeenschap' zich bij nader inzien zo'n geïsoleerde luis in de pels kan veroorloven.

In deze drie gevallen is aan de blokkade een militaire expeditie voorafgegaan, bij Cuba de mislukte landing in de Varkensbaai, bij Irak de Golfoorlog waardoor wel Koeweit werd bevrijd maar die Saddam onaangetast liet, en bij Servië de luchtoorlog die het leger van Milosevic uit Kosovo verjoeg maar hem zelf niet raakte. Deze acties gaven de dictator de gezochte gelegenheid om met zijn oppositie af te rekenen. In zijn eigen land kwam hij sterker uit de strijd tevoorschijn. De verpletterende overmacht die hem wilde verwijderen nam tenslotte zijn toevlucht tot de blokkade. Strikt militair beschouwd, naar de maatstaven van het oorspronkelijk doel gemeten, is dit een lapmiddel. De blokkade is een voortzetting van een half mislukte oorlog met andere middelen, kun je met een variant op Clausewitz zeggen.

Dan komt de eerste paradox. Als de oorlog tegen de dictator, om de hoogste beginselen begonnen (vrijheid, democratie, tegenwoordig ook humanitaire motieven) in een blokkade is gestrand, worden voorlopig alleen degenen het slachtoffer die juist van het schrikbewind moesten worden bevrijd. Sinds de Golfoorlog is collateral damage, bijkomende schade - de spaanders die bij het hakken vallen - een militair begrip. Na het einde van deze oorlogen met de wapens strekt de collateral damage zich uit over een groot deel van het volk. In zekere zin is de oorlog tot het aanrichten van collateral damage geworden. Want of de dictator en zijn satrapen meehongeren? Dat weten we niet maar als we ze af en toe op een foto zien, hebben we onze twijfel. De politieke theorie achter de blokkade is van marxistische oorsprong: als de Verelendung lang genoeg duurt, komt het volk vanzelf in opstand, eventueel geholpen door een paar geheime diensten. Wat de militairen niet is gelukt moeten de onderdrukten, geïnspireerd door hun ondraaglijk bestaan, zelf opknappen. Dit is niet meer een politiek van hoge morele beginselen.

Het is ook geen doelmatige politiek. De ervaring leert dat opstanden niet worden ondernomen als het volk, in diepe armoede, zich bij zijn uitzichtloze toestand heeft neergelegd, maar als er hoop daagt. Het eerste verzet in Polen en de Hongaarse opstand begon nadat op het twintigste partijcongres Chroesjtsjov zijn rede over Stalin als een misdadiger had gehouden. De afbraak van de Sovjet-Unie is met Gorbatsjovs glasnost en perestroika (als men zich deze woorden nog herinnert) in het stadium van onomkeerbaarheid gekomen.

De tweede paradox is dan dat 'wij', het Westen, Amerika, de onderneming zijn begonnen om het onderdrukte volk te bevrijden zodat het kan meedelen in onze politieke en materiële beschaving. Dat die, het materiële deel niet in de laatste plaats, wereldwijd begeren opwekt en aanstekelijk werkt, is de afgelopen halve eeuw wel bewezen. Opdat dit doel zal worden bereikt, ontzeggen we per blokkade de hongerenden voorlopig al deze voordelen, die in onze ogen het leven de moeite waard maken. In Nederlandse spreekwoorden gezegd: we laten de slachtoffers zelf de kastanjes uit het vuur halen, en opdat ze dit zo vlug mogelijk zullen doen, houden we ze, buiten hun bereik, onze magnifieke worst voor hun neus.

Met het levend bewijs van Castro voor ogen, is een minderheid in de Amerikaanse politiek en een meerderheid van de publieke opinie ervan overtuigd geraakt dat de blokkade niet werkt. Dat blijkt ook in de praktijk. Vorig jaar hebben bijna 200.000 Amerikanen Cuba bezocht, beroepshalve of als illegale toeristen. Volgens een Gallup- enquête is 70 procent voor opheffing van het handelsembargo. Deze informele normalisering van de betrekkingen tussen twee landen die door nog geen 150 kilometer zee zijn gescheiden, verhindert niet dat het Castro-bewind in de Verenigde Naties wegens schending van de mensenrechten scherp wordt veroordeeld. Afwijzing van het regime kan samengaan met verzachting van het isolement. Dat is de beste politiek om een bewind geleidelijk te slopen. Als er niets was gebeurd, zou het zo, met ups en downs verder zijn gegaan.

En toen kwam Elián Gonzales, en daarna zijn vader. Velen waren verbaasd dat de Cubaan eruit zag en zich gedroeg als een gewone fatsoenlijke man, noteert een verslaggever van de New York Times. Dat is in de Koude Oorlog ook veel mensen in het Westen overkomen bij de ontmoeting met een echte Rus uit de Sovjet- Unie. De ideologie vervormt aan beide kanten. Wat de afgelopen dagen is gebeurd, gaat niet meer zozeer om het welzijn van Elián (dat is voorlopig in orde) maar hoe de zaak in de verkiezingscampagne zal worden gebruikt.

Had Castro voordeel bij Elián? Zeker zolang hij bij zijn oudoom in Klein Havana in de gemeenschap van emigranten logeerde, en door de media werd belegerd.

En nu? Op dit ogenblik hebben de Republikeinen voordeel bij de foto's van het drama met de agent. Ze houden er krampachtig aan vast. De grote demonstratie van Miami-Cubanen is half mislukt. Krijgt het publiek genoeg van dit foto-bombardement zoals het genoeg heeft gekregen van de foto's met Bill en Monica? Uit Cuba worden vriendjes en een onderwijzer van Elián aangevoerd. Nieuwe foto's. Het spektakel gaat door, maar het onderwerp verschuift. Elián is tot een abstractie geworden en Castro blijft de laatste duivel van het communisme, maar Cuba krijgt een menselijk gezicht. Op deze manier kan deze uit ieders hand gelopen zaak bijdragen tot de verzachting van het handelsembargo, als tenminste straks de Democratische kandidaat het taboe durft aan te tasten. De Republikeinse kandidaat zal het niet doen. Die is, wat dit aangaat, de gevangene van de Miami-Cubanen in Klein Havana.

H.J.A. Hofland

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)