C O L U M N S  
NIEUWS   |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

ELSBETH ETTY
Eerder verschenen
columns

DE DRAAD
JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ROEL JANSSEN
VRIJDAG

3 april 1999

Tot welke prijs


De hele week ritselde de Duitse pers van de vraag waar de schrijver Peter Handke zich ophoudt. In februari namelijk had Handke in een vraaggesprek met de Servische staatstelevisie 'het lijden van het Servische volk' met de Holocaust vergeleken om er aan toe te voegen: ,,Mijn plaats is in Servië, mochten de NAVO- misdadigers dat land bombarderen.'' Handke zou zich dus inmiddels wel in Novi Sad bevinden, in een schuilkelder.

Het raadsel van zijn verblijfplaats werd pas opgehelderd, toen de in Belgrado verschijnende krant Politika een brief van de pro- Servische auteur publiceerde. Handke was thuis. Zijn vergelijking van het lijden van het Servische volk met dat van de slachtoffers van de Holocaust had hij overigens teruggenomen. Hij had zich versproken, zei hij, en bovendien waren zijn woorden natuurlijk verkeerd uitgelegd door de 'Maulwerker und Anti-Lese-Ratten' van de media. In Politika kwam hij met een nieuwe metafoor. Nu waren de ' NAVO- misdadigers' buitenaardse wezens geworden: ,,Mars valt aan en sinds 24 maart zijn Servië, Montenegro, de Republika Srpska en Joegoslavië het vaderland van allen die geen marsmannen en groene slachters zijn geworden.''

De retoriek van Handke - zowel de teruggenomen vergelijking met de Holocaust als het gepraat over buitenaardse wezens die een technologische oorlog tegen de ganse aarde voeren - sluit perfect aan bij de propaganda van Milosevic. Volgens de officiële media in Servië bestaat er niet het geringste verschil tussen de doelstellingen van de NAVO en die van Hitlers Wehrmacht, die in Joegoslavië zware verliezen leed en er nooit in is geslaagd het land geheel aan zich te onderwerpen.

De identificatie van 'onze kant' met de 'goede kant' in de Tweede Wereldoorlog schijnt onontkoombaar. Bij ons wordt Milosevic gelijkgesteld aan Hitler en zijn de Kosovaren slachtoffers van de Holocaust.

De parallel met '40-'45 lijkt het enig mogelijke referentiekader te zijn voor iedereen die zich moreel gedwongen voelt (en wie voelt dat niet?) eenduidig partij te kiezen. Is er twijfel mogelijk? ,,Er is geen mens zonder twijfel'', zei minister-president Kok, wat aan zijn vastberadenheid overigens niets afdeed. Helaas, hij vergiste zich: er zijn genoeg mensen zonder spoortje twijfel, omgekeerde Handkes, voor wie de vijand altijd per se gelijk aan Hitler moet zijn.

Mevrouw Karimi, dissident binnen GroenLinks, is van mening dat het zou helpen als Nederland Milosevic als Hitler zou zien. En dan: alle remmen los. ,,Of je voert geen oorlog, of een totale oorlog'', vond zij krijgshaftig. Zou deze GroenLinkse mevrouw Von Clausewitz enig benul hebben van wat anno 1999 een 'totale oorlog' betekent - nucleaire vernietiging - en zou zij zich niet realiseren hier per ongeluk Goebbels te hebben geciteerd: 'Wollt ihr den totalen Krieg?'

Milosevic, schreven Ko Colijn en Paul Rusman in Vrij Nederland, heeft het bijna voor elkaar dat de NAVO medeverantwoordelijk wordt gesteld voor de humanitaire ramp in Kosovo. Roel van Duijn bijvoorbeeld schreef in Trouw: 'Wij, de bij de NAVO aangesloten landen, zouden beter vandaag dan morgen met een invasie over de bergen moeten beginnen als we de massale uitdrijving van Kosovaren tot staan willen brengen.' Maandagavond zag ik Mient Jan Faber en het Tweede- Kamerlid Jan Dirk Blaauw ( VVD ) in een televisiedebat. De emoties van Faber waren begrijpelijk. Hij had vrienden in Kosovo. Mensen moesten gered worden. En nu was volgens hem die arme Blaauw, die vooralsnog geen grondtroepen wil uitzenden, samen met de slappe NAVO mede aansprakelijk voor de slachting in Kosovo. Daar heb je de parallel met '40-'45 weer: wie twijfelt aan de noodzaak van all-out war (der totale Krieg) wordt welhaast medeverantwoordelijk gesteld voor etnische zuivering.

Je zou denken dat niet Blaauw of de NAVO, maar Milosevic daaraan de schuld draagt. Tussen een Faber en een Blaauw bestaat een hoge mate van eensgezindheid over de doelstellingen van welke bemoeienis met het conflict op de Balkan dan ook: een halt toeroepen aan de etnische verschrikkingen en het bezweren van het gevaar voor de veiligheid in Europa. Waar zij over van mening verschillen is uitsluitend de vraag: tot welke prijs? Welke inzet, welke middelen zijn verantwoord?

Mij lijkt dat Faber, Van Duijn, Karimi, iets te heldhaftig roepen: tot elke prijs. Een grondoorlog op de Balkan kan vele jaren duren en zal tienduizenden doden vergen. Dat is wel even iets anders dan een uiting van de diepste walging en verontwaardiging over wat de Kosovaren overkomt. Een oorlog is geen demonstratie, een slagveld mag niet worden verward met het Malieveld in Den Haag.

Er is de afgelopen dagen al vaak gewezen op de merkwaardige rolverwisseling die zich heeft voorgedaan. Bianca Jagger, Mient Jan Faber, Roel van Duijn, kopstukken van de vredesbeweging van de jaren tachtig, sporen de NAVO aan tot harder optreden, terwijl een voormalige houwdegen als Blaauw tot kalmte maant. Ik weet het niet. Ik ben geen strateeg. Misschien hebben de pleitbezorgers van de inzet van grondtroepen gelijk. Toch hoor ik het met enige verbazing aan als Faber daarover spreekt op een manier die elke andere optie uitsluit, alsof er in militaire aangelegenheden geen faseringen of gradaties mogelijk zijn. Het gaat over mensenlevens, niet over tinnen soldaatjes.

Na zijn debat met Blaauw zag je Faber voor de televisie aanschuiven bij GroenLinks. De deuren gingen dicht voor de journalisten. Geheim oorlogsberaad! Wat een Wichtigmacherei. Allemaal toneelspel van mensen die voornamelijk willen uitdragen dat zij over een meer ontwikkeld geweten beschikken dan Blaauw, Kok of Solana, de lessen van de Tweede Wereldoorlog beter hebben geleerd, de Hitler op de Balkan beter doorgronden, nog even moreel superieur zijn als zij zichzelf in de jaren tachtig ook al vonden en meer compassie hebben met de vermoorde of verdreven Kosovaren. Aan die compassie twijfel ik niet. Wat ik wantrouw zijn de pogingen anderen in compassie te willen overtroeven met geroep om de totale oorlog.

Elsbeth Etty

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)