C O L U M N S  
NIEUWS  |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

DE DRAAD
Eerder verschenen
columns

De column De Draad verschijnt vijf keer
per week.
Lees De Draad en

schrijf Tom Rooduijn rooduijn@nrc.nl

JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN
CS VRIJDAG


T O M   R O O D U I J N


7 juli 1999

Kleine mediageschiedenis (2)

De enige toegang tot audiovisuele media die mijn ouderlijk huis halverwege de jaren zestig bood waren twee sneeuwachtige Nederlandse zwart-wit-zenders. Op die zenders was ik eerder, nog voordat we televisie hadden, een paar keer verschenen wanneer de regisseur van een tv-spel of -serie een spontane lagere scholier nodig had. Ik was niet verlegen voor de camera's, eenvoudig omdat de 'impact' van de televisie mij onbekend was. Dat televisie met gezag te maken had, ondervond ik pas toen ik op een winteravond, vanwege het gooien van sneeuwballen naar het raam van een prostituée, door de politie in de kraag was gevat. Op het politiebureau sloeg, nadat ik was herkend, de grimmige stemming direct om: ik werd getrakteerd op koek en warme chocolademelk en als een vorst door flemerige agenten weer thuisbezorgd.

Op mijn kamer had ik enkele jaren later met behulp van een zelfgesoldeerde 'Pioneer'-radiobouwdoos verbinding weten te maken met Radio Luxemburg, dat - in golven zuiver te ontvangen - de eerste pophits ten gehore bracht. Hier was permanent de muziek te beluisteren waarvoor de Nederlandse radio toen nog maar één uur per week beschikbaar had: Tussen 10 plus en 20 min, gepresenteerd door Herman Stok. Het enige andere programma van de publieke omroep dat mij beviel was Uitlaat van de VARA, dat tussen 1965 en 1967 een dialoog aan het biljart uitzond tussen De Clichémannetjes, waarachter zich Wim de Bie en Kees van Kooten verscholen.

Pas eind jaren zestig voorzag de Nederlandse omroep, onder druk van de succesvolle piraten-popzenders, in een Nederlands muziekkanaal, al vermengde Hilversum 3 aanvankelijk pop met allerlei andere genres. Een paar jaar later kon ik gaan werken bij de omroep waar zich inmiddels een gedaanteverwisseling had voorgedaan: de VPRO (zonder puntjes). Na het vertrek van de dominees bij de voormalige Vrijzinnig Protestantse Radio Omroep gooide daar een overwegend links georiënteerd gezelschap het roer radicaal om. Op de televisie waren ineens interviews en reportages te zien die een volstrekt andere werkelijkheid vertegenwoordigden dan de tot op dat moment gebruikelijke smetteloos glimlachende omroepsters, kreukvrije dansorkesten en volgzame actualiteitenrubrieken. Het zijn nu niet meer dan een paar trefwoorden, bijgezet in de tv-historie die de VPRO, en in mindere mate ook de AVRO en de VARA, in die jaren schreef: Zo is het met Beeldreligie, Literaire Ontmoetingen met een 'scabreus' gedicht van Campert, Hoepla met dronken militairen en blote Phil Bloom, De Fred Haché- en Barend Servet-shows, etcetera.

Het culturele programma van Han Reiziger op de maandagmiddag was in die jaren geëvolueerd naar een wekelijkse radio-uitzending met de gebroeders Haasbroek, Peter Flik, Willem de Ridder en Jan Lenferink. Hier heerste een aanstekelijke anarchie. Nu zouden we de interviews die daarin werden gemaakt als 'zuigerig' typeren; destijds was dat de manier om af te rekenen met de deftigheid die de toenmalige radioreporter aankleefde. Alles moest destijds op de hak worden genomen, en behalve de 'autoriteit', leerde ik toen, moest je vooral ook jezelf niet al te serieus nemen. Als Nico Haasbroek op reportage ging naar het eerste naaktstrand, liet hij vanzelfsprekend zijn kleding thuis. Lulligheid werd tot kwaliteit verheven. De freelancers van de VPRO verenigden zich onder de naam TOPIDO (Tot Ons Plezier Is Dit Ontstaan) en de actualiteitenrubriek kreeg de naam Vandaag Dit, Morgen Dat.

Als jongste verslaggever zou ik, spraken we af op een met veel gelach omlijste redactievergadering, een parodie maken op de zojuist ingevoerde radioreclame. Ik posteerde me daartoe met bandrecorder bij de ingang van de KRO-studio en vroeg het vrouwelijk publiek dat daar dagelijks per bus naar Tussen twaalf en twee werd aangevoerd om hun mening over Croma. Voor deze vrouwen was ik een vanzelfsprekende, ja, gezaghebbende verschijning: in Hilversum, waren zij geneigd te denken, werd men nu eenmaal onthaald door 'die meneer van de reclame'. Precies als de vrouwen in het radiospotje roemden de honderden passanten dan ook om het hardst de lekkere bruine jus, de knapperige korstjes en het uitblijven van spatten bij gebruik van het bak- en braadprodukt. Meteen die middag zonden we de opnamen met de Croma- loftuitingen integraal uit. De VPRO-ledenraad was minder geamuseerd dan de redactie van VPRO-Maandag. Via de radiodirecteur bereikte ons de vraag waarom wij in godsnaam zomaar onze hele zendtijd hadden geschonken aan grootkapitalist Unilever.

(wordt vervolgd)

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)